ECLI:NL:RBDHA:2020:1669

Rechtbank Den Haag

Datum uitspraak
27 februari 2020
Publicatiedatum
27 februari 2020
Zaaknummer
C/09/588834 / FA RK 20-994
Instantie
Rechtbank Den Haag
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Machtiging tot voortzetting van de crisismaatregel in het kader van de Wet verplichte geestelijke gezondheidszorg

In deze zaak heeft de Rechtbank Den Haag op 24 februari 2020 een beschikking gegeven naar aanleiding van een verzoek van de officier van justitie tot verlenging van een crisismaatregel voor een betrokkene, geboren in 1947. De crisismaatregel was eerder opgelegd op 19 februari 2020 en had als doel om ernstig nadeel voor de betrokkene en de omgeving te voorkomen. De rechtbank heeft vastgesteld dat er sprake is van onmiddellijk dreigend ernstig nadeel, waaronder levensgevaar en ernstig lichamelijk letsel, als gevolg van een psychische stoornis. De betrokkene heeft zich verzet tegen opname en andere verplichte zorg, maar de rechtbank oordeelde dat er geen minder bezwarende alternatieven zijn en dat de voorgestelde verplichte zorg noodzakelijk is. De rechtbank verleent een machtiging tot voortzetting van de crisismaatregel, die geldig is tot en met 16 maart 2020. De beschikking is gegeven door rechter H.M. Boone, bijgestaan door griffier A.U. Hatuina, en is uitgesproken ter openbare zitting.

Uitspraak

RECHTBANK DEN HAAG

Team Jeugd- en Zorgrecht
Zaak-/rekestnr.: C/09/588834 / FA RK 20-994
Datum beschikking: 24 februari 2020

Machtiging tot voortzetting van de crisismaatregel

Beschikkingnaar aanleiding van het op 20 februari 2020 door de officier van justitie ingediende verzoek tot verlenging van een crisismaatregel, als bedoeld in artikel 7:7 van de Wet verplichte geestelijke gezondheidszorg (Wvggz), ten aanzien van:

[de vrouw] ,

hierna te noemen: betrokkene,
geboren op [geboortedag] 1947 te [geboorteplaats] ,
wonende te [woonplaats]
thans verblijvende in de accommodatie [verblijfplaats]
advocaat: mr. H.P.J. van der Eerden te Den Haag.

Procesverloop

Bij verzoekschrift, ingekomen ter griffie op 20 februari 2020, heeft de officier van justitie verzocht om verlenging van de op 19 februari 2020 opgelegde crisismaatregel.
Bij het verzoekschrift zijn de volgende bijlagen gevoegd:
  • een afschrift van de beschikking van de burgemeester van de gemeente Den Haag tot het nemen van de crisismaatregel van 19 februari 2020;
  • een op 19 februari 2020 ondertekende medische verklaring van [psychiater] , die betrokkene heeft onderzocht maar niet bij haar behandeling betrokken was;
- een uittreksel uit de justitiële documentatie;
- een afschrift van de politiemutaties.
De mondelinge behandeling van het verzoek heeft plaatsgevonden op 24 februari 2020.
Ter zitting zijn de volgende personen door de rechtbank gehoord:
- betrokkene, bijgestaan door haar advocaat;
- de [arts] .
Omdat een nadere toelichting op of motivering van het verzoek niet nodig is, is de officier van justitie niet ter zitting verschenen.

Standpunten ter zitting

De betrokkene betwist dat zij één been over de reling van het balkon heeft gelegd. Zij wilde zichzelf niets aandoen. Zij vindt ook dat zij niet opgenomen hoeft te worden. Zij mankeert niets maar heeft veel tegenslag gehad waardoor ze is uitgeput. Zij meent voldoende in staat te zijn om voor zichzelf te zorgen met een ambulant team om haar heen. Zij wil wel een andere psychiater omdat het met de huidige niet klikt.
De arts heeft aangevoerd dat de betrokkene in de accommodatie soms nog verward is, dat het vermoeden is dat sprake is van depressies gecombineerd met angststoornis waardoor zij weinig eet en drinkt. Op 13 februari jl. is ten behoeve van betrokkene een beslissing tot voorzetting van een eerder afgegeven crisesmaatregel gegeven. Toen is uitsluitend de verplichte medicatie en ambulante behandeling noodzakelijk geacht om het ernstig nadeel af te wenden. De ambulante behandeling is niet van de grond gekomen. Betrokkene verstopte zich in het trappenhuis als de psychiater langskwam.

Beoordeling

Uit de overgelegde stukken en het behandelde ter zitting is gebleken dat er ten aanzien van betrokkene sprake is van onmiddellijk dreigend ernstig nadeel, gelegen in:
-levensgevaar;
-ernstig lichamelijk letsel;
-de situatie dat de algemene veiligheid van personen of goederen in gevaar is.
Vermoed wordt dat dit nadeel wordt veroorzaakt door gedrag dat voortvloeit uit een psychische stoornis, te weten depressieve stemmingsstoornissen, persoonlijkheidsstoornissen en mogelijk een psychotische stoornis. De crisissituatie is zo ernstig dat de procedure voor een zorgmachtiging niet kan worden afgewacht.
De rechtbank is van oordeel dat, anders dan de in de crisismaatregel genoemde zorg, de volgende vormen van verplichte zorg noodzakelijk zijn om het nadeel af te wenden, te weten:
- toedienen van vocht;
- toedienen van voeding;
- toedienen van medicatie;
- verrichten medische controles;
- andere medische handelingen en therapeutische maatregelen;
- beperken van de bewegingsvrijheid;
- insluiten;
- uitoefenen van toezicht op betrokkene;
- onderzoek aan kleding of lichaam;
- onderzoek van de woon- of verblijfsruimte op gedrag-beïnvloedende middelen en
gevaarlijke voorwerpen;
- controleren op de aanwezigheid van gedrag-beïnvloedende middelen;
- aanbrengen van beperkingen in de vrijheid het eigen leven in te richten, die tot gevolg
hebben dat betrokkene iets moet doen of nalaten, waaronder het gebruik van
communicatiemiddelen;
- opnemen in een accommodatie.
Betrokkene verzet zich tegen deze zorg en vooral tegen opname in de accommodatie, insluiting en onderzoek aan kleding of lichaam. De rechtbank is evenwel van oordeel dat er geen minder bezwarende alternatieven zijn die hetzelfde beoogde effect hebben. Gebleken is dat betrokkene niet meewerkt aan het ambulante behandelingstraject. Betrokkene zegde de behandelafspraken af en liet huisbezoeken niet toe. Uit de politiemutaties blijkt voorts dat betrokkene al kort na de vorige opname gedurende meerdere dagen achtereen in verwarde toestand op straat is aangetroffen alsook dat gezien is dat zij over het balkon van haar woning wilde stappen. Gelet op de suïcidale uitingen van betrokkene acht de rechtbank ook de verplichte zorg met betrekking tot insluiting, onderzoek aan kleding of lichaam noodzakelijk.
De voorgestelde verplichte zorg is evenredig en naar verwachting effectief. Uit de stukken blijkt dat rekening is gehouden met de voorwaarden die noodzakelijk zijn om deelname van betrokkene aan het maatschappelijk leven te bevorderen, alsmede met de veiligheid van betrokkene.
Gelet op het voorgaande zal een machtiging tot voortzetting van de crisismaatregel worden verleend, welke machtiging een geldigheidsduur heeft van drie weken na heden.

Beslissing

De rechtbank:
verleent een machtiging tot voortzetting van de crisismaatregel ten aanzien van:

[de vrouw] ,

geboren op [geboortedag] 1947 te [geboorteplaats] ,
inhoudende dat bij wijze van verplichte zorg de volgende maatregelen kunnen worden getroffen:
- toedienen van vocht;
- toedienen van voeding;
- toedienen van medicatie;
- verrichten medische controles;
- andere medische handelingen en therapeutische maatregelen;
- beperken van de bewegingsvrijheid;
- insluiten;
- uitoefenen van toezicht op betrokkene;
- onderzoek aan kleding of lichaam;
- onderzoek van de woon- of verblijfsruimte op gedrag-beïnvloedende middelen en
gevaarlijke voorwerpen;
- controleren op de aanwezigheid van gedrag-beïnvloedende middelen;
- aanbrengen van beperkingen in de vrijheid het eigen leven in te richten, die tot gevolg
hebben dat betrokkene iets moet doen of nalaten, waaronder het gebruik van
communicatiemiddelen;
- opnemen in een accommodatie.
bepaalt dat deze machtiging geldt tot en met 16 maart 2020;
wijst af het meer of anders verzochte.
Deze beschikking is gegeven door mr. H.M. Boone, rechter, bijgestaan door A.U. Hatuina als griffier, en uitgesproken ter openbare zitting van 24 februari 2020.
De schriftelijke uitwerking van deze beschikking is vastgesteld op 26 februari 2020.
Tegen deze beschikking staat het rechtsmiddel van cassatie open.