Uitspraak
Rechtbank DEN HAAG
[naam eenmanszaak],
1.De procedure
- de akte uitlating na mondelinge behandeling tevens houdende in he geding brengen van productie(s) aan de zijde van BSZ van 10 mei 2019 met 5 producties (nrs. 1 tot en met 5);
- de antwoordakte aan de zijde van BVO van 14 mei 2019 met en productie (nr. 1);
- de antwoordakte aan de zijde van BSZ van 29 mei 2019;
- de antwoordakte aan de zijde van BVO van 26 juni 2019.
2.De feiten
3.Het verzoek
4.Het verweer
5.De beoordeling
voor het verstrijken van de termijn van twee jaarde goedkeuring van de (kanton)rechter is verzocht.
deze allonge nr. 2 tot stand komt onder de voor verhuurder ontbindende voorwaarde van het niet verkrijgen van de goedkeuring van de rechter, zoals bedoeld in artikel 7:291 lid 2 van het Burgerlijk Wetboek van het bepaalde in deze allonge nr. 2huurovereenkomst. Partijen zullen hiertoe een gezamenlijk verzoekschrift indienen.Van de zijde van BSZ is betoogd dat het (mede) aan BVO te wijten is dat deze allonge zo laat tot stand is gekomen. Dat neemt echter niet weg dat de allonge, zoals blijkt uit de handtekeningenpagina, door BVO reeds op 8 december 2018 is getekend en dat deze van de zijde van BSZ pas op 9 januari 2019 (met de hand staat als datum ingevuld: