ECLI:NL:RBDHA:2020:4626
Rechtbank Den Haag
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Afwijzing asielaanvraag wegens gebrek aan onderbouwing en bescherming in Georgië
In deze zaak heeft de rechtbank Den Haag uitspraak gedaan over de afwijzing van een asielaanvraag door de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid. Eiser, van Georgische nationaliteit, heeft op 18 februari 2020 een asielaanvraag ingediend, waarbij hij vreesde voor bloedwraak van de vader van zijn ex-vriendin, die politieman is. De rechtbank heeft vastgesteld dat de identiteit en nationaliteit van eiser geloofwaardig zijn, maar dat Georgië als veilig land van herkomst kan worden aangemerkt. Eiser heeft niet aannemelijk gemaakt dat hij geen bescherming kan krijgen van de Georgische autoriteiten.
De rechtbank heeft de procedure zonder zitting behandeld, omdat de geplande zitting op 18 maart 2020 niet doorging vanwege de coronamaatregelen. Eiser heeft geen actuele en objectieve informatie over de situatie in Georgië ingebracht die zijn vrees voor vervolging onderbouwt. De rechtbank oordeelt dat eiser niet heeft aangetoond dat het bij voorbaat zinloos zou zijn om bescherming te vragen bij de autoriteiten in Georgië. De rechtbank concludeert dat de beroepsgronden van eiser niet slagen en verklaart het beroep ongegrond. Er is geen aanleiding voor een proceskostenveroordeling.
De uitspraak is gedaan door mr. S. Ok, rechter, en is bekendgemaakt zonder openbare zitting vanwege de coronamaatregelen. Eiser kan binnen een week na bekendmaking hoger beroep instellen bij de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State.