In deze zaak heeft de kantonrechter van de Rechtbank Den Haag op 25 november 2020 uitspraak gedaan in een civiele procedure tussen de besloten vennootschap Westland Infra Beheer B.V. (hierna: WIN) en een gedaagde partij. De zaak betreft schade die is ontstaan aan een gasleiding tijdens graafwerkzaamheden uitgevoerd door de gedaagde. WIN, als netbeheerder, heeft de gedaagde aansprakelijk gesteld voor de schade die is ontstaan door het beschadigen van de gasleiding met een edelmanboor. De kantonrechter heeft vastgesteld dat de gedaagde als grondroerder moet worden aangemerkt, omdat hij de feitelijke graafwerkzaamheden heeft verricht. De rechter oordeelt dat de gedaagde niet de zorgplicht heeft nageleefd die voortvloeit uit de Wet informatie-uitwisseling bovengrondse en ondergrondse netten en netwerken (WIBON), waardoor hij aansprakelijk is voor de schade. WIN vorderde een bedrag van € 3.069,73, inclusief wettelijke rente en proceskosten. De kantonrechter heeft geoordeeld dat de gedaagde onrechtmatig heeft gehandeld door onvoldoende maatregelen te nemen om schade aan de gasleiding te voorkomen. De vordering van WIN is toegewezen, en de gedaagde is veroordeeld tot betaling van het gevorderde bedrag, vermeerderd met wettelijke rente en proceskosten.