Uitspraak
RECHTBANK DEN HAAG
1.PRODUCENTEN ORGANISATIE VARKENSHOUDERIJ, te Zeist,
[eisende partij sub 2], te [plaats 1] ,
[eisende partij sub 3], te [plaats 2] ,
[eisende partij sub 4], te [plaats 3] ,
[eisende partij sub 5], te [plaats 4] ,
[eisende partij sub 6], te [plaats 5] ,
[eisende partij sub 7], te [plaats 6] ,
[eisende partij sub 8], te [plaats 7] , alsmede haar afzonderlijke maten,
[eisende partij sub 8a], te [plaats 7] ,
[eisende partij sub 8b],
[eisende partij sub 9], te [plaats 8] ,
[eisende partij sub 10], te [plaats 9] ,
1.De procedure
2.Het geschil en de beoordeling daarvan in het incident
- i) In de thans geldende artikelen 2.66 en 2.67 van de IOV is de uiterste datum voor het indienen van een ontvankelijke en vergunbare aanvraag, voor het doen van een melding, respectievelijk – in geval van een keuze voor innovatieve ontwikkelingen – het indienen van een mededelingsformulier, bepaald op 1 april 2020.
- ii) Gedeputeerde Staten (GS) heeft een voorstel voorleggen aan Provinciale Staten (PS) om de IOV te wijzigen in die zin dat genoemde termijn in de genoemde gevallen worden verruimd van 1 april 2020 naar 1 januari 2021.
- iii) Dit voorstel is op 13 december jl. in de vergadering van PS besproken maar heeft niet tot definitieve besluitvorming van PS geleid. Daarnaast heeft GS op 17 december 2019 een ontwerp-Omgevingsverordening vastgesteld en gepubliceerd waarin zij voorstelt artikelen 2.66 lid 1 tot en met 3 en 2.67 sub b van de IOV te wijzigen, voor wat betreft de termijnen – kort gezegd – conform zijn voorstel aan PS. Thans staat dit voorstel tot wijziging van de IOV op de agenda van de vergadering van PS van 14 februari aanstaande.