Uitspraak
RECHTBANK DEN HAAG
[eiser] , eiser
Procesverloop
Overwegingen
niet langerals veilig land van herkomst kan worden aangemerkt.
Rechtbank Den Haag
In deze zaak heeft de Rechtbank Den Haag op 8 september 2020 uitspraak gedaan in een asielprocedure. Eiser, een Algerijnse nationaliteit, had een aanvraag ingediend voor een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd, welke door de Staatssecretaris van Justitie en Veiligheid was afgewezen als kennelijk ongegrond. De afwijzing was gebaseerd op het feit dat eiser afkomstig was uit Algerije, dat door de overheid als een veilig land van herkomst werd aangemerkt. Eiser heeft beroep ingesteld tegen deze afwijzing en voerde aan dat Algerije niet langer als veilig land van herkomst kan worden beschouwd, onderbouwd met een recent reisadvies van het ministerie van Buitenlandse Zaken.
Tijdens de zitting op 3 september 2020 is eiser niet verschenen, maar zijn gemachtigde was wel aanwezig. De rechtbank heeft overwogen dat het reisadvies, dat gericht is op Nederlanders die naar Algerije reizen, niet voldoende bewijs levert dat de situatie in Algerije voor Algerijnse burgers is verslechterd. De rechtbank concludeert dat de beroepsgrond van eiser niet slaagt, omdat er geen nieuwe feiten zijn die de status van Algerije als veilig land van herkomst in twijfel trekken. De rechtbank heeft het beroep ongegrond verklaard en er is geen aanleiding voor een proceskostenveroordeling. De uitspraak is gedaan door mr. M. Ramsaroep, rechter, en mr. C. ten Klooster, griffier, en is bekendgemaakt op 8 september 2020.