ECLI:NL:RBDHA:2020:14796

Rechtbank Den Haag

Datum uitspraak
31 augustus 2020
Publicatiedatum
4 juni 2021
Zaaknummer
NL20.9118
Instantie
Rechtbank Den Haag
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Bestuursrecht; Vreemdelingenrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Voorlopige voorziening in asielzaak met gegrond beroep en proceskostenveroordeling

In deze zaak heeft de voorzieningenrechter van de Rechtbank Den Haag, zittingsplaats Utrecht, op 31 augustus 2020 uitspraak gedaan in een asielprocedure. Verzoeker, een Nicaraguaanse nationaliteit, had een aanvraag ingediend voor een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd, welke door de Staatssecretaris van Justitie en Veiligheid op 14 april 2020 niet-ontvankelijk was verklaard. Verzoeker heeft hiertegen beroep ingesteld en verzocht om een voorlopige voorziening. Tijdens de zitting op 24 augustus 2020, waarbij verzoeker werd bijgestaan door zijn gemachtigde mr. J.A. Pieters en een tolk, heeft de voorzieningenrechter het beroep gegrond verklaard en het bestreden besluit vernietigd. De voorzieningenrechter heeft verweerder opgedragen om een nieuw besluit te nemen op de aanvraag van verzoeker. Gezien de uitkomst van de bodemzaak en het terugkeerbesluit van 26 november 2019, heeft de voorzieningenrechter het verzoek om een voorlopige voorziening toegewezen. Dit houdt in dat verzoeker niet uit Nederland mag worden verwijderd totdat er een beslissing op zijn aanvraag is genomen. Tevens is verweerder veroordeeld in de proceskosten van verzoeker, vastgesteld op € 525,-. De uitspraak is niet openbaar uitgesproken vanwege de coronamaatregelen, maar zal alsnog openbaar worden gemaakt zodra dat weer mogelijk is.

Uitspraak

uitspraak

RECHTBANK DEN HAAG

Zittingsplaats Utrecht Bestuursrecht zaaknummer: NL20.9118
uitspraak van de voorzieningenrechter in de zaak tussen
[verzoeker] , geboren op [1988] en met de Nicaraguaanse nationaliteit,verzoeker
V-nummer: [V-nummer]
(gemachtigde: mr. J.A. Pieters), en
de Staatssecretaris van Justitie en Veiligheid, verweerder (gemachtigde: mr. P. van Zijl).

Procesverloop

Bij besluit van 14 april 2020 (het bestreden besluit) heeft verweerder de aanvraag van verzoeker tot het verlenen van een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd
niet-ontvankelijk verklaard.
Verzoeker heeft tegen het bestreden besluit beroep ingesteld. Hij heeft verder de voorzieningenrechter verzocht om een voorlopige voorziening te treffen.
Verweerder heeft een verweerschrift ingediend.
Het onderzoek ter zitting heeft, tezamen met de behandeling van het door verzoeker ingediende beroep, geregistreerd onder zaaknummer NL20.9117, plaatsgevonden op
24 augustus 2020. Verzoeker is verschenen, bijgestaan door zijn gemachtigde. Als tolk is verschenen E.H. Willems in de bron- en doeltalen Spaans respectievelijk Nederlands.
Verweerder heeft zich laten vertegenwoordigen door zijn gemachtigde.

Overwegingen

Bij uitspraak van vandaag heeft de rechtbank het beroep, geregistreerd onder zaaknummer NL20.9117, gegrond verklaard en het bestreden besluit vernietigd. Verweerder dient een nieuw besluit op de aanvraag van verzoeker te nemen.
Gelet op de uitkomst van de bodemzaak en gezien het tegen verzoeker uitgevaardigde terugkeerbesluit van 26 november 2019 ziet de voorzieningenrechter aanleiding om het verzoek toe te wijzen.
3. Omdat de voorzieningenrechter het verzoek toewijst, veroordeelt de voorzieningenrechter verweerder in de door verzoeker gemaakte proceskosten. Deze kosten stelt de voorzieningenrechter op grond van het Besluit proceskosten bestuursrecht voor de door een derde beroepsmatig verleende rechtsbijstand vast op € 525,- (1 punt voor het indienen van het verzoekschrift met een waarde per punt van € 525,- en een wegingsfactor 1). In de kosten voor het verschijnen ter zitting van verzoekers gemachtigde is verweerder in de uitspraak op beroep van verzoeker veroordeeld.

Beslissing

De voorzieningenrechter:
 wijst het verzoek om een voorlopige voorziening te treffen toe;
 verbiedt verweerder verzoeker uit Nederland te verwijderen totdat op zijn aanvraag is beslist;
 veroordeelt verweerder in de proceskosten van verzoeker tot een bedrag van € 525,-.
Deze uitspraak is gedaan door mr. M. Ramsaroep, voorzieningenrechter, in aanwezigheid van mr. A.E. van Gestel, griffier.
Als gevolg van maatregelen rondom het Coronavirus is deze uitspraak niet uitgesproken op een openbare uitsprakenzitting. Zodra het openbaar uitspreken weer mogelijk is, wordt deze uitspraak, voor zover nodig, alsnog in het openbaar uitgesproken.
De uitspraak is uitgesproken en bekendgemaakt op:
31 augustus 2020

Documentcode: [documentnummer]

Rechtsmiddel

Tegen deze uitspraak staat geen rechtsmiddel open.