ECLI:NL:RBDHA:2020:4762

Rechtbank Den Haag

Datum uitspraak
28 mei 2020
Publicatiedatum
28 mei 2020
Zaaknummer
17/7563 & 17/7562
Instantie
Rechtbank Den Haag
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Bestuursrecht; Socialezekerheidsrecht
Procedures
  • Tussenuitspraak
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Verlengingsverzoek na bestuurlijke lus; termijn voor herstel van gebreken in bestreden besluit verlengd

Op 28 mei 2020 heeft de Rechtbank Den Haag een tussenuitspraak gedaan in de zaken met de nummers SGR 17/7563 en 17/7562. Deze uitspraak betreft een verzoek van het college van burgemeester en wethouders van Den Haag om verlenging van de termijn voor het herstellen van gebreken in een eerder bestreden besluit. De rechtbank had in een eerdere tussenuitspraak op 2 april 2020, verzonden op 15 april 2020, de verzoeker de gelegenheid gegeven om binnen zes weken de gebreken te herstellen. Verzoeker heeft op 26 mei 2019 een verzoek ingediend om deze termijn te verlengen, met het oog op de bijzondere omstandigheden die zijn ontstaan door de coronamaatregelen.

De rechtbank overweegt dat de in de tussenuitspraak gestelde termijn bindend is, maar dat in bijzondere gevallen een verlenging kan worden verleend. Aangezien verzoeker zijn verzoek om verlenging tijdig heeft ingediend en rekening houdend met de beperkingen door het coronavirus, heeft de rechtbank besloten de hersteltermijn te verlengen met vier weken na de verzenddatum van de beschikking. Deze beslissing is genomen om te voorkomen dat een andere beslissing zou leiden tot een minder finale vorm van geschilbeslechting.

De uitspraak is gedaan door een meervoudige kamer, bestaande uit de voorzitter en twee leden, en is niet op een openbare zitting uitgesproken vanwege de coronamaatregelen. De rechtbank heeft aangegeven dat de uitspraak zo snel mogelijk gepubliceerd zal worden op rechtspraak.nl. De griffier was verhinderd om de uitspraak mede te ondertekenen, en een afschrift van de uitspraak is verzonden aan de betrokken partijen.

Uitspraak

RECHTBANK DEN HAAG

Bestuursrecht
zaaknummers: SGR 17/7563 en 17/7562 B

beschikking van de meervoudige kamer van 28 mei 2020 op het verzoek van

het college van burgemeester en wethouders van Den Haag, verzoeker,
(gemachtigde: L. Catakli).
om verlenging (artikel 8:51a, tweede lid, van de Algemene wet bestuursrecht) van de bij tussenuitspraak van 2 april 2020 bepaalde termijn voor het herstellen van de bij die uitspraak geconstateerde gebreken in het bestreden besluit.

Procesverloop

Bij tussenuitspraak van 2 april 2020, verzonden op 15 april 2020, heeft de rechtbank verzoeker in de gelegenheid gesteld om binnen zes weken na verzending hiervan, met inachtneming van wat in de tussenuitspraak is overwogen, de gebreken in het bestreden besluit te herstellen. Voor het verdere procesverloop verwijst de rechtbank naar die tussenuitspraak.
Bij brief van 26 mei 2019 heeft verzoeker de rechtbank verzocht de in de tussenuitspraak gestelde termijn te verlengen.

Overwegingen

1. De in de tussenuitspraak gestelde termijn voor herstel van de gebreken in het bestreden besluit is een bindende termijn. Slechts in bijzondere gevallen kan na een gemotiveerd verzoek verlenging van deze termijn worden verleend. Het verzoek moet binnen de bij de tussenuitspraak bepaalde termijn worden ingediend.
2. Verzoeker heeft zijn verzoek om verlenging van de termijn om de gebreken te herstellen gedaan binnen de oorspronkelijke termijn die de rechtbank hiervoor heeft gesteld in de tussenuitspraak.
3. Gelet op alle beperkingen door het Corona virus en omdat elke andere beslissing van de rechtbank naar alle waarschijnlijkheid tot een minder finale vorm van geschilbeslechting leidt, ziet de rechtbank aanleiding de hersteltermijn te verlengen tot vier weken na de verzenddatum van deze beschikking.

Beslissing

De rechtbank verlengt de bij haar tussenuitspraak van 2 april 2020 bepaalde termijn tot vier weken na de verzenddatum van deze beschikking.
Deze uitspraak is gedaan op 28 mei 2020 door mr. J.B. Wijnholt, voorzitter, mr. D.A.J. Overdijk en mr. H.G. Molenaar-Geurtsen, leden, in aanwezigheid van mr. W. Goederee.
Als gevolg van de maatregelen rondom het Corona virus is deze uitspraak nu niet uitgesproken op een openbare uitsprakenzitting. Dat zal op een later moment alsnog gebeuren. Deze uitspraak wordt zo snel mogelijk gepubliceerd op rechtspraak.nl.
Griffier
Voorzitter
De griffier is verhinderd deze uitspraak
mede te ondertekenen
Een afschrift van deze uitspraak is verzonden aan partijen op: