ECLI:NL:RBDHA:2020:10674
Rechtbank Den Haag
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Terugkeerbesluit en inreisverbod voor Albanese eiser
In deze zaak heeft de Rechtbank Den Haag op 29 september 2020 uitspraak gedaan in een bestuursrechtelijke procedure tussen een Albanese eiser en de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid. De eiser, geboren in 1998, had een terugkeerbesluit en een inreisverbod van twee jaar opgelegd gekregen. Dit besluit was genomen op basis van het risico dat de eiser zich aan het toezicht zou onttrekken, zoals vermeld in de Vreemdelingenwet 2000. De eiser heeft beroep ingesteld tegen dit besluit, waarbij hij aanvoerde dat er bijzondere individuele omstandigheden waren die aanleiding zouden moeten geven om van het inreisverbod af te zien. Hij stelde dat hij volledig had meegewerkt aan zijn terugkeer naar Albanië en dat dit zijn eerste reis naar Europa was. De rechtbank overwoog dat de eiser niet had betwist dat hem een termijn voor vrijwillig vertrek kon worden onthouden en dat de staatssecretaris in redelijkheid had kunnen besluiten om het inreisverbod op te leggen. De rechtbank oordeelde dat de door de eiser aangevoerde omstandigheden niet zodanig bijzonder waren dat het inreisverbod niet opgelegd had moeten worden of dat de termijn verkort had moeten worden. Uiteindelijk verklaarde de rechtbank het beroep ongegrond en gaf geen aanleiding voor een proceskostenveroordeling.