ECLI:NL:RBDHA:2020:2912

Rechtbank Den Haag

Datum uitspraak
24 maart 2020
Publicatiedatum
31 maart 2020
Zaaknummer
C/09/589854 / FA RK 20-1446
Instantie
Rechtbank Den Haag
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Zorgmachtiging op basis van de Wet verplichte geestelijke gezondheidszorg (Wvggz) voor betrokkene met schizofrenie en middelengebruik

Op 24 maart 2020 heeft de Rechtbank Den Haag een beschikking gegeven in een zaak betreffende een zorgmachtiging op basis van de Wet verplichte geestelijke gezondheidszorg (Wvggz). De officier van justitie had op 3 maart 2020 een verzoek ingediend voor het verlenen van een zorgmachtiging voor betrokkene, die lijdt aan schizofrenie en stoornissen in het gebruik van cannabis en cocaïne. De rechtbank heeft de mondelinge behandeling op dezelfde datum gehouden, waarbij de advocaat van betrokkene heeft aangegeven dat aan de wettelijke criteria voor de zorgmachtiging is voldaan en dat betrokkene de noodzaak van de machtiging inziet. De psychiater bevestigde de noodzaak van de verzochte zorg, die onder andere bestond uit het beperken van de bewegingsvrijheid en het uitoefenen van toezicht op betrokkene.

De rechtbank heeft vastgesteld dat er geen mogelijkheden voor passende zorg op vrijwillige basis zijn en dat de voorgestelde verplichte zorg noodzakelijk is om ernstig nadeel af te wenden. De rechtbank oordeelde dat de zorgmachtiging voor een periode van zes maanden verleend kan worden, met specifieke maatregelen zoals het insluiten van betrokkene en het controleren op de aanwezigheid van gedrag-beïnvloedende middelen. De beschikking is vastgesteld op 31 maart 2020 en tegen deze beschikking staat het rechtsmiddel van cassatie open.

Uitspraak

RECHTBANK DEN HAAG

Team Jeugd- en Zorgrecht
Zaak-/rekestnr.: C/09/589854 / FA RK 20-1446
Datum beschikking: 24 maart 2020

Machtiging tot het verlenen van verplichte zorg

Beschikkingnaar aanleiding van het door de officier van justitie ingediende verzoek tot het verlenen van een zorgmachtiging als bedoeld in artikel 6:4 van de Wet verplichte geestelijke gezondheidszorg (Wvggz), ten aanzien van:

[de man] ,

hierna te noemen: betrokkene,
geboren op [geboortedag] 1971 te [geboorteplaats] ,
wonende en verblijvende in de accommodatie [woonplaats]
,
advocaat: mr. D. Poot te Leiden.

ProcesverloopBij verzoekschrift, ingekomen ter griffie op 03 maart 2020, heeft de officier van justitie verzocht om een zorgmachtiging.

Bij het verzoekschrift zijn de volgende bijlagen gevoegd:
- een op 14 februari 2020 ondertekende medische verklaring van [psychiater 1] , die betrokkene heeft onderzocht maar niet bij zijn behandeling betrokken was;
- een zorgkaart van 5 februari 2020;
- een zorgplan van 11 februari 2020;
- een beoordeling van de geneesheer-directeur op het zorgplan van 20 februari 2020;
- een uittreksel uit de justitiële documentatie.
De mondelinge behandeling van het verzoek heeft plaatsgevonden op 24 maart 2020.
Vanwege de sluiting van de rechtbank in verband met de landelijke maatregelen rond het coronavirus zijn de volgende personen gelijktijdig telefonisch door de rechtbank gehoord:
- de advocaat;
- de [psychiater 2] , in aanwezigheid van betrokkene.
Omdat een nadere toelichting op of motivering van het verzoek niet nodig werd geacht door de officier van justitie, is de officier van justitie niet telefonisch gehoord.

Standpunten ter zitting

Betrokkene heeft geen verweer gevoerd. De advocaat heeft zich op het standpunt gesteld dat aan de wettelijke criteria is voldaan en betrokkene ziet in dat de machtiging nodig is. Betrokkene heeft een goede samenwerking met de behandelaren. Wat betreft de verschillende vormen van zorg wordt door de advocaat opgemerkt dat tot op heden niets wordt ingezet wat niet strikt noodzakelijk is, waardoor hij geen bezwaar heeft tegen het opnemen daarvan in de machtiging.
De psychiater heeft hetgeen in de medische verklaring staat vermeld, bevestigd. De door de officier verzochte vormen van zorg zijn noodzakelijk. Aangegeven is dat daarnaast het kunnen aanbrengen van beperkingen in de vrijheid het eigen leven in te richten, die tot gevolg hebben dat betrokkene iets moet doen of nalaten, waaronder het gebruik van communicatiemiddelen en het kunnen beperken van het recht op het ontvangen van bezoek ook noodzakelijk zijn als verplichte vormen van zorg. Dit ziet bijvoorbeeld op het voorkomen dat verdovende middelen telefonisch worden besteld en op de afdeling kunnen worden gebracht.

