ECLI:NL:RBDHA:2020:10627
Rechtbank Den Haag
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Verlening van een zorgmachtiging op basis van de Wet verplichte geestelijke gezondheidszorg
In deze zaak heeft de Rechtbank Den Haag op 7 oktober 2020 een beschikking gegeven inzake de verlening van een zorgmachtiging op basis van de Wet verplichte geestelijke gezondheidszorg (Wvggz). De officier van justitie had op 25 juni 2020 een verzoek ingediend voor een zorgmachtiging ten aanzien van een vrouw, geboren in 1993 in Somalië, die lijdt aan een psychische stoornis. De rechtbank heeft de mondelinge behandeling van het verzoek op dezelfde datum gehouden, waarbij de betrokkenen telefonisch zijn gehoord vanwege de coronamaatregelen. De betrokkene heeft verklaard dat het goed met haar gaat en dat zij een opleiding volgt, maar de casemanager heeft aangegeven dat er geen intrinsieke motivatie is voor het innemen van medicatie. De rechtbank heeft vastgesteld dat er ernstig nadeel kan ontstaan als er geen zorgmachtiging wordt verleend, gezien de psychische toestand van de betrokkene en het gebrek aan inzicht in haar ziekte.