Uitspraak
RECHTBANK DEN HAAG
[eiser] , eiser V-nummer: [V-nummer]
Procesverloop
Overwegingen
Beslissing
- verklaart het beroep ongegrond;
- wijst het verzoek om schadevergoeding af.
Rechtbank Den Haag
In deze zaak heeft de Rechtbank Den Haag op 27 november 2020 uitspraak gedaan in een beroep tegen een besluit van de Staatssecretaris van Justitie en Veiligheid, waarbij aan de eiser de maatregel van bewaring is opgelegd op grond van artikel 59, eerste lid, aanhef en onder a, van de Vreemdelingenwet 2000. Eiser, die stelt de Marokkaanse nationaliteit te bezitten, heeft tegen dit besluit beroep ingesteld, dat tevens als verzoek om schadevergoeding moet worden aangemerkt. Tijdens de zitting op 23 november 2020 is eiser verschenen, bijgestaan door zijn gemachtigde, terwijl de verweerder zich liet vertegenwoordigen door zijn gemachtigde.
De rechtbank heeft overwogen dat de maatregel van bewaring gerechtvaardigd is, omdat eiser de voorbereiding van zijn vertrek of uitzettingsprocedure ontwijkt of belemmert. Eiser heeft betwist dat hij eerder een terugkeerbesluit heeft ontvangen, maar de rechtbank oordeelt dat de feitelijke juistheid van de gronden voor de bewaring voldoende is toegelicht. De rechtbank heeft vastgesteld dat er een risico bestaat dat eiser zich aan het toezicht zal onttrekken, en dat de bewaringsgronden 3c, 3h en 4d samen voldoende zijn om de maatregel te rechtvaardigen.
Eiser heeft ook aangevoerd dat er geen zicht op uitzetting naar Marokko binnen een redelijke termijn is, maar de rechtbank heeft dit verweer verworpen. De rechtbank verwijst naar eerdere jurisprudentie en stelt vast dat de Marokkaanse autoriteiten recentelijk beter meewerken. Eiser heeft verder betoogd dat een lichter middel had moeten worden toegepast, maar de rechtbank oordeelt dat de opgelegde maatregel noodzakelijk is, gezien de omstandigheden van de zaak. Uiteindelijk verklaart de rechtbank het beroep ongegrond en wijst het verzoek om schadevergoeding af.