Op 25 mei 2020 heeft de Rechtbank Den Haag een beschikking gegeven naar aanleiding van een verzoek van de officier van justitie tot voortzetting van een crisismaatregel voor een betrokkene, geboren in 1992. De crisismaatregel was eerder opgelegd op 18 mei 2020 en was noodzakelijk vanwege de psychische toestand van de betrokkene, die onder andere last had van angst en achterdocht. Tijdens de mondelinge behandeling op 25 mei 2020 werd betrokkene gehoord, evenals zijn advocaat en een arts. Betrokkene verklaarde dat hij hersteld was en weer aan het werk wilde, maar de arts gaf aan dat betrokkene nog niet volledig hersteld was en dat er risico's waren op terugval in drugsgebruik. De rechtbank oordeelde dat er sprake was van onmiddellijk dreigend ernstig nadeel, waaronder levensgevaar en ernstige psychische schade. De rechtbank verleende een machtiging tot voortzetting van de crisismaatregel voor een periode van drie weken, met verschillende vormen van verplichte zorg, waaronder het toedienen van medicatie en het beperken van de bewegingsvrijheid. De beschikking is gegeven door mr. M.L. Sandberg-Crommelin, rechter, en is uitgesproken ter openbare zitting.