ECLI:NL:RBDHA:2020:5551
Rechtbank Den Haag
- Conservatoire maatregel
- Rechtspraak.nl
Vervolgberoep bewaring in het kader van vreemdelingenrecht met betrekking tot tijdelijke belemmeringen door Corona
In deze zaak heeft de Rechtbank Den Haag op 16 juni 2020 uitspraak gedaan in een vervolgberoep tegen de maatregel van bewaring die op 21 februari 2020 aan eiser is opgelegd op grond van de Vreemdelingenwet 2000. Eiser, die stelt van [nationaliteit] te zijn, heeft beroep ingesteld tegen het voortduren van deze maatregel en verzocht om schadevergoeding. De rechtbank heeft vastgesteld dat de maatregelen in verband met het Coronavirus als tijdelijke belemmeringen moeten worden beschouwd en dat er geen grond is om te oordelen dat verweerder onvoldoende voortvarend heeft gehandeld.
De rechtbank heeft eerder, op 8 mei 2020, de rechtmatigheid van de maatregel van bewaring beoordeeld en vastgesteld dat deze tot dat moment rechtmatig was. De huidige beoordeling richt zich dan ook op de periode na 1 mei 2020. Eiser heeft aangevoerd dat er geen redelijk vooruitzicht op verwijdering is vanwege de sluiting van het luchtruim en de afwezigheid van presentaties door de [nationaliteit] autoriteiten. De rechtbank heeft deze beroepsgronden verworpen, verwijzend naar eerdere uitspraken en de omstandigheden van het moment, waaronder de beperkende maatregelen die door Nederland en andere landen zijn getroffen.
De rechtbank concludeert dat verweerder voldoende voortvarend heeft gehandeld en dat de redelijke termijn van bewaring nog niet is verstreken. Het beroep van eiser is ongegrond verklaard en het verzoek om schadevergoeding is afgewezen. De uitspraak is gedaan door mr. L.M. Kos, rechter, in aanwezigheid van mr. S. Pirs, griffier. Vanwege de coronamaatregelen is de uitspraak niet openbaar uitgesproken, maar zal dit gebeuren zodra het weer mogelijk is. Tegen deze uitspraak staat geen rechtsmiddel open.