ECLI:NL:RBDHA:2020:10070
Rechtbank Den Haag
- Voorlopige voorziening
- P.J.M. Mol
- T.R. Oosterhoff - Vos
- Rechtspraak.nl
Afwijzing verzoek voorlopige voorziening asielaanvraag met betrekking tot Letland
In deze zaak heeft de voorzieningenrechter van de Rechtbank Den Haag op 4 augustus 2020 uitspraak gedaan in een verzoek om een voorlopige voorziening in het kader van een asielaanvraag. Verzoekster, vertegenwoordigd door haar gemachtigde mr. J.A. Pieters, had een aanvraag ingediend voor een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd. De Staatssecretaris van Justitie en Veiligheid, vertegenwoordigd door mr. J.R. Toussaint, had echter besloten om de aanvraag niet in behandeling te nemen, omdat Letland verantwoordelijk zou zijn voor de behandeling van de asielaanvraag.
Verzoekster heeft hiertegen beroep ingesteld en verzocht om een voorlopige voorziening. De zitting vond plaats op 28 juli 2020, waarbij verzoekster en haar gemachtigde aanwezig waren, terwijl de verweerder zich liet vertegenwoordigen door zijn gemachtigde. De voorzieningenrechter overwoog dat een voorlopige voorziening alleen mogelijk is als de rechtbank nog niet op het beroep heeft beslist. Aangezien er op dezelfde dag een uitspraak is gedaan in een andere zaak (NL20.11437) die verband houdt met het beroep van verzoekster, was het verzoek om een voorlopige voorziening niet meer mogelijk.
De voorzieningenrechter heeft het verzoek om voorlopige voorziening afgewezen en er was geen aanleiding voor een proceskostenveroordeling. De uitspraak is gedaan door mr. P.J.M. Mol, in aanwezigheid van griffier mr. T.R. Oosterhoff - Vos. Vanwege de coronamaatregelen is de uitspraak niet op een openbare zitting gedaan, maar zal deze alsnog openbaar worden uitgesproken zodra dat weer mogelijk is. Tegen deze uitspraak staat geen rechtsmiddel open.