Uitspraak
proces-verbaal van de mondelinge uitspraak van de enkelvoudige kamer van24 september 2020 in de zaak tussen
[eiseres] B.V., gevestigd te [vestigingsplaats] , eiseres(gemachtigde: mr. S.M. Bothof),
de inspecteur van de Belastingdienst, verweerder.
De bestreden uitspraak op bezwaar
Zitting
Beslissing
zoverre in de plaats treedt van de vernietigde uitspraak op bezwaar;
Overwegingen
3 april 2020 [1] volgt dat verweerder terecht is uitgegaan van de CO2-uitstoot vermeld op het Duitse kentekenbewijs. [2] Door de keuring en registratie van de auto in Duitsland is de hoogte van de CO2-uitstoot namelijk een vaststaand feit geworden. Dat volgens eiseres uit andere rekenmethodes een lagere CO2-uitstoot zou volgen, is geen reden om niet van de CO2-uitstoot vermeld op het Duitse kentekenbewijs uit te gaan. Het hanteren van de Scandinavische rekenmethode is immers in overeenstemming met de desbetreffende regelgeving (Richtlijn 2007/46/EG).
4 geen rekening is gehouden met de correctiefactoren “bijstelling marktsituatie” en “bijstelling dealersituatie” en dat daarmee op zichzelf wel rekening mag worden gehouden. Eiseres heeft deze correctiefactoren alsnog toegepast en geconstateerd dat, uitgaande van een gewijzigde inkoopwaarde van € 31.597 en een schadebedrag van € 26.177, de inkoopwaarde van de auto in beschadigde staat moet worden vastgesteld op € 5.420 en de verschuldigde belasting op € 2.111. Verweerder heeft in dat kader gesteld dat hij de schadecalculatie van eiseres in twijfel trekt en dat dit voor hem aanleiding zou zijn een beroep te doen op interne compensatie. Eiseres heeft noch de gewijzigde inkoopwaarde noch het schadebedrag gespecificeerd. Het door haar genoemde schadebedrag van € 26.177 stemt ook niet overeen met het schadebedrag vermeld in het bij de aangifte gebruikte taxatierapport van Inovex. De rechtbank ziet dan ook geen aanleiding eiseres op dit punt te volgen waarbij mede in aanmerking wordt genomen dat eiseres deze stelling pas ter zitting heeft ingenomen.
24 september 2020.