Uitspraak
RECHTBANK DEN HAAG
[eiser] , eiser V-nummer: [V-nummer]
Procesverloop
Overwegingen
https://www.info-coronavirus.be/nl/news/occ3010/
Beslissing
- verklaart het beroep ongegrond;
- wijst het verzoek om schadevergoeding af.
Rechtbank Den Haag
In deze zaak heeft de Rechtbank Den Haag op 9 november 2020 uitspraak gedaan in een bestuursrechtelijke procedure betreffende de bewaring van een eiser die onder de Dublinverordening valt. De eiser, die stelt de Marokkaanse nationaliteit te hebben, is op 22 oktober 2020 in bewaring gesteld door de Staatssecretaris van Justitie en Veiligheid. De rechtbank heeft vastgesteld dat de maatregel van bewaring gerechtvaardigd is op basis van verschillende gronden, waaronder het risico dat de eiser zich aan het toezicht zal onttrekken en het feit dat hij Nederland niet op de voorgeschreven wijze is binnengekomen.
Tijdens de zitting op 2 november 2020 heeft de eiser, bijgestaan door zijn gemachtigde, zijn bezwaren tegen de bewaring toegelicht. De rechtbank heeft overwogen dat de gronden voor de bewaring, zoals uiteengezet door de verweerder, voldoende zijn om de maatregel te rechtvaardigen. De rechtbank heeft ook de argumenten van de eiser over het ontbreken van een redelijk vooruitzicht op overdracht naar België verworpen. De rechtbank concludeert dat de overdracht binnen de gestelde termijn mogelijk is, ondanks de Covid-19 maatregelen die in België van kracht zijn.
De rechtbank heeft het beroep van de eiser ongegrond verklaard en het verzoek om schadevergoeding afgewezen. Tevens is er geen aanleiding gezien voor een proceskostenveroordeling. De uitspraak is openbaar gemaakt op 9 november 2020 en kan worden aangevochten bij de Afdeling Bestuursrechtspraak van de Raad van State binnen één week na bekendmaking.