Beoordeling

Uit de overgelegde stukken en het behandelde ter zitting is gebleken dat betrokkene lijdt aan een psychische stoornis, te weten schizofrenie en stoornissen in het gebruik van cannabis en cocaïne.
Deze stoornis leidt tot ernstig nadeel, gelegen in:
- ernstig lichamelijk letsel;
- ernstige materiële schade.
Om het ernstig nadeel af te wenden, heeft betrokkene zorg nodig.
Gebleken is dat er geen mogelijkheden voor passende zorg op vrijwillige basis zijn. Om die reden is verplichte zorg nodig. De in het verzoekschrift genoemde vormen van zorg zijn gebaseerd op het zorgplan en het advies van de geneesheer-directeur en bestaan uit:
- beperken van de bewegingsvrijheid;
- insluiten;
- uitoefenen van toezicht op betrokkene;
- onderzoek aan kleding of lichaam;
- onderzoek van de woon- of verblijfsruimte op gedrag-beïnvloedende middelen en gevaarlijke voorwerpen;
- controleren op de aanwezigheid van gedrag-beïnvloedende middelen;
- opnemen in een accommodatie.
De hiervoor genoemde zorg zal naar het oordeel van de rechtbank echter het ernstig nadeel onvoldoende kunnen wegnemen. De rechtbank overweegt daartoe dat de psychiater in de medische verklaring en de psychiater ter zitting hebben verklaard dat het kunnen aanbrengen van beperkingen in de vrijheid het eigen leven in te richten, die tot gevolg hebben dat betrokkene iets moet doen of nalaten, waaronder het gebruik van communicatiemiddelen en het kunnen beperken van het recht op het ontvangen van bezoek eveneens als verplichte vormen van zorg daartoe noodzakelijk zijn. De rechtbank is dat eveneens van oordeel. Gelet op de referte namens de betrokkene zal de rechtbank bepalen dat ook deze vorm van verplichte zorg dient te kunnen worden verleend. De rechtbank bepaalt voorts dat het zorgplan dienovereenkomstig dient te worden gewijzigd.
Er zijn geen minder bezwarende alternatieven die hetzelfde beoogde effect hebben.
De voorgestelde verplichte zorg is evenredig en naar verwachting effectief. Uit de stukken blijkt dat bij het bepalen van de juiste zorg rekening is gehouden met de voorwaarden die noodzakelijk zijn om deelname van betrokkene aan het maatschappelijk leven te bevorderen, alsmede met de veiligheid van betrokkene.
Gelet op het voorgaande is voldaan aan de criteria voor en doelen van verplichte zorg als bedoeld in de Wvggz. De zorgmachtiging zal worden verleend voor de (verzochte) duur van zes maanden.

Beslissing

De rechtbank:
verleent een zorgmachtiging ten aanzien van:

[de man] ,

geboren op [geboortedag] 1971 te [geboorteplaats] ,
inhoudende dat bij wijze van verplichte zorg de volgende maatregelen kunnen worden getroffen voor de duur van zes maanden:
- beperken van de bewegingsvrijheid;
- insluiten;
- uitoefenen van toezicht op betrokkene;
- onderzoek aan kleding of lichaam;
- onderzoek van de woon- of verblijfsruimte op gedrag-beïnvloedende middelen en gevaarlijke voorwerpen;
- controleren op de aanwezigheid van gedrag-beïnvloedende middelen;
- aanbrengen van beperkingen in de vrijheid het eigen leven in te richten, die tot gevolg hebben dat betrokkene iets moet doen of nalaten, waaronder het gebruik van communicatiemiddelen;
- beperken van het recht op het ontvangen van bezoek;
- opnemen in een accommodatie,
bepaalt dat deze machtiging geldt tot en met uiterlijk 24 september 2020.
Deze beschikking is gegeven door mr. M.C. Bruining, rechter, bijgestaan door
mr. R. Westerhof als griffier, en uitgesproken ter openbare zitting van 24 maart 2020.
De schriftelijke uitwerking van deze beschikking is vastgesteld op 31 maart 2020.
Tegen deze beschikking staat het rechtsmiddel van cassatie open.
De griffier is buiten staat deze
beschikking te ondertekenen.