Uitspraak
RECHTBANK DEN HAAG
uitspraak van de enkelvoudige kamer van 7 mei 2020 in de zaak tussen
[eiser] , te [woonplaats] , Oostenrijk, eiser
de minister van Buitenlandse Zaken, verweerder
Procesverloop
Overwegingen
Wegens het bestaan van een betalingsachterstand van € 52.823,10 aan studieschuld zijn de persoonsgegevens van eiser op verzoek van de Dienst Uitvoering Onderwijs (de DUO) opgenomen in het Register Paspoortsignaleringen van de Rijksdienst voor Identiteiteitsgegevens (RvIG) (het Register). Eiser is geboren op [geboortedatum] 1981 in [plaats] (voormalig Joegoslavië) en verkreeg het Nederlanderschap op 9 augustus 1999. Hij woont sinds december 2007 in Oostenrijk en heeft op 3 december 2018 bij de ambassade te Wenen een aanvraag gedaan voor een paspoort. Eiser is gewezen op de mogelijkheid om met DUO tot overeenstemming te komen als bedoeld in artikel 45, eerste lid, van de Paspoortwet. Er is geen bericht ontvangen dat overeenstemming was bereikt. De aanvraag van eiser is daarop afgewezen omdat eiser gesignaleerd staat in het Register in verband met het niet nakomen van een betalingsverplichting, hij niet tot overeenstemming is gekomen met de DUO en niet is gebleken dat eiser door het niet verstrekken van een paspoort onevenredig wordt benadeeld.
Daarnaast betoogt eiser dat het bepaalde in artikel 22 impliceert dat op zijn minst door de DUO aannemelijk moet worden gemaakt dat hij zich in het buitenland aan de wettelijke mogelijkheden tot invordering van de schuld zal onttrekken.