ECLI:NL:RBDHA:2020:3818
Rechtbank Den Haag
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Verzoek om proceskostenvergoeding na intrekking van het beroep door V-Field Agro-Tech B.V.
In deze zaak heeft de Rechtbank Den Haag op 3 april 2020 uitspraak gedaan in een verzoek om proceskostenvergoeding na de intrekking van een beroep door V-Field Agro-Tech B.V. tegen de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid. De rechtbank heeft vastgesteld dat de staatssecretaris op 1 november 2018 de erkenning van verzoekster als referent heeft ingetrokken en dat het bezwaar van verzoekster tegen het bestreden besluit op 29 mei 2019 ongegrond is verklaard. Na intrekking van het beroep heeft verzoekster verzocht om vergoeding van de proceskosten, waaronder kosten voor een deskundigenrapport en een tolk.
De rechtbank heeft overwogen dat de staatssecretaris de proceskosten van verzoekster moet vergoeden, maar dat de kosten voor het deskundigenrapport en de tolk in een nieuw te nemen besluit op bezwaar beoordeeld moeten worden. De rechtbank heeft vastgesteld dat verzoekster recht heeft op een vergoeding van € 525,- voor de rechtsbijstand en € 345,- voor het griffierecht. De rechtbank heeft de staatssecretaris veroordeeld tot betaling van deze kosten aan verzoekster.
De uitspraak is openbaar gemaakt, maar vanwege de coronamaatregelen is deze niet op een openbare zitting uitgesproken. De partijen zijn op de hoogte gesteld van de uitspraak en hebben de mogelijkheid om binnen vier weken hoger beroep in te stellen bij de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State.