ECLI:NL:RBDHA:2019:4232

Rechtbank Den Haag

Datum uitspraak
29 april 2019
Publicatiedatum
30 april 2019
Zaaknummer
09-842209-14
Instantie
Rechtbank Den Haag
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - meervoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Grote phishingfraude met oplichting en deelname aan criminele organisatie

In deze zaak heeft de rechtbank Den Haag op 29 april 2019 uitspraak gedaan in een strafzaak tegen een verdachte die betrokken was bij een grootschalige phishingfraude. De verdachte, geboren in Nigeria, werd beschuldigd van oplichting en deelname aan een criminele organisatie. De rechtbank oordeelde dat de verdachte samen met anderen op een gestructureerde manier handelde om bankgegevens van slachtoffers te verkrijgen. Slachtoffers werden benaderd via e-mail en telefoon door iemand die zich voordeed als medewerkster van de Rabobank. Door het verstrekken van inloggegevens en codes werden aanzienlijke bedragen van hun rekeningen overgemaakt naar rekeningen van derden, waarna dure goederen zoals horloges en auto’s werden aangeschaft. De rechtbank heeft vastgesteld dat de verdachte een cruciale rol speelde in deze organisatie, die zich gedurende een langere periode bezighield met deze misdrijven. De rechtbank legde de verdachte een gevangenisstraf van 24 maanden op, rekening houdend met de ernst van de feiten en de overschrijding van de redelijke termijn van berechting. Daarnaast werden vorderingen van benadeelde partijen tot schadevergoeding gedeeltelijk toegewezen.

Uitspraak

Rechtbank DEN HAAG

Strafrecht
Meervoudige strafkamer
Parketnummer: 09/842209-14
Datum uitspraak: 29 april 2019
Tegenspraak
(Promisvonnis)
De rechtbank Den Haag heeft op de grondslag van de tenlastelegging en naar aanleiding van het onderzoek ter terechtzitting het navolgende vonnis gewezen in de zaak van de officier van justitie tegen de verdachte:
[verdachte],
geboren op [geboortedag 1] 1972 te Benin City (Nigeria),
thans zonder bekende woon- of verblijfplaats hier te lande.

1.Het onderzoek ter terechtzitting

Het onderzoek is gehouden ter terechtzittingen van 6 juli 2017 (pro forma), 8, 9, 10 en 11 april 2019 (alle inhoudelijk) en 15 april 2019 (sluiting).
De rechtbank heeft kennis genomen van de vordering van de officier van justitie
mr. D. Kortekaas. De verdachte is – hoewel daartoe behoorlijk opgeroepen – niet verschenen op de voormelde data waarop de onderhavige zaak inhoudelijk werd behandeld. Wel aanwezig was zijn raadsman, mr. J.H.T. van Brunschot, die heeft verklaard uitdrukkelijk te zijn gemachtigd om namens de verdachte het woord te voeren.

2.De tenlastelegging

Aan de verdachte is – na wijziging van de tenlastelegging ter terechtzitting van 8 april 2019 – ten laste gelegd hetgeen is vermeld in de dagvaarding. De tekst van de tenlastelegging is als bijlage I aan dit vonnis gehecht.

3.Bewijsoverwegingen

3.1
Inleiding
Op 5 augustus 2013 heeft de Rabobank de politie in Den Haag gemeld dat een rekeninghouder slachtoffer was geworden van ‘phishing’. De rekeninghouder had zijn inloggegevens verstrekt aan een vrouw die zich voordeed als [naam 6] , medewerkster van de Rabobank. Vervolgens werden, zonder medeweten van de rekeninghouder, grote bedragen overgemaakt naar twee juweliers voor de aankoop van dure horloges. Het contact met de juweliers verliep per e-mail en telefoon met een vrouw die zich [naam 6] noemde. Bij een van de juweliers werden de betaalde horloges opgehaald door een vrouw die zich identificeerde als [medeverdachte 1] . De andere juwelier heeft het bestelde horloge uiteindelijk niet geleverd.
Toen sprake bleek te zijn van meerdere vergelijkbare gevallen, heeft de politie in samenwerking met de Rabobank nader onderzoek uitgevoerd. Tijdens dit onderzoek, Erwt genaamd, is gebruikgemaakt van verschillende opsporingsmethodieken, waaronder het afluisteren van telefoons en de inzet van een IMSI-catcher. Uit dit onderzoek zijn onder meer de verdachten [medeverdachte 1] , [medeverdachte 2] , [medeverdachte 3] , [medeverdachte 4] , [medeverdachte 5] en [verdachte] naar voren gekomen.
[medeverdachte 1] en [medeverdachte 2] zijn op 10 september 2013 op heterdaad aangehouden. [medeverdachte 4] , [medeverdachte 5] en [verdachte] zijn op 7 mei 2014 aangehouden. [medeverdachte 3] is (in het onderzoek Erwt) op 1 juni 2015 aangehouden.
Omdat in deze strafzaak sprake is van in totaal zes verdachten en de hierna volgende bewijsbeoordeling ook op de andere verdachten ziet, wordt voor de leesbaarheid van de bewijsbeoordeling hoofdzakelijk verwezen naar de verschillende verdachten met hun eigen naam, dus zonder (steeds) de aanduiding ‘de verdachte’ of ‘de medeverdachte’.
De rechtbank dient de vraag te beantwoorden of en zo ja, in welke vorm, de verdachte betrokken was bij een of meer van deze phishing zaken.
3.2
Het standpunt van de officier van justitie
De officier van justitie heeft zich, overeenkomstig haar op schrift gesteld requisitoir, op het standpunt gesteld dat de onder 1 en 2 ten laste gelegde feiten wettig en overtuigend bewezen kunnen worden verklaard.
3.3
Het standpunt van de verdediging
De raadsman heeft primair vrijspraak bepleit van de onder 1 en 2 ten laste gelegde feiten. Daarbij heeft de raadsman in het bijzonder aangevoerd dat niet met een voldoende mate van zekerheid kan worden vastgesteld dat de verdachte de (enige) gebruiker is geweest van de zwarte iPhone met het nummer *4936. Subsidiair, indien wel een bewezenverklaring volgt, heeft de raadsman zich op het standpunt gesteld dat ten aanzien van de verdachte – in vergelijking tot [medeverdachte 4] en [medeverdachte 5] – een relatief kortere pleegperiode bewezen kan worden verklaard, omdat het bewijs van enige betrokkenheid van de verdachte bij zaaksdossier 16 en zaaksdossier 30 ontbreekt. Wat betreft zaaksdossier 35 heeft de raadsman nog betoogd dat niet is gebleken dat een geldbedrag van de bankrekening van aangeefster [benadeelde 1] is afgehaald en dus sprake is van een poging, zodat de verdachte reeds om die reden hiervan moet worden vrijgesproken.
Voor wat betreft de deelname aan een criminele organisatie, is de raadsman van mening dat niet kan worden gesproken van “duurzaam” in de zin van artikel 140 van het Wetboek van Strafrecht (hierna: Sr), zodat de verdachte ook van feit 2 dient te worden vrijgesproken.
3.4
Het oordeel van de rechtbank [1]
3.4.1
Feit 1 (oplichting van meerdere personen/bedrijven)
De rechtbank legt de volgende feiten en omstandigheden ten grondslag aan haar oordeel.
Inleiding
Modus operandi
Zowel door de Rabobank [2] als door individuele rekeninghouders [3] is aangifte gedaan van oplichting en/of phishing. De modus operandi in het onderzoek Erwt zoals die uit de aangiftes van de Rabobank naar voren komt was – kort samengevat – als volgt.
Allereerst werden (in veel gevallen) uit naam van de Rabobank e-mails naar rekeninghouders verzonden, waarin stond vermeld dat een nieuwe update van het internetbankieren moest plaatsvinden, of dat er een beveiligingsrisico was omdat misbruik van hun internetbankieren-account werd gemaakt, of dat in verband met de invoering van de IBAN-code een nieuwe update uitgevoerd moest worden. Door op een link in de e-mail te klikken, kwamen slachtoffers op een website van ogenschijnlijk de Rabobank terecht.
Op deze site werd gevraagd (persoonlijke) gegevens in te vullen.
Nadat slachtoffers hun gegevens hadden ingevuld, werden zij gebeld door een beschaafd Nederlands sprekende vrouw, die zich voordeed als medewerkster van de Rabobank. In de telefoongesprekken vroeg de 'medewerkster' om de inlog- en signeercodes van het internetbankieren van de Rabobankrekening van de slachtoffers.
Nadat de codes waren verkregen, werd ingelogd op de Rabobankrekening van de slachtoffers en werd het saldo bekeken. Vervolgens zochten de fraudeurs op internet naar dure goederen, met name horloges en auto’s. Hierna werd door een vrouw per e-mail en/of per telefoon contact gelegd met een juwelier of een autohandelaar. De vrouw informeerde naar te koop aangeboden horloges of auto's en kondigde aan dat geld zou worden overgemaakt voor de aanschaf van deze goederen. Ook werd vermeld dat de betaalde goederen door een familielid, werknemer of iemand anders opgehaald zouden worden.
De rekeninghouders werden vervolgens opnieuw gebeld door de vrouw die zich voordeed als ‘medewerkster van de Rabobank’ met wie zij eerder contact hadden gehad. Weer werd om de inlog- en signeercodes gevraagd. Zodra die werden verkregen, werd ingelogd op de internetrekening van de slachtoffers en werd via een (spoed)overboeking geld overgemaakt naar de reeds benaderde juwelier of autohandelaar.
Na de overboeking werd weer contact opgenomen met de leveranciers om te verifiëren of het geld ontvangen was en om afspraken te maken met betrekking tot het ophalen van de bestelde en betaalde goederen.
Uit de aangiftes van de Rabobank blijkt voorts dat de bestelde en betaalde goederen kort na de overboeking werden opgehaald. De ophalers (ook wel katvangers genoemd) legitimeerden zich bij de juweliers.
Gebleken is dat er vanaf 14 november 2014 - nadat de branchevereniging van juweliers een waarschuwing had laten uitgaan naar hun leden - nauwelijks nog gebruik gemaakt werd van juweliers als ontvangers van het onrechtmatig overgeboekte geld. De werkwijze leek te zijn aangepast; verschillende autohandelaren hadden onrechtmatig overgeboekt geld ontvangen en in het contact met de autohandelaren werden de namen van slachtoffers gebruikt, in plaats van de namen die ook als werden gebruikt voor de ‘medewerkster van de Rabobank’. Bij de autohandelaren lieten de katvangers de bestelde en betaalde auto's op hun naam zetten. In enkele gevallen bleek geld te zijn overgemaakt voor de aanschaf van andersoortige goederen of werd het saldo direct overgeboekt naar bankrekeningen van katvangers.
Uit de aangiften van de Rabobank blijkt ook dat de rekeninghouders en leveranciers werden gebeld met telefoonnummers en telefoons die slechts voor een korte periode en voor specifieke onderdelen van de phishing activiteiten gebruikt werden. Soms werden ook katvangers aangestuurd met deze telefoons en telefoonnummers. [4]
Omvang onderzoek Erwt
In het onderzoek Erwt zijn 38 zaaksdossiers uitgewerkt, waarvan 27 zaken aan een of meer van de zes verdachten ten laste zijn gelegd. [5] Verder bevat het dossier een overzicht van 44 zaken die in het kader van het onderzoek Erwt niet tot een verdere uitwerking hebben geleid. [6] Ook bevat het dossier twee gevoegde zaken die aan de verdachten [medeverdachte 4] [7] en [medeverdachte 3] [8] ten laste zijn gelegd en waarin sprake is van een vergelijkbare modus operandi. In het onderzoek komen naast de nu vervolgde zes verdachten nog 18 katvangers voor. [9]
Gebruikte namen en e-mailadressen
Aangevers [benadeelde 2] [10] , [benadeelde 3] [11] , [benadeelde 4] [12] , [benadeelde 5] [13] en [benadeelde 6] [14] hebben verklaard dat zij werden gebeld door een vrouw die zich
[naam 6]noemde en zich voorstelde als medewerkster van de Rabobank.
Medewerkers van de juweliers [bedrijf 1] en [bedrijf 2] [15] , [bedrijf 3] [16] , [bedrijf 4] [17] , [bedrijf 5] [18] , [bedrijf 6] [19] , [bedrijf 7] [20] en [bedrijf 8] [21] hebben verklaard dat zij werden gemaild en/of gebeld door een vrouw die zich
[naam 6]noemde en die interesse in een of meer horloges toonde.
Medewerkers van juweliers [bedrijf 9] [22] , [bedrijf 10] [23] , [bedrijf 11] [24] , [bedrijf 12] [25] , [bedrijf 13] [26] en [bedrijf 14] [27] hebben verklaard dat zij werden gemaild en/of gebeld door een vrouw die zich
[naam 7]noemde en die interesse in een of meer horloges toonde.
Medewerkers van de juweliers [bedrijf 15] [28] en [bedrijf 16] [29] hebben verklaard dat zij werden gemaild en/of gebeld door een vrouw die zich
[naam 5]noemde en die interesse in een of meer horloges toonde.
Aangevers [benadeelde 7] [30] , [benadeelde 8] [31] , [benadeelde 9] [32] , [benadeelde 10] [33] , [benadeelde 11] [34] , [benadeelde 12] [35] , [benadeelde 13] [36] , [benadeelde 14] [37] , [benadeelde 15] [38] , [benadeelde 16] [39] en [benadeelde 17] [40] werden gebeld door vrouw die zich
[naam 8]noemde en zich voorstelde als medewerkster van de Rabobank.
De politie heeft onderzoek gedaan naar de gebruikte e-mailadressen. De hotmailadressen van [naam 6] , [naam 7] en [naam 5] werden benaderd vanaf hetzelfde IP-adres, dat was uitgegeven door UPC aan [medeverdachte 4] op haar toenmalige verblijfadres in Weesp. [41]
Dongel en laptop (Acer)
De e-mailadressen van [naam 6] , [naam 7] en [naam 5] bleken verband te houden met telefoonnummer *5756 en een toestel met IMEI nummer *48800. [42] Dit laatste toestel is getapt (TA03) en bleek een Huawei dongel te zijn. [43] Uit de tapsessies bleek dat in de dongel meerdere simkaarten met telefoonnummers hebben gezeten. Ook kon de politie vaststellen dat met name zendmasten in Diemen en Haarlem werden aangestraald. [44] De dongel werd alleen gebruikt voor het surfen op internet; er werd gezocht naar dure horloges en auto’s. Ook werd er gezocht op de namen van enkele slachtoffers en werd regelmatig de site van de Rabobank bezocht. [45] Via de tap heeft de politie in april 2014 kunnen vaststellen dat de dongel in een Acer laptop zat, waarvan ook het serienummer via de tap werd gezien. [46] Net voordat de politie op 7 mei 2014 binnentrad in de woning aan de [adres 1] in Amsterdam, waar de verdachten [verdachte] , [medeverdachte 5] en [medeverdachte 4] werden aangetroffen, werd daar een laptop uit het raam gegooid. Deze laptop bleek hetzelfde serienummer te hebben als de Acer laptop waar de getapte dongel in heeft gezeten. [47] In de woning aan de [adres 1] werden twee dongels aangetroffen. Een dongel had het IMEI nummer *48800. [48] Op deze dongel waren stickers bevestigd met de telefoonnummers *5756, *0555 en *4404. [49] Het nummer *0555 bleek op 26 juni 2013 tweemaal contact te hebben gehad met *3673 en eenmaal op 7 augustus 2013 met *9450. [50]
De harde schijf van de Acer laptop is onderzocht. [51] Op de harde schijf zijn onder meer (delen van) mailberichten aan juweliers en autodealers in de zaaksdossiers 1, 2, 3, 4, 5, 6, 7, 8 (2x), 9. 10. 11, 12, 13 (2x), 14, 15, 23 en 35 aangetroffen [52] , de naam [naam 7] [53] en ook nog kennelijke schermafbeeldingen van een notitie-app van een mobiele telefoon met daarop namen, adressen, rekeninggegevens en pasnummers [54] , waaronder de naam [naam 9] , die voorkomt in zaaksdossier 18. [55]
Zendmastgegevens
Het adres [adres 1] in Amsterdam (in de Venserpolder) valt binnen het bereik van de zendmast [adres 2] te Diemen. [56]
Het adres [adres 3] in Haarlem valt binnen het bereik van de zendmasten [adres 4] en [adres 5] te Haarlem. [57] Ook valt dit adres binnen het bereik van de zendmast aan de [adres 6] in Vijfhuizen. [58]
Telefoons en telefoonnummers
Bij de aanhouding van de verdachten [verdachte] , [medeverdachte 5] en [medeverdachte 4] is de woning [adres 1] in Amsterdam doorzocht en zijn 27 telefoons aangetroffen en in beslag genomen. [59] Uit de aangiftes en de verklaringen van leveranciers waren ook al telefoonnummers naar voren gekomen. De politie heeft onderzoek gedaan naar de zendmastgegevens en historische verkeersgegevens van de aangetroffen telefoons en de daarin gebruikte en/of in verklaringen genoemde telefoonnummers. Op sommige nummers zijn taps gezet om gesprekken af te luisteren.
Onder meer de volgende telefoonnummers en telefoons komen in het onderzoek naar voren:
*3673: werd gebruikt tussen 19 juni en 12 augustus 2013. Het nummer is alle dagen binnen het zendbereik van de zendmast [adres 2] te Diemen gebleven. Met het nummer is gebeld naar de aangevers in de zaaksdossiers 1, 3, 5 en 7. [60] Het nummer belde op 26 juni 2013 tweemaal met *0555, een nummer dat op de dongel stond vermeld. [61]
*9450: werd gebruikt van 27 juli 2013 tot en met 12 augustus 2013. Het nummer is alle dagen binnen het zendbereik van de zendmast [adres 2] te Diemen gebleven. Met het nummer is gebeld naar juweliers in de zaaksdossiers 1, 2, 4, 5, 6 en 7. [62]
*9944: werd gebruikt van 13 augustus 2013 tot en met 23 augustus 2014. Het nummer is alle dagen binnen het zendbereik van de zendmast [adres 2] te Diemen gebleven. Met het nummer is gebeld naar de aangevers in de zaaksdossiers 2, 6, 7 en 8 en naar een juwelier in zaaksdossier 2. [63]
*7632: werd gebruikt in 2013. Met het nummer is gebeld naar juweliers in de zaaksdossiers 4, 8, 9 en 11 en naar de aangever in zaaksdossier 9. [64]
*7256: is in gebruik geweest vanaf 8 oktober 2013 tot en met 30 oktober 2013. Op het nummer heeft een tap (TA02) gelopen. De stem van de gebruikster is herkend als die van [medeverdachte 4] . [65] Het nummer is alle dagen binnen het zendbereik van de zendmast [adres 2] te Diemen gebleven. Met het nummer is gebeld met juweliers in de zaaksdossiers 12 en 14 en in enkele overige oplichtingszaken die in het proces-verbaal van onderzoek Erwt niet zijn uitgewerkt. [66]
*9171: Het nummer werd gebruikt van 17 december 2013 tot en met 10 januari 2014. Het nummer werd gebruikt in een blauwe Nokia telefoon met IMEI-nummer*4080, die werd aangetroffen bij de doorzoeking op de [adres 1] . [67]
Het nummer is alle dagen, m.u.v. 23 december 2013, binnen het zendbereik van de zendmast [adres 2] te Diemen gebleven. [68] Met het nummer is gebeld met de autohandelaar in zaaksdossier 18. [69]
*9169: Het nummer werd gebruikt van 17 december 2013 tot en met 10 januari 2014. Het nummer werd gebruikt in een blauwe Nokia telefoon met IMEI-nummer *4080, die werd aangetroffen bij de doorzoeking op de [adres 1] . Het nummer is alle dagen binnen het zendbereik van de zendmast [adres 2] te Diemen gebleven. [70] Met het nummer is op 7 januari 2014 tweemaal gebeld naar de aangever in zaaksdossier 12 en op 20 december 2013 met aangever [benadeelde 18] (feit 4 voor [medeverdachte 4] en [medeverdachte 3] ). [71]
*4555:Het nummer werd gebruikt van 5 tot en met 27 februari 2014. Uit de datagegevens op de getapte Huawei dongel (TA03) bleek dat dit nummer werd opgegeven als contacttelefoonnummer voor de aankoop van horloges, soms met de naam [naam 13] . [72] Het nummer is afgeluisterd (TA04) en werd gebruikt in een wit-zilverkleurige Samsung telefoon met IMEI-nummer *3961(7), die werd aangetroffen bij de doorzoeking op de [adres 1] . [73] Met het nummer is meermalen contact geweest met nummer *0285, dat toebehoorde aan [medeverdachte 3] . In tapgesprekken op 27 februari 2014 wordt door [medeverdachte 3] gesproken met een Nederlands sprekende vrouw en met een Engelstalige man die hij [verdachte] noemt. [74] Het toestel straalde zendmasten aan [adres 2] te Diemen en [adres 4] en [adres 5] te Haarlem aan en is binnen de tapperiode binnen het bereik van de zendmast [adres 2] te Diemen gebleven. [75] Met het nummer is gebeld met aangevers en/of leveranciers in zaaksdossiers 16, 17, 18, 19, 20, 21 en 26. [76]
*3838: Het nummer is gebruikt tussen 27 februari 2014 en 12 maart 2014. Het nummer werd gebruikt in een zwarte Samsung telefoon met IMEI-nummer *2130, die werd aangetroffen bij de doorzoeking op de [adres 1] . [77] Het nummer is alle dagen, m.u.v. 27 februari 2014, binnen het zendbereik van de zendmast [adres 2] te Diemen gebleven. [78] Met het nummer zijn aangevers in de zaaksdossiers 20, 21, 22, 23 en 26 en autohandelaren in de zaaksdossiers 20, 21, 22, en 23 gebeld. [79]
*0772:werd gebruikt tussen 13 en 19 maart 2014. Het nummer werd gebruikt in een zwarte Samsung telefoon met IMEI-nummer *9187, die werd aangetroffen bij de doorzoeking op de [adres 1] . [80] Het toestel straalde zendmasten aan [adres 2] te Diemen en [adres 4] en [adres 5] te Haarlem aan. [81] Met het nummer is driemaal contact geweest met nummer *0285, dat toebehoorde aan [medeverdachte 3] . [82] Met het nummer zijn aangevers in de zaaksdossiers 23, 24, 26 en 28 en autohandelaren in de zaaksdossiers 24 en 25 gebeld. [83]
*1022: werd gebruikt tussen 13 maart en 8 april 2014. dit nummer werd gebruikt in een telefoon van een onbekend merk met IMEI-nummer *3213(1) 9187, die werd aangetroffen bij de doorzoeking op de [adres 1] . [84] Het toestel straalde zendmasten aan [adres 2] te Diemen en [adres 4] en [adres 5] te Haarlem aan. [85] Met het nummer is de aangever in zaaksdossier 26 gebeld. [86]
*5895: werd gebruikt tussen 20 en 25 maart 2014. Het nummer werd gebruikt in een Samsung telefoon met IMEI-nummer *2191, die werd aangetroffen bij de doorzoeking op de [adres 1] . [87] Ook nummer *0750 heeft in het toestel gezeten. [88] Het toestel straalde zendmasten aan [adres 2] te Diemen en [adres 5] te Haarlem aan. [89] Met het nummer zijn de aangevers in zaaksdossiers 26 en 28 gebeld en de autohandelaar in zaaksdossier 25. [90]
*0677: is gebruikt van 25 maart tot en met 3 april 2014. Dit nummer werd genoemd door de aangeefster in zaaksdossier 26. [91] De historische verkeersgegevens zijn opgevraagd en onderzocht. Het toestel waar de simkaart met dit nummer in zat, straalde onder meer zendmasten [adres 4] en [adres 5] te Haarlem aan. [92] Het nummer heeft contact gehad met nummer *0530 dat toebehoorde aan [medeverdachte 3] . [93] Met het nummer is gebeld met aangevers in de zaaksdossiers 26, 28 en 37 en met autohandelaren in de zaaksdossier 26 en 27. [94]
*3138: Het nummer werd gebruikt van 2 tot en met 11 april 2014. [95] Dit nummer werd gebruikt in een Nokia 105 telefoon met IMEI-nummer *9458, die werd aangetroffen bij de doorzoeking op de [adres 1] [96] Het toestel straalde de zendmasten [adres 4] en [adres 5] te Haarlem aan. [97] Met het nummer werden aangevers in zaaksdossiers 21, 22, 23, 26, 29 en 36 gebeld. [98]
*9218:werd gebruikt van 14 april tot en met 1 mei 2014. Dit nummer kwam naar voren in afgeluisterde gesprekken die gevoerd werden met een telefoonnummer van [medeverdachte 3] en werd vervolgens zelf getapt (TA09). [99] Het nummer werd gebruikt in een Samsung E1200 telefoon met IMEI-nummer *1544, die werd aangetroffen bij de doorzoeking op de [adres 1] . [100] Het toestel straalde onder meer de zendmasten [adres 4] en [adres 5] te Haarlem aan. [101] Er zijn gesprekken afgeluisterd die een vrouw voerde met medeverdachten, waaronder [medeverdachte 3] , en ook met rekeninghouders van de Rabobank en met leveranciers. [102] De stem van de gebruikster is herkend als die van [medeverdachte 4] . [103] Met het nummer werden aangevers in zaaksdossiers 30 en 34 en de autohandelaar in zaaksdossier 30 gebeld. [104]
*3095:werd gebruikt van 17 tot en met 28 april 2014. [105] Dit nummer kwam naar voren in afgeluisterde gesprekken die gevoerd werden met een telefoonnummer van [medeverdachte 3] en werd vervolgens zelf getapt (TA12). [106] Het nummer werd gebruikt in een Samsung E1200 telefoon met IMEI-nummer *1544, die werd aangetroffen bij de doorzoeking op de [adres 1] . [107] Het toestel straalde onder meer de zendmasten [adres 4] en [adres 5] te Haarlem aan. [108] Met het nummer is gebeld naar de aangevers in zaaksdossiers 31 [109] en 32. [110]
*6266:is gebruikt van 29 april tot en met 7 mei 2014. [111] Dit nummer werd gebruikt in een zwarte Samsung GT-E1180 telefoon met IMEI-nummer *3265(4), die werd aangetroffen bij de doorzoeking op de [adres 1] . [112] Op zowel de telefoon als de simkaart stonden sms-berichten die verband hielden met de zaaksdossiers 25, 33, 34, 35. [113] Met het nummer zijn aangevers in de zaaksdossiers 32 [114] , 33 [115] , 34 [116] en 37 [117] en een autohandelaar in zaaksdossier 34 [118] gebeld.
*9418Tijdens de doorzoeking is een blauwe Samsung GT-E1200 aangetroffen met daarin een simkaart met het telefoonnummer *9418. Op de simkaart staan sms-berichten die verband houden met enkele niet tenlastegelegde (‘overige’) oplichtingszaken in het onderzoek Erwt. [119] De politie heeft dit nummer afgeluisterd van 6 tot 19 mei 2014 (TA11). [120] Het nummer had contact met het telefoonnummer *1241 van [medeverdachte 3] . [121]
Gehanteerde terminologie
In de afgeluisterde gesprekken worden personen geregeld ‘Chop’ of ‘Chopper’ genoemd. Deze termen zouden afkomstig zijn uit een Nigeriaans liedje ‘Chop your dollar’.
Het liedje gaat over de ‘419-scam’, waarmee gerefereerd wordt aan artikel 419 van het Nigeriaanse Wetboek van Strafrecht, dat het leegplukken van andermans rekening strafbaar stelt. [122]
Zo komt de term Chopper voor in de volgende gesprekken:
Gesprek tussen NN man *4028 en [medeverdachte 3] op 16 april 2014:
[medeverdachte 3] : Hey? ..goed je te horen ik probeer iedereen te bereiken maar iedereen heeft zijn telefoon uit.
NN man *4028: Serieus??
[medeverdachte 3] : Ja! [medeverdachte 5] (fon). ik.uh hij vertelde me dat hij mij zou bellen maar ik wacht nog steeds. vanaf 1 uur al..
NN man*4028: hhmmm, ...
[medeverdachte 3] : Ja!, .. wat ben je aan het doen?!
NN man*4028: hmm .. niet al te veel .. morgen! ben je klaar voor morgen?!
[medeverdachte 3] : Jazeker maar uh ik heb het [medeverdachte 5] (fon) al gezegd dat ik euh niet meer met die andere man werk. [naam 19] .. (fon) weet Je? je moet de kosten voorschieten (cover the expenses)
NN man *4028: (onderbreekt [medeverdachte 3] ) Maak niet uit?! Ik wil niet weten met wie je werkt. als je iets hebt ... regel het zelf! .. ja?! Maar laat het op z'n minst aan CHOPPA (fon) weten ja?! (19:22:48)
[medeverdachte 3] : Ja? Ik heb mensen klaar staan ... lk heb mensen klaar staan?! Heb je iets klaar staan?.
(wordt onderbroken door NN man *4028)
NN man *4028: morgen, .. morgen hebben wie niemand om te werken dus als je niet serieus bent of geld nodig hebt (broke in the money).. dan .. hoeven we niet met jou te werken morgen? [123]
Gesprek tussen NN man *4028 (1) en NN man *8346 (2) op 6 mei 2014:
2: Hallo.
1: Ja, Chopper (…).
2: Ja.
1: Hé, die gasten uit Duitsland hebben mij zojuist gebeld om te zeggen dat zij al in de stad zijn, dus ik weet niet wat ik hen zeggen moet; hoe laat kan die andere komen zodat zij dat kunnen komen ophalen?
2: Eh, voor werk?
1: Hoe laat, die afspraak voor dinsdag; hoe laat weet jij zeker dat zij het kunnen komen ophalen, die jongens zijn nu al in de buurt. Ik heb jou gisteren gezegd dat zij vandaag hier zouden zijn, toch? [124]
Ook de termen ‘soldaat’ en ‘kantoor’ worden gebruikt:
Gesprek tussen NN man *4028 en [medeverdachte 3] op 14 april 2014:
G: ja 'good' ... he waar. waar zijn jullie? op het kantoor?!
NN man(1) *4028: Nee nee, we zijn ver van het kantoor ...
G: Okay okay.
NN man(1) *4028: Maar we zijn druk we zijn druk.
G: Omdat ik euh .. een soldaat net heb bereikt.
NN man(1) *4028: Wacht even wacht even .. .
NN man(2) *4028: Hallo?! ( vermoedelijk andere stem)
G: Ja ' [medeverdachte 5] ' (Fon)
NN man(2) *4028: Je .. je hebt al iemand gevonden of niet?!
G: Nee voor morgenochtend?!
NN man(2) *4028: Morgenochtend man!? Is laat?!
G: Ja, euh .. ik heb ik heb haar net ontmoet en ik was net ook boos op haar want zij vertelde mij op vrijdag dat wij op maandag wat kunnen doen maar zij heeft ook drie kinderen,. .ze kan niet zomaar weggaan.
NN man(2) *4028: Maar euh.. als ik kan .laat mij kijken of ik iemand kan regelen want misschien kan jij die persoon dan gebruiken?
G: Euh nog een keer?
NN man(2) *4028: Laten we vandaag iets doen ... Laat mij kijken of ik iemand snel regelen.. dan heb je een persoon en dan kun je wat doen. [125]
Gesprek tussen NN man 1 *1241 en NN man 2 *4028 op 22 april 2014:
2: heb je mijn sms ontvangen?
1: Ja, maar [verdachte] , mijn soldaat, zij kan vandaag niet, man.
2: Maar je hebt de sms al?
1: Ja, ik heb het adres al.
2: Oké, dus je hebt het nu.
1: Ja, luister, gisteren zei je dat je iemand hebt om vandaag met mij mee te gaan, toch?
2: Wacht even, hoe zit het nou? Je zei toch dat je over een half uur wegging?
1: Ja, ik ga al maar heb je iemand om met mij mee. [126]
Tablet Samsung Galaxy
Bij de doorzoeking op de [adres 1] is een tablet Samsung Galaxy aangetroffen en inbeslaggenomen. [127] De data op de tablet en de simkaart in het toestel zijn uitgelezen en onderzocht. Uit de data van de tablet blijkt er met de tablet op veel websites van autobedrijven en/f motorbedrijven gekeken is. Ook zijn de sites van de Rabobank, de ABN-AMRO bank en de SNS bank bezocht. Tevens zijn met de tablet websites van autohandelaren bezocht die voorkomen in de zaaksdossiers 30, 33 en 34. [128]
Schrijfblok
Bij de doorzoeking op de [adres 1] werd een schrijfblok aangetroffen en inbeslaggenomen. [129] Op dit schrijfblok stonden aantekeningen met namen, adressen, telefoonnummers, horloge- en automerken en prijzen die voorkomen in de zaaksdossiers 7, 8, 15, 18, 25, 26, 29, 30, 31, 32, 34, 35, 36 en 37. [130]
Verklaringen [medeverdachte 3]
heeft tijdens zijn verhoor op 2 juni 2015 onder meer het volgende verklaard. [131] Hij was medio 2013 in café [plaats] in contact gekomen met [medeverdachte 5] , een Afrikaanse jongen van ongeveer 35 jaar oud. [medeverdachte 5] noemde zich aan de telefoon ook “ [medeverdachte 5] ” en zo noemden anderen hem ook. [132] kon wat geld verdienen door voor [medeverdachte 5] auto’s op zijn naam te zetten en deze auto’s dan bij [medeverdachte 5] af te leveren. Later vroeg [medeverdachte 3] op verzoek van [medeverdachte 5] ook aan anderen om auto’s op hun naam te zetten. Hij stond in contact met [medeverdachte 5] via de kroeg of via de telefoon. [medeverdachte 5] had altijd andere telefoonnummers.
[medeverdachte 3] had ook contact met [verdachte] of [verdachte] . [133] Hij kreeg van [medeverdachte 5] of [verdachte] te horen naar welk adres hij moest gaan en zij namen het geld aan van auto’s die hij had weggebracht.
[medeverdachte 3] had ook contact met een Nederlandse vrouw, ongeveer 30 jaar oud. [134] Hij kende deze vrouw als [medeverdachte 4] . Zij regelde alles, hij hoefde alleen maar naar de garage te gaan en dan was alles geregeld. Hij heeft haar nooit het geld van de auto gegeven.
[medeverdachte 3] kwam ook op “kantoor”. Dit was het café en ook een flat in de Venserpolder op de 4e etage. Als hij daar kwam, waren daar meestal [medeverdachte 4] , [verdachte] en [medeverdachte 5] . [135]
[medeverdachte 3] heeft verklaard dat de telefoonnummers *0285 en *1241 van hem kunnen zijn. [136]
[medeverdachte 3] heeft [medeverdachte 4] herkend op een politiefoto van [medeverdachte 4] [137] , [medeverdachte 5] oftewel [medeverdachte 5] oftewel [medeverdachte 5] op een politiefoto van [medeverdachte 5] [138] en [verdachte] op een politiefoto van [verdachte] . [139]
Ter terechtzitting op 9 april 2019 heeft [medeverdachte 3] verklaard dat zijn bijnaam ‘ [medeverdachte 3] ’ is.
VERDACHTE [medeverdachte 4]
Telefoons en telefoonnummers in gebruik bij [medeverdachte 4]
*3455:Tijdens de doorzoeking op de [adres 1] is een zwarte BlackBerry Curve 8520 aangetroffen met IMEI nummer *4678(8) en met daarin een simkaart met telefoonnummer *3455. [140] Het telefoonnummer straalde voornamelijk een zendmast aan in Weesp, binnen welk bereik het verblijfadres van [medeverdachte 4] viel. [141] Op de telefoon zijn foto’s aangetroffen die verband houden met [medeverdachte 4] . [142] Bij de contacten stonden onder meer vermeld: JUST met telefoonnummers *8640 en *9157 en [medeverdachte 5] met *8497. [143] Met deze nummers is telefooncontact geweest in maart en april 2014. Ook is contact geweest met het telefoonnummer *9418. [medeverdachte 4] heeft verklaard dat zij dit BlackBerry toestel gebruikte om te bellen. [144]
*1685:Tijdens de doorzoeking is ook een zwart/witte BlackBerry 9900 Bold aangetroffen met telefoonnummer *1685, IMEI nummer 2278(5) en ping nummer *1FD0. [145] Voor het ping nummer was een useraccount aangemaakt met de naam ‘ [medeverdachte 4] ’. [146] Het telefoonnummer straalde voornamelijk zendmasten aan in Weesp, binnen welk bereik het verblijfadres van [medeverdachte 4] viel. [147] Op de telefoon zijn foto’s aangetroffen die verband houden met [medeverdachte 4] . [148] Sommige van deze foto’s zijn opgeslagen als “ [medeverdachte 4] ”. [149] [150] Ook zijn foto’s op de telefoon aangetroffen die gerelateerd kunnen worden aan verschillende zaaksdossiers [151] en schermafbeeldingen van notities waarin geldbedragen worden verdeeld, o.a. met “ [verdachte] ” en “ [medeverdachte 5] ”. [152] heeft verklaard dat zij deze telefoon gebruikte om te pingen met [medeverdachte 5] , met wie zij redelijk goed bevriend was. [153] Met deze [medeverdachte 5] doelt zij op [medeverdachte 5] , die samen met haar in de woning aan de [adres 1] werd aangehouden. [154]
*5308:[medeverdachte 4] heeft verder verklaard dat het telefoonnummer *5308 aan haar toebehoort. [155] Dit nummer is getapt met taplijn TA14. [156] In tapsessie 67 geeft de gebruiker volgens de politie de naam “ [medeverdachte 4] ” op. [157]
Vergelijkend spraakonderzoek [medeverdachte 4] .
Het Nederlands Forensisch Instituut (hierna: NFI) heeft een vergelijkend spraakonderzoek uitgevoerd. [158] De stem die gebruikmaakt van telefoonnummer *5308 (waarvan [medeverdachte 4] heeft verklaard dat het haar telefoonnummer is) is onder meer vergeleken met de stem die gebruikmaakt van telefoonnummers *7256 (op 21 en 30 oktober 2013) en *9218 (op 15 en 16 april 2014). Het NFI constateert dat de bevindingen van het onderzoek t.a.v. formele gesprekken ‘zeer veel waarschijnlijker’ zijn als – kort gezegd – de gesprekken gevoerd zijn door [medeverdachte 4] , dan wanneer zij door iemand anders gevoerd zijn. Voor de informele gesprekken acht het NFI dit ‘veel waarschijnlijker’.
Tussenconclusie t.a.v. telefoons en telefoonnummers
Gelet op het vorenstaande staat naar het oordeel van de rechtbank vast dat [medeverdachte 4] de vaste gebruiker was van bovengenoemde BlackBerry telefoons met nummers *3455 en *1685 en van de telefoon met nummer *5308 en dat zij gebruik heeft gemaakt van de telefoonnummers *7256 (op 21 en 30 oktober 2013) en *9218 (op 15 en 16 april 2014).
Vingerafdrukken op de Acer laptop
Op de Acer laptop zijn vingerafdrukken aangetroffen van [medeverdachte 4] . [159]
Vingerafdrukken op het schrijfblok
Op het schrijfblok is een vingerafdruk aangetroffen van [medeverdachte 4] . [160]
Vergelijkend handschriftonderzoek
Het NFI heeft een vergelijkend handschriftonderzoek uitgevoerd. [161] Het NFI heeft daarin geconstateerd dat de bevindingen van het onderzoek ‘veel waarschijnlijker’ zijn als het handschrift door [medeverdachte 4] is geproduceerd dan wanneer dat door een willekeurig andere persoon is geproduceerd.
VERDACHTE [medeverdachte 5]
Telefoon en telefoonnummer in gebruik bij [medeverdachte 5] :
BlackBerry Q10 met telefoonnummer *1052:Tijdens de doorzoeking in de woning aan de [adres 1] is een BlackBerry Q10 aangetroffen met daarin een simkaart met telefoonnummer *1052 en ping nummer *5D46. [162] Het telefoonnummer *1052 straalde tussen 1 juni 2013 en 8 mei 2014 ’s nachts en in het weekend voornamelijk twee zendmasten binnen het bereik van de [adres 1] aan. [163] Het dossier bevat twee registraties uit het politiesysteem Blue View, waaruit blijkt dat [medeverdachte 5] de hoofdbewoner van de woning aan de [adres 1] was. [164]
Uit onderzoek is voorts gebleken dat tussen ping nummer *5D46 en ping nummer *1FD0, toebehorend aan [medeverdachte 4] , is gepingd, waarbij de gebruiker van *5D46 “ [medeverdachte 5] ” of “ [medeverdachte 5] ” werd genoemd en de ping naam [medeverdachte 5] had. Deze [medeverdachte 5] sprak de andere gebruiker aan met [medeverdachte 4] . [165] [medeverdachte 4] heeft verklaard dat zij deze telefoon gebruikte om te pingen met “ [medeverdachte 5] ”. [166] Met deze [medeverdachte 5] doelt zij op verdachte [medeverdachte 5] , die samen met haar in de woning aan de [adres 1] werd aangehouden. [167]
Het telefoonnummer *1052 heeft op 6 mei 2014 de zendmast [adres 4] te Haarlem aangestraald, in het bereik van [adres 3] . [168] Het telefoonnummer *4028 dat aan verdachte [verdachte] wordt toegeschreven (zie hieronder) straalde eveneens masten aan in het bereik van de [adres 3] . Telefoonnummer *4028 werd op dat moment afgeluisterd (TA10). In het gesprek werd door [verdachte] gezegd dat “ [medeverdachte 5] ” bij hem was. [169]
Tussenconclusie t.a.v. telefoons en telefoonnummers
Gelet op het vorenstaande staat naar het oordeel van de rechtbank vast dat [medeverdachte 5] de vaste gebruiker was van bovengenoemde BlackBerry telefoon met nummer *1052.
Verjaardag verdachte [medeverdachte 5]
Het telefoonnummer *1241 van verdachte [medeverdachte 3] [170] is afgeluisterd (TA08). Op 16 april 2014 feliciteerde [medeverdachte 3] iemand die gebruikmaakte van telefoonnummer *9218 en die zich “ [medeverdachte 5] ” noemde alsnog met zijn verjaardag. Verdachte [medeverdachte 5] is jarig op [geboortedag 2] . [171]
Vingerafdrukken op het schrijfblok
Op de achterzijde van de tweede pagina van het schrijfblok is een vingerafdruk van [medeverdachte 5] aangetroffen. [172] Het NFI heeft nader onderzoek uitgevoerd. [173] Het NFI heeft geconstateerd dat de bevindingen van het onderzoek “extreem veel waarschijnlijker” zijn als het spoor afkomstig is van [medeverdachte 5] dan wanneer het afkomstig is van een willekeurig ander persoon.
VERDACHTE [verdachte]
Telefoons [verdachte]
*4028:dit nummer werd gebruikt in een witte Samsung telefoon met IMEI-nummer *1261(8) die werd aangetroffen bij de doorzoeking op de [adres 1] . [174] Van 1 juli 2013 tot en met 6 mei 2014 was het nummer gekoppeld aan IMEI-nummer *2610. Het nummer is van 6 tot en met 19 mei 2014 getapt (TA10). [175] Uit deze tap is gebleken dat het nummer veelvuldig contact had met telefoonnummer *1241 dat in gebruik was bij [medeverdachte 3] . Overdag straalde het nummer hoofdzakelijk de zendmasten [adres 2] te Diemen en [adres 4] en [adres 5] te Haarlem aan. ’s Nachts straalde het nummer de zendmast [adres 7] te Amsterdam aan. [176] Het verblijfsadres van [verdachte] valt binnen het bereik van deze zendmast. In de afgeluisterde gesprekken werd de gebruiker van het nummer ‘ [verdachte] ’ genoemd. [177] Op 16 april 2014 belde [medeverdachte 3] met dit nummeren noemde de gebruiker van het nummer ‘ [verdachte] ’. Hij verontschuldigde zich daarna meerdere malen omdat hij de naam [verdachte] openlijk over de telefoon had genoemd. [178]
Op de simkaart van het nummer stonden berichten over (grote) geldbedragen, garages, gesloten rekeningen, telefoonnummers en [adres 3] . [179] Ook werd een sms-bericht aangetroffen met de naam van de leverancier in zaaksdossier 31. [180]
Op 2 juni 2015 werd de verdachte [medeverdachte 3] gehoord. [medeverdachte 3] werd tijdens het verhoor geconfronteerd met een telefoongesprek tussen zichzelf met nummer *1241 en de gebruiker van *4018, door hem aangesproken als ‘ [verdachte] ’. [181] Op de vraag van verbalisanten wie ‘ [verdachte] ’ was, verklaarde [medeverdachte 3] : "Dat is iemand anders uit de groep. [verdachte] of [verdachte] ". Even later werd door verbalisanten aan de verdachte [medeverdachte 3] de politiefoto van [verdachte] getoond. Hierop verklaarde [medeverdachte 3] : "Dat is [verdachte] ". [182]
*9157:dit nummer werd gebruikt in een zwart/grijze Samsung telefoon met IMEI-nummer *7560 die werd aangetroffen bij de doorzoeking op de [adres 1] . [183] Het nummer straalde ’s nachts zendmasten aan binnen het bereik van het toenmalige verblijfsadres van [verdachte] . Het nummer stond bovendien opgeslagen in de telefoon van [naam 1] van [verdachte] . [184] Voorts os gebleken dat het nummer contact heeft gehad met het nummer *3455, behorend bij een zwarte BlackBerry Curve 8520. [185] Dit toestel werd gebruikt door verdachte [medeverdachte 4] . Het nummer heeft verder contact gehad met nummer *9418 (afgeluisterd op taplijn TA11), *3095 (afgeluisterd op taplijn TA12) en *0285 (afgeluisterd op taplijn TA05). [186]
[verdachte] heeft in zijn verhoor op 8 mei 2014 verklaard dat hij een Samsung telefoon had met een nummer eindigend op *57. [187]
*4936:dit nummer werd gebruikt in een zwarte iPhone met IMEI-nummer *9874 die werd aangetroffen bij de doorzoeking op de [adres 1] . [188] Uit de historische verkeersgegevens is gebleken dat het toestel is gebruikt van 24 januari 2014 tot en met 7 mei 2014 en dat met het telefoonnummer zeer waarschijnlijk geen gesprekken zijn gevoerd, maar dat het vrijwel uitsluitend werd gebruikt voor dataverkeer. [189] Het nummer straalde ’s nachts twee zendmasten aan binnen het bereik van het toenmalige verblijfsadres van [verdachte] . [190]
In de data van de zwarte iPhone zijn veel foto’s van [verdachte] aangetroffen en ook van [naam 2] . Verder stond er een schermafdruk in de telefoon met de naam van de aangever en de begunstigde in zaaksdossier 37 [191] en een foto van een briefje met de naam van de leverancier in zaaksdossier 16. [192] Ook stonden op deze telefoon twee bestanden met aantekeningen en met lijsten van klantgegevens van de SNS-bank [193] en van de Rabobank. [194] Ten slotte stonden op de telefoon cookies van de Rabobank. Een van de cookies hield verband met de overboeking in zaaksdossier 37. [195]
Tussenconclusie t.a.v. telefoons en telefoonnummers
Naar het oordeel van de rechtbank staat op grond van het vorenstaande vast dat [verdachte] de vaste gebruiker was van bovengenoemde Samsung telefoons met nummers *4028 en *9157 en - anders dan de raadsman heeft betoogd - van de zwarte iPhone met nummer *4936.
Zwarte administratiemap
Bij de doorzoeking op de [adres 1] werd een zwarte map met administratie aangetroffen en inbeslaggenomen. Deze map bevatte allereerst verschillende stukken, zoals pasfoto’s, een vreemdelingendocument en brieven van Nederlandse overheidsinstanties gericht aan [verdachte] . [196] Naast deze stukken werden ook andere documenten aangetroffen, zoals papieren met gebruikersnamen en wachtwoorden van bankrekeningen en aantekeningen betreffende naam en adresgegevens, inclusief bankrekeninggegevens, waarvan soortgelijke gegevens zijn aangetroffen op beide inbeslaggenomen iPhones. [197]
Ook bevatte de map een stuk tekst dat begint met "attentie klant" en waarin gevraagd wordt om een formulier te downloaden en rekeninggegevens in te vullen en terug te sturen. [198]
De rechtbank zal hieronder de zaaksdossiers bespreken die op de tenlastelegging van de verdachte staan vermeld.
Zaaksdossier 16
Aangifte [aangever 1]
Op woensdag 12 februari 2014 heeft [aangever 1] aangifte van oplichting gedaan namens zijn vader [aangever 2] en zijn tante [persoon 2] . Zijn tante was ernstig ziek en daarom had zij zijn vader gemachtigd voor het beheer van haar Raborekening. Zijn vader had op 6 februari 2014 een mail van de Rabobank ontvangen gericht aan ‘undisclosed recipients’ en was op 11 februari 2014 om 11.11 uur gebeld door een keurig Nederlands sprekende vrouw van de Rabobank die hem vroeg om zijn medewerking bij een beveiligingsactie. De vrouw noemde het rekeningnummer en het bankpasnummer. Zijn vader heeft de kaart in de reader gedaan en heeft het inlognummer gecontroleerd. De vrouw belde later die dag terug. Zijn vader heeft opnieuw de kaart in de reader gedaan en diverse inlogcodes gecontroleerd. Aangever werd omstreeks 16:00 uur gebeld door de Rabobank in Drunen omdat zijn vader in Spanje zat en op dat moment niet te bereiken was. De Rabobank deelde mede dat er ongeveer € 48.000,- van de rekening was afgeschreven en overgeboekt naar het bedrijf [bedrijf 17] te Doetinchem. [199] Het bedrag zou worden geblokkeerd, maar bleek uiteindelijk toch te zijn overgeboekt.
Aangifte [aangever 2]
Aangever [aangever 2] is aanvullend gehoord en heeft overeenkomstig zijn zoon verklaard. [200]
Aangifte Rabobank
Op 6 maart 2014 heeft de Rabobank aangifte gedaan van (onder meer) een frauduleuze overboeking van € 48.250,- op 11 februari 2014 om 13:25 uur van de spaarrekening van [persoon 2] naar haar lopende rekening en vervolgens een overboeking van € 48.250,- van haar lopende rekening naar het bedrijf [bedrijf 17] te Doetinchem. [201]
Getuige [getuige 1]
Op maandag 24 februari 2014 is de getuige [getuige 1] gehoord. Hij verklaarde dat hij een opslagbedrijf van elektromotoren heeft. Er was een nieuwe vertegenwoordiger langsgekomen voor de aankoop van sloopmateriaal. Het was een nieuwe klant, dus [getuige 1] wilde eerst geld zien voordat hij zou leveren. Het sloopmateriaal is op dinsdag 11 februari 2014 door de man opgehaald. De man was een week eerder langs geweest om afspraken te maken. [getuige 1] had kentekens genoteerd en aan de Rabobank doorgegeven. De totaalprijs van de verkoop was iets van € 48.000,-. [getuige 1] had het rekeningnummer van degene van wie hij het geld had ontvangen aan de Rabobank doorgegeven. Tevens had hij een kopie van het legitimatiebewijs aan de Rabobank gegeven. Dat betrof een legitimatiebewijs van de man die het sloopmateriaal kwam halen met twee chauffeurs. Zij hadden twee dezelfde groene vrachtwagens bij zich.
Gegevens koper sloopmateriaal
De factuur van [bedrijf 17] staat op naam van [bedrijf 18] in Den Haag. [202] [persoon 1] staat als eigenaar geregistreerd. [203]
Een kopie van zijn paspoort is overgelegd. [204] Onderzoek naar de verblijfplaats van [persoon 1] heeft geen resultaat opgeleverd. [205]
Internettap TA03
Uit de tap op IMEI-nummer [nummer 2] (de dongel) is gebleken dat op 11 februari 2014 om 11:10 uur was gezocht op de website detelefoongids.nl naar ‘ [naam 3] ’ in ‘Vlijmen’. Ook is die dag meerdere keren ingelogd op de website van de Rabobank. [206]
Historische verkeersgegevens telefoonnummer *4555
Tijdens de doorzoeking in de woning aan de [adres 1] werd in een plastic zak onder de slaapbank een Samsung telefoon aangetroffen. Uit opgevraagde historische verkeersgegevens van het bijbehorende IMEI-nummer blijkt dat met nummer *4555 gebruik werd gemaakt van dit toestel. [207] Uit de historische verkeersgegevens blijkt dat aangever [aangever 1] op 11 februari 2014 drie keer is gebeld door dit nummer waaronder om 13:15 uur (duur gesprek: 910 sec). Gelet op de eerdergenoemde aangifte van de Rabobank werd aangever door dit nummer gebeld tijdens de frauduleuze overboekingen. [208]
Ook blijkt uit de historische verkeersgegevens dat dit nummer hoofdzakelijk gebruik maakt van drie basisstations, te weten: [adres 4] te Haarlem, [adres 5] te Haarlem en [adres 2] te Diemen.
Zwarte IPhone met telefoonnummer *4936
Tijdens de doorzoeking in de woning aan de [adres 1] op 7 mei 2014 werd op de eettafel in de woonkamer een zwarte Apple iPhone aangetroffen met daarin een simkaart met nummer *4936. Onder de afbeeldingen is op de telefoon een foto aangetroffen van een handgeschreven briefje met de tekst “ [tekst 1] ”. [209]
Zaaksdossier 30
Aangifte [benadeelde 17]
De heer [benadeelde 17] te Oosterhout heeft op 17 april 2014 aangifte gedaan van oplichting. [210] Zakelijk weergegeven verklaarde hij dat hij op 30 maart 2014 een e-mail van de Rabobank had ontvangen over een nieuw beveiligingssysteem. [211] Aangever heeft toen op een link geklikt en een aantal gegevens ingevuld, zoals pas- en telefoonnummer. Hij is later, vermoedelijk op 9 april 2014, gebeld door een afgeschermd nummer, door een dame die vertelde dat ze van de Rabobank was. De vrouw sprak “rustig en netjes Nederlands zonder accent”. Op haar verzoek heeft hij ingelogd met zijn randomreader en een signeercode aan haar doorgegeven. Op 16 april 2014 rond 16:45 uur belde dezelfde vrouw opnieuw. Aangever heeft op haar verzoek weer ingelogd met de randomreader en vermoedt dat hij twee codes heeft doorgegeven; 18200 en 18199. Op 17 april 2014 liet de Rabobank weten dat er een overboeking was gedaan naar [bedrijf 19] . De Rabobank liet weten dat de [bedrijf 19] het geld had teruggestort en dat het geld weer op de rekening van aangever zou komen.
Aangifte Rabobank
In een aanvullende aangifte van de Rabobank wordt duidelijk dat er eerst € 18.200 euro is overgemaakt van de spaarrekening van aangever naar zijn betaalrekening en daarna is € 18.199 euro van de betaalrekening naar een bankrekening op naam van [bedrijf 19] overgemaakt o.v.v. “ [tekst 2] ”. [212]
Getuige [getuige 2]
heeft als getuige verklaard –zakelijk weergegeven- dat op 16 april 2014 tussen 15:00 en 16:00 uur een man met een donkere huidskleur en een zwarte motorhelm bij hem in de zaak verscheen. De man gaf aan een motor te willen kopen en gaf na enig rondkijken aan dat hij interesse had in een BMW type K 1300 S. Vervolgens belde de man met iemand. Op een gegeven moment overhandigde de man zijn telefoon aan [getuige 2] . [getuige 2] kreeg toen een vrouw aan de lijn die vertelde dat zij ervoor zou zorgen dat er € 18.199 euro zou worden overgemaakt. Nadat [getuige 2] zijn rekeningnummer aan de man gaf, vertelde deze dat de motor voor zijn oom was. De man is vervolgens naar een snackbar gegaan. Omstreeks 17:00 uur belde de Rabobank om te melden dat de motor niet geleverd mocht worden. [getuige 2] heeft toen de politie gebeld. De man kwam aanlopen toen de politie aan kwam rijden. [getuige 2] zag dat de man zijn helm weggooide en wegliep. De vrouw belde vervolgens nog een aantal keren dat het geld was overgemaakt en de motor geleverd moest worden. [213]
Internettap TA03
Uit de tap op IMEI-nummer [nummer 3] (de dongel) is gebleken dat op 16 april 2014 (tussen 11:14 en 14:15 uur) meerdere malen is gekeken op de website van [getuige 2] motoren. De internettap straalde tijdens deze sessies de zendmast PA van de [adres 8] te Haarlem aan. [214]
Historische verkeersgegevens telefoonnummer *9218
Uit de historische verkeersgegevens van het telefoonnummer *9218 is gebleken dat aangever op [datum] om 16:51 door dit nummer is gebeld en dat dit gesprek 1020 seconden duurde. Uit een vergelijking van de historische verkeersgegevens van dit nummer met het tijdstip van de overboeking, zoals die blijkt uit de aanvullende aangifte van de Rabobank, is gebleken dat de frauduleuze overboeking is gedaan terwijl aangever [benadeelde 17] werd gebeld door het nummer *9218. [215]
Tap op telefoonnummer *9218 (TA09)
De politie heeft het telefoonnummer *9218 getapt. Op [datum] zijn onder meer de volgende gesprekken gevoerd:
Sessienr. 62 om 13.40 uur:een onbekende vrouw die zich [naam 20] noemt belt naar [bedrijf 19] te Nieuw Vennep en informeert naar een Suzuki.
Sessienr. 63 om 13.46 uur:Een onbekende vrouw belt naar een onbekende man en zegt dat ze een locatie hebben, niet zo ver weg, Nieuw Vennep, dat ze net heeft gebeld, een BMW K 1300S heeft gezien en dat de man zelf het babbeltje moet doen. Een Afrikaanse man neemt de telefoon over en zegt tegen de man “you know it’s for your uncle”.
Sessienr. 64 om 13.51 uur: Door het getapte telefoonnummer wordt de volgende sms gestuurd naar *9820:
“ [bedrijf 19] . [adres 9] . Bmw k1300s 2013 179”.
Sessienr. 75 om 14:26 uur:een onbekende Afrikaanse man belt vanaf de getapte lijn naar de onbekende man met een Surinaams accent over een klusje.
Sessienr. 83 om 15.09 uur:Een onbekende man met Surinaams accent belt naar de getapte lijn en zegt tegen dat ze het type niet hebben en vraagt wat hij moet doen.
Sessienr. 85 en 92 om resp. 15.11 en 15.28 uur: een onbekende vrouw belt met de onbekende man met Surinaams accent en vraagt hem of ze niks anders hebben voor rond de 18, maar rond de 14 is ook in orde. Ze vraagt of hij nu in die zaak is, of hij weet hoe hij met die mensen moet praten en de “setups” van het verhaal kent.
Sessienr. 95 en 98 om 15.33 uur:De onbekende man belt naar getapte nummer en zegt tegen de onbekende vrouw dat ze alleen het geld nu moet overmaken. Zij vraagt hem de gegevens te sms-en en zegt “dan gaan we kijken of we die betaling kunnen doen”. Vervolgens wordt om 15:40 uur een sms-ontvangen met daarin de tekst [bedrijf 19] en een IBAN-nummer.
Sessienr. 103 om 16.37 uur:een onbekende man belt naar getapte nummer. De onbekende vrouw neemt op met “ [naam 5] ”. De onbekende man geeft vervolgens zijn telefoon aan [naam 4] , de eigenaar van [bedrijf 19] , en [naam 5] vraagt om een rekeningnummer bij de Rabobank. [naam 4] vraagt of ze bij de betaling als kenmerk wil vermelden “bmw” en het kenteken [kenteken] en vertelt dat het op € 18.199 komt. [naam 5] geeft aan dat zij achter de betaling aan gaat.
Sessienr. 106 om 16.49 uur: Een onbekende man belt naar de onbekende vrouw “ [naam 5] ” en vraagt of ze nog bezig zijn. De vrouw geeft aan dat ze nu hebben wat ze nodig hebben, dat zij aan het bellen was en bezig is en het probeert te fixen.
Sessienr. 107 om 16.51 uur:De onbekende vrouw ( [naam 5] ) belt naar aangever [benadeelde 17] en stelt zich voor als “ [naam 8] , Rabobank”. Ze vraagt zijn medewerking voor het updaten van het internetbankierenpakket, om in te loggen met zijn randomreader en pas. Op een gegeven moment zegt de vrouw dat hij 18200 moet intoetsen en vervolgens 18199. Ondertussen moet de man zelf ook codes aan haar doorgeven.
Sessienr. 112 om 17.50 uur:de onbekende man belt naar het getapte nummer en zegt tegen de onbekende vrouw ( [naam 5] ) dat hij van die meneer moet wachten, omdat het nog niet is aangekomen. De vrouw zegt dat dat heel raar is en tegen een man die naast haar zit en spreekt met een Afrikaans accent” zegt ze “he said its not there,…”. Vervolgens zegt ze tegen de NN-man dat hij moet bewegen.
Sessienr. 114 om 17.53 uur:De onbekende vrouw ( [naam 5] ) belt naar [bedrijf 19] en noemt zich “ [benadeelde 17] ”. Ze vraagt of de betaling al binnen is en geeft haar telefoonnummer:: *9218.
Sessienr. 117 om 18:01 uur:De onbekende vrouw zegt dat “de boys” ook weg moeten gaan, allemaal weg. [216]
Stemherkenning
De stem van de NN-vrouw die zich in sessienummer 114 [benadeelde 17] noemt en met* 9218 naar [bedrijf 19] belde en zich in sessienummer 107 “ [naam 8] ” van de Rabobank noemt en met *9218 naar aangever [benadeelde 17] belde, is herkend als de stem van verdachte [medeverdachte 4] . [217]
De stem van de onbekende Afrikaanse man in sessienummer 75 is herkend als de stem van [verdachte] . De stem van de man met het Surinaamse accent waarmee hij belde is herkend als de stem van [medeverdachte 3] . [218]
Zwarte IPhone met telefoonnummer *4936
In een zwarte IPhone met nummer *4936 is onder meer het volgende bestand aangetroffen met de gegevens over aangever [benadeelde 17] : [219]
21k inside
name: [benadeelde 17]
postcode: [postcode 1]
[adres 10]
dob: [geboortedatum 1]
email: [e-mailadres 1]
fonenumber: [telefoonnummer 1]
acctnumber: [rekeningnummer 1]
pass: [nummer 1]
Telefoons van [medeverdachte 6]
is als verdachte in het onderzoek Erwt aangehouden. Bij zijn aanhouding had hij drie telefoons bij zich, waaronder een Nokia en een Samsung S7580. Uit onderzoek aan de Nokia telefoon is gebleken dat in de inbox een sms-bericht stond met de status ‘gelezen’ en de tekst “ [bedrijf 19] . Bmw k1300s 2013 17900 euro”. Het sms-bericht was ontvangen op 16 april 2014 om 14:53 uur en was afkomstig van het telefoonnummer *9820.Voorts is gebleken dat er in de middag van 16 april 2014 zes contacten zijn geweest met het telefoonnummer *9820.
Met betrekking tot de Samsung is uit onderzoek gebleken dat er op 16 april 2014 acht contacten zijn geweest met het nummer *9820, waaronder een inkomende sms van 11:54 uur met de tekst “10 mu ben ik daar”. In de contacten stond het telefoonnummer *9218 opgeslagen onder de naam “Tante”. [220]
Zaaksdossier 31
Aangifte [aangever 3]
Op 29 april 2014 heeft [aangever 3] aangifte gedaan. Zakelijk weergegeven verklaarde hij een bankrekening voor zichzelf en een ten name van zijn gehandicapte dochter bij de Rabobank te hebben. Hij werd op 28 april 2014 omstreeks 13:30 uur gebeld door een “vriendelijk goed Nederlands sprekende” mevrouw, waarvan hij de naam niet kon verstaan. Ze stelde namens de Rabobank te bellen in verband met problemen met het systeem van internetbankieren. Ze vroeg om zijn medewerking en aangever heeft op haar verzoek ingelogd met de randomreader en de inlog- en signeercodes doorgegeven. Het nummer dat hