ECLI:NL:RBDHA:2019:4389

Rechtbank Den Haag

Datum uitspraak
24 april 2019
Publicatiedatum
3 mei 2019
Zaaknummer
NL19.6792
Instantie
Rechtbank Den Haag
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Bestuursrecht
Procedures
  • Voorlopige voorziening
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Afwijzing verzoek voorlopige voorziening asielaanvraag met verwijzing naar verantwoordelijkheidsbeginsel

In deze zaak heeft de voorzieningenrechter van de Rechtbank Den Haag op 24 april 2019 uitspraak gedaan in het kader van een verzoek om een voorlopige voorziening. Verzoeker, die een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd had aangevraagd, had tegen het besluit van de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid beroep ingesteld. De staatssecretaris had de aanvraag niet in behandeling genomen, omdat Italië verantwoordelijk was voor de behandeling van de asielaanvraag. Verzoeker heeft vervolgens de voorzieningenrechter verzocht om een voorlopige voorziening te treffen.

Tijdens de zitting op 18 april 2019, waar zowel verzoeker als verweerder zich lieten vertegenwoordigen door hun gemachtigden, is het verzoek om een voorlopige voorziening besproken. De voorzieningenrechter heeft overwogen dat een voorlopige voorziening alleen mogelijk is als de rechtbank nog niet op het beroep heeft beslist. Aangezien er op dezelfde dag een uitspraak is gedaan in een andere zaak (NL19.6571) die betrekking had op het beroep van verzoeker, was het verzoek om een voorlopige voorziening niet meer mogelijk. De voorzieningenrechter heeft het verzoek om die reden afgewezen.

De uitspraak is gedaan door mr. J.J.P. Bosman, in aanwezigheid van griffier mr. A. Nobel, en is openbaar uitgesproken. Tegen deze uitspraak staat geen rechtsmiddel open, wat betekent dat de beslissing definitief is.

Uitspraak

RECHTBANK DEN HAAG

Bestuursrecht
zaaknummer: NL19.6792

uitspraak van de voorzieningenrechter van 24 april 2019 in de zaak tussen

[verzoeker], verzoeker, V-nummer [V-nummer]

(gemachtigde: mr. M. Dalloesingh),
en

de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid, verweerder

(gemachtigde: mr. E. Biçer).

Procesverloop

Bij besluit van 21 maart 2019 (het bestreden besluit) heeft verweerder de aanvraag van verzoeker tot het verlenen van een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd niet in behandeling genomen op de grond dat Italië verantwoordelijk is voor de behandeling van de aanvraag.
Verzoeker heeft tegen het bestreden besluit beroep ingesteld. Hij heeft verder de voorzieningenrechter verzocht om een voorlopige voorziening te treffen.
Het onderzoek ter zitting heeft, tezamen met de behandeling van de zaak NL19.6792 , plaatsgevonden op 18 april 2019. Verzoeker heeft zich laten vertegenwoordigen door zijn gemachtigde. Verweerder heeft zich laten vertegenwoordigen door zijn gemachtigde.

Overwegingen

Een voorlopige voorziening is alleen mogelijk als de rechtbank nog niet op het beroep heeft beslist. Bij uitspraak van vandaag, zaaknummer NL19.6571, heeft de rechtbank uitspraak gedaan op het beroep. Een voorlopige voorziening is daarom niet meer mogelijk. De voorzieningenrechter wijst het verzoek om die reden af.
Voor een proceskostenveroordeling bestaat geen aanleiding.

Beslissing

De voorzieningenrechter wijst het verzoek om een voorlopige voorziening af.
Deze uitspraak is gedaan door mr. J.J.P. Bosman, voorzieningenrechter, in aanwezigheid van mr. A. Nobel, griffier. De beslissing is in het openbaar uitgesproken op 24 april 2019.
griffier voorzieningenrechter
Deze uitspraak is bekend gemaakt aan partijen op

Rechtsmiddel

Tegen deze uitspraak staat geen rechtsmiddel open.