ECLI:NL:RBDHA:2020:5429
Rechtbank Den Haag
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Beroep tegen het niet tijdig nemen van een besluit op asielaanvraag
Op 11 maart 2020 heeft eiser, de Staatssecretaris van Justitie en Veiligheid, beroep ingesteld tegen het niet tijdig nemen van een besluit op zijn aanvraag tot verlening van een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd. De asielaanvraag was op 30 april 2019 ingediend, en de beslistermijn eindigde op 30 oktober 2019. Eiser heeft verweerder op 24 februari 2020 in gebreke gesteld, maar tot op heden is er nog geen beslissing genomen. De rechtbank oordeelt dat het beroep kennelijk gegrond is, gezien de omstandigheden rondom de verhoogde instroom en capaciteitsproblemen bij verweerder, in combinatie met de coronamaatregelen.
De bestuursrechter heeft besloten een afwijkende beslistermijn op te leggen van zestien weken na de uitspraak. Tevens is verweerder veroordeeld tot het betalen van een dwangsom van € 100,- per dag, met een maximum van € 7.500,-, voor elke dag dat de termijn wordt overschreden. De kosten van de rechtsbijstand zijn vastgesteld op € 262,50. De rechtbank verklaart het beroep gegrond, vernietigt het niet tijdig nemen van een beslissing en draagt verweerder op binnen zestien weken een besluit te nemen. Deze uitspraak is gedaan door mr. A.P. Hameete, rechter, in aanwezigheid van mr. M.M. Mercelina, griffier. De uitspraak is niet openbaar uitgesproken vanwege coronamaatregelen, maar zal alsnog openbaar worden gemaakt zodra dat mogelijk is.