ECLI:NL:RBDHA:2020:10200
Rechtbank Den Haag
- Wraking
- Rechtspraak.nl
Afwijzing wrakingsverzoek en oplegging wrakingsverbod in civiele procedure
Op 12 oktober 2020 heeft de meervoudige wrakingskamer van de Rechtbank Den Haag uitspraak gedaan op het wrakingsverzoek van ZHOLD Services B.V. tegen de rechters T.A. de Hek, C.M. van der Kleijn en R.E. Perquin. Het wrakingsverzoek was ingediend naar aanleiding van procedurele gang van zaken voorafgaand aan de mondelinge behandeling van een eerder wrakingsverzoek. Verzoekster stelde dat er onvoldoende rekening was gehouden met haar verhinderdata, dat de zitting te kort op de datum was gepland en dat zij niet was geïnformeerd over de reactie van de gewraakte rechter. De wrakingskamer oordeelde dat dergelijke procedurele beslissingen in beginsel geen grond voor wraking kunnen vormen, tenzij er sprake is van bijzondere omstandigheden die wijzen op vooringenomenheid. De wrakingskamer concludeerde dat er geen aanwijzingen waren voor (de schijn van) vooringenomenheid van de rechters en wees het verzoek af. Tevens werd bepaald dat een volgend verzoek tot wraking niet in behandeling zal worden genomen, omdat het wrakingsverzoek zich niet richtte tegen het handelen van de gewraakte rechters, maar meer algemene problemen aan de orde stelde. De beslissing werd openbaar uitgesproken en er staat geen rechtsmiddel open tegen deze uitspraak.