ECLI:NL:RBDHA:2019:6484

Rechtbank Den Haag

Datum uitspraak
14 juni 2019
Publicatiedatum
28 juni 2019
Zaaknummer
NL19.11149
Instantie
Rechtbank Den Haag
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Bestuursrecht; Vreemdelingenrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Afwijzing asielaanvraag op basis van ongeloofwaardig asielrelaas en onvoldoende onderbouwing van vrees voor vervolging in Venezuela

In deze zaak heeft de Rechtbank Den Haag op 14 juni 2019 uitspraak gedaan in een asielprocedure waarbij eiseres, een Venezolaanse vrouw, een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd had aangevraagd. De aanvraag werd door de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid afgewezen als kennelijk ongegrond. Eiseres had eerder een asielaanvraag ingediend die ook was afgewezen, en zij stelde dat de 'Colectivos', een gewapende groep in Venezuela, naar haar op zoek waren gegaan. Tijdens de zitting op 6 juni 2019, waar eiseres werd bijgestaan door haar gemachtigde en een tolk, werd de geloofwaardigheid van haar verklaringen ter discussie gesteld.

De rechtbank oordeelde dat eiseres niet voldoende had aangetoond dat zij persoonlijk te vrezen had voor vervolging door de 'Colectivos' of het Venezolaanse leger. De rechtbank merkte op dat de videoboodschap van haar moeder, die eiseres ter onderbouwing had overgelegd, niet afkomstig was van een objectieve bron en dat de verklaringen van eiseres summier en vaag waren. Bovendien werd vastgesteld dat er geen nieuwe feiten of omstandigheden waren die de afwijzing van de asielaanvraag konden rechtvaardigen.

De rechtbank concludeerde dat de staatssecretaris terecht had geoordeeld dat de asielaanvraag van eiseres kennelijk ongegrond was en verklaarde het beroep ongegrond. Eiseres had geen recht op proceskostenvergoeding, en de uitspraak werd openbaar gemaakt. Tegen deze uitspraak kan binnen een week hoger beroep worden ingesteld bij de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State.

Uitspraak

RECHTBANK DEN HAAG

Zittingsplaats Middelburg
Bestuursrecht
zaaknummer: NL19.11149

uitspraak van de enkelvoudige kamer in de zaak tussen

[naam], eiseres

(gemachtigde: mr. B.J. Manspeaker),
en
de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid [1] , verweerder
(gemachtigde: mr. S.H.N. Maas).

ProcesverloopBij besluit van 13 mei 2019 (het bestreden besluit) heeft verweerder de aanvraag van eiseres tot het verlenen van een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd in de algemene procedure afgewezen als kennelijk ongegrond.

Eiseres heeft tegen het bestreden besluit beroep ingesteld.
Het onderzoek ter zitting heeft, tezamen met de behandeling van de zaak NL19.11150, plaatsgevonden op 6 juni 2019. Eiseres is verschenen, bijgestaan door haar gemachtigde. Als tolk is verschenen C.M.E. Begthel. Verweerder heeft zich laten vertegenwoordigen door zijn gemachtigde.

Overwegingen

1. Eiseres stelt de Venezolaanse nationaliteit te bezitten en te zijn geboren op
[geboortedatum]. Eiseres heeft op 9 december 2017 haar eerste asielaanvraag ingediend. Verweerder heeft deze asielaanvraag afgewezen als ongegrond. Het hiertegen ingediende beroep is bij uitspraak van 17 december 2018 ongegrond verklaard [2] . De Afdeling heeft deze uitspraak op 1 februari 2019 bevestigd. Hiermee staat het besluit in rechte vast.
2. Eiseres heeft vervolgens op 29 maart 2019 met het formulier M35-O een opvolgende asielaanvraag ingediend. Daaraan heeft zij ten grondslag gelegd dat de “Colectivos” naar de woning van haar moeder zijn teruggekomen om naar eiseres op zoek te gaan. Eiseres heeft ter onderbouwing een videoboodschap van haar moeder overgelegd. Verder heeft eiseres aangegeven dat zij problemen zal ondervinden in Venezuela vanwege haar seksuele geaardheid en heeft eiseres verwezen naar de gewijzigde mensenrechtensituatie in Venezuela.
3. Verweerder acht niet geloofwaardig dat de “Colectivos” naar de woning van de moeder van eiseres zijn teruggekomen om naar eiseres op zoek te gaan. Verweerder merkt op dat, hoewel de algemene situatie in Venezuela slecht is, niet geconcludeerd kan worden dat de algemene situatie dusdanig is dat eiseres te vrezen heeft voor vervolging in de zin van het Vluchtelingenverdrag of het risico loopt te worden blootgesteld aan ernstige schade als bedoeld in artikel 3 van het EVRM [3] . Ook blijkt niet dat eiseres bij terugkeer in de negatieve aandacht zal komen te staan vanwege haar seksuele geaardheid. Verweerder concludeert daarom dat de asielaanvraag wordt afgewezen als kennelijk ongegrond.
4. Eiseres voert in beroep aan dat zij haar verklaringen naar vermogen aannemelijk heeft gemaakt met de videoboodschap van haar moeder. De “Colectivos” hebben geen officiële status binnen de Venezolaanse overheid, waardoor eiseres hier geen schriftelijke bewijsstukken van kan overleggen. Daarnaast is eiseres in Nederland openlijk uitgekomen voor haar seksuele geaardheid, waardoor het voor haar psychische gevolgen zal hebben wanneer zij in Venezuela hier niet meer openlijk voor kan uitkomen. Als laatste heeft eiseres de “Guidance note on international protection considerations for Venezuelans” van de UNHCR [4] van mei 2019 overgelegd.
De rechtbank oordeelt als volgt.
5. Verweerder heeft zich niet ten onrechte op het standpunt gesteld dat uit de verklaringen van eiseres niet blijkt dat zij persoonlijk te vrezen heeft voor vervolging van de zijde van de “Colectivos” en het leger. Tijdens de vorige asielprocedure is al vastgesteld dat eiseres niet persoonlijk heeft te vrezen voor de “Colectivos”. Verweerder heeft niet ten onrechte opgemerkt dat het op grond daarvan al niet geloofwaardig is dat de “Colectivos” naar de woning van haar moeder zijn teruggekomen om naar juist eiseres op zoek te gaan. Daarnaast is de videoboodschap, die eiseres ter onderbouwing van de gestelde vrees heeft overgelegd, niet afkomstig van een objectieve bron. Verweerder heeft daarbij niet ten onrechte betrokken dat eiseres vage en summiere verklaringen heeft afgelegd over het bezoek van de “Colectivos” aan de woning van de moeder van eiseres. Dat – zoals eiseres ter zitting heeft toegelicht – zij afhankelijk is van wat haar moeder hierover heeft verteld in de videoboodschap, maakt dit niet anders. Het is immers aan eiseres om de nieuwe relevante feiten of omstandigheden die zij aan haar opvolgende asielaanvraag ten grondslag legt, aannemelijk te maken.
6. Ook heeft verweerder terecht overwogen dat ten aanzien van de door eiseres gestelde problemen bij terugkeer naar Venezuela vanwege haar seksuele geaardheid, geen sprake is van nieuwe feiten of veranderde omstandigheden. Ook uit het door eiseres in beroep overgelegde bericht van de UNHCR blijkt niet dat de groep LHBTI [5] als kwetsbare minderheidsgroep moet worden aangemerkt. In het rapport wordt meer in zijn algemeenheid opgeroepen om ontheemde Venezolanen op te vangen. Verweerder heeft er ter zitting terecht op gewezen dat eiseres toegang heeft tot de asielprocedure en dat haar asielaanvraag individueel is getoetst op de noodzaak van internationale bescherming.
7. Uit het voorgaande volgt dat verweerder zich terecht op het standpunt heeft gesteld dat geen sprake is van nieuwe elementen of bevindingen welke zouden kunnen leiden tot een andere beslissing dan vervat in het eerdere besluit. De aanvraag is daarom terecht afgewezen als kennelijk ongegrond.
8. Het beroep is ongegrond.
9. Voor een proceskostenveroordeling bestaat geen aanleiding.

Beslissing

De rechtbank verklaart het beroep ongegrond.
Deze uitspraak is gedaan door mr. K.M. de Jager, rechter, in aanwezigheid van
mr. M. van Andel, griffier.
griffier rechter
Deze uitspraak is in het openbaar gedaan en bekendgemaakt op:

Rechtsmiddel

Tegen deze uitspraak kan hoger beroep worden ingesteld bij de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State binnen één week na de dag van bekendmaking.

Voetnoten

1.Daaronder wordt mede begrepen: diens rechtsvoorgangers.
2.Uitspraak van de rechtbank Den Haag, zittingsplaats Middelburg, NL18.13858.
3.Verdrag tot bescherming van de rechten van de mens en fundamentele vrijheden.
4.United Nations High Commissioner for Refugees.
5.Lesbisch, homoseksueel, biseksueel, transgender en interseksconditie.