Uitspraak
RECHTBANK DEN HAAG
uitspraak van de enkelvoudige kamer in de zaak tussen
[eiser] , eiser
de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid, verweerder
Procesverloop
Overwegingen
- dat eiser op 16 april 2019 een asielaanvraag heeft ingediend in Spanje;
- dat hij Spanje én het grondgebied van de lidstaten op enig moment heeft verlaten;
- dat hij een visum heeft aangevraagd in Pakistan voor Gambia dat is afgegeven op 21
nietbevestigend kan worden beantwoord. Dit gelet op hetgeen met betrekking tot het medisch stuk is geoordeeld. De volgende vraag die dient te worden beantwoord is of er, gelet op het geheel van de andere bewijsmiddelen, wel voldoende aanwijzingen zijn voor de juistheid van de stelling van eiser dat hij gedurende een periode van drie aaneengesloten maanden de Europese Unie heeft verlaten.
Ik ben in 6 november 2019 uit Pakistan vertrokken. Ik ben naar Gambia gegaan. Daar ben ik zaterdag aangekomen en zondag met het vliegtuig vertrokken naar Nederland.”Hierbij heeft verweerder terecht de conclusie kunnen trekken dat eiser slechts twee dagen in Gambia heeft verbleven, terwijl uit het bewijs van een hotelovernachting blijkt dat eiser zeven dagen in Gambia heeft verbleven.