ECLI:NL:RBDHA:2020:14960
Rechtbank Den Haag
- Voorlopige voorziening
- J.J. Catsburg
- R.G. Kamphof
- Rechtspraak.nl
Afwijzing verzoek voorlopige voorziening asielaanvraag
In deze zaak heeft de voorzieningenrechter van de Rechtbank Den Haag op 14 oktober 2020 uitspraak gedaan in het kader van een verzoek om voorlopige voorziening. Verzoeker, die asiel heeft aangevraagd, heeft tegen het besluit van de Staatssecretaris van Justitie en Veiligheid beroep ingesteld. Dit besluit, genomen op 18 september 2020, verklaarde de aanvraag van verzoeker tot het verlenen van een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd in de algemene procedure niet-ontvankelijk. Verzoeker heeft de voorzieningenrechter verzocht om een voorlopige voorziening te treffen in afwachting van de uitkomst van het beroep.
De zitting vond plaats op 5 oktober 2020, waar verzoeker aanwezig was met zijn gemachtigde, mr. B.E.A. Bakker, en waar ook een tolk, A. Avakyan-Gouloyan, aanwezig was. De Staatssecretaris werd vertegenwoordigd door zijn gemachtigde, mr. J.M. Langenberg. Tijdens de zitting is het verzoek om voorlopige voorziening besproken, maar de voorzieningenrechter heeft in een andere zaak, NL20.17186, al uitspraak gedaan op het beroep van verzoeker. Hierdoor was er geen noodzaak meer voor een voorlopige voorziening, en heeft de voorzieningenrechter het verzoek afgewezen.
De uitspraak is gedaan door mr. J.J. Catsburg, die als voorzieningenrechter optrad, en is bekendgemaakt in het openbaar. Er is geen mogelijkheid tot rechtsmiddel tegen deze uitspraak, wat betekent dat de beslissing van de voorzieningenrechter definitief is.