Uitspraak
RECHTBANK DEN HAAG
uitspraak van de enkelvoudige kamer in de zaak tussen
Procesverloop
Overwegingen
Beslissing
S.J. Versteeg, griffier.
Rechtbank Den Haag
In deze zaak heeft verzoeker, een Libische nationaliteit hebbende persoon, beroep ingesteld tegen het niet tijdig nemen van een besluit op zijn aanvraag. De staatssecretaris van Justitie en Veiligheid, als verweerder, heeft op 18 maart 2020 de aanvraag van verzoeker ingewilligd. Na deze beslissing heeft verzoeker zijn beroep ingetrokken, maar verzocht om vergoeding van de proceskosten. De rechtbank heeft verweerder in de gelegenheid gesteld om te reageren op dit verzoek, maar verweerder heeft hierop niet gereageerd.
De rechtbank heeft, gelet op de gedingstukken en het procesverloop, vastgesteld dat verweerder tegemoet is gekomen aan het beroep van verzoeker. De rechtbank heeft het verzoek om proceskostenveroordeling als kennelijk gegrond toegewezen en verweerder veroordeeld tot betaling van de proceskosten van verzoeker, vastgesteld op € 262,50. Dit bedrag is berekend op basis van de door een derde beroepsmatig verleende rechtsbijstand, waarbij 1 punt voor het indienen van het beroepschrift is toegekend, met een waarde per punt van € 525,- en een wegingsfactor van 0,5.
De uitspraak is gedaan door mr. M.W. de Jonge, rechter, in aanwezigheid van S.J. Versteeg, griffier. De uitspraak is openbaar gemaakt, maar vanwege de coronamaatregelen niet op een openbare uitsprakenzitting uitgesproken. Tegen deze uitspraak kan verzet worden ingesteld binnen zes weken na de bekendmaking.