ECLI:NL:RBDHA:2019:6721
Rechtbank Den Haag
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Bestuursrechtelijke procedure inzake naheffingsaanslag omzetbelasting en verzuimboete
In deze zaak heeft de Rechtbank Den Haag op 1 juli 2019 uitspraak gedaan in een bestuursrechtelijke procedure over een naheffingsaanslag omzetbelasting en een verzuimboete opgelegd aan eiseres, die magneetsieraden verkoopt en een netwerk van distributeurs aanstuurt. De inspecteur van de Belastingdienst had aan eiseres een naheffingsaanslag opgelegd voor het tijdvak van 1 januari 2012 tot en met 31 december 2015, waarbij ook een verzuimboete en belastingrente in rekening waren gebracht. Eiseres heeft tegen deze aanslag beroep ingesteld, waarna een zitting heeft plaatsgevonden op 20 mei 2019.
De rechtbank heeft vastgesteld dat er aansluitingsverschillen waren tussen de ingediende aangiften omzetbelasting en de administratie van eiseres. Tevens ontbraken rittenregistraties en inkoopfacturen. Eiseres kon niet aannemelijk maken dat de ontvangen bedragen op een zakelijke rekening een ander dan zakelijk karakter hadden, met uitzondering van een bedrag uit 2012. De rechtbank heeft geoordeeld dat de naheffingsaanslag terecht was opgelegd, maar heeft deze wel verminderd op basis van het bedrag uit 2012. De verzuimboete is eveneens verminderd, maar de rechtbank oordeelde dat deze in principe terecht was opgelegd.
De rechtbank heeft het beroep van eiseres gegrond verklaard, de uitspraak op bezwaar vernietigd, en de naheffingsaanslag en de verzuimboete verminderd. Eiseres is in de proceskosten vergoed, en het griffierecht wordt aan haar terugbetaald. De uitspraak is openbaar uitgesproken en partijen kunnen binnen zes weken hoger beroep instellen bij het gerechtshof Den Haag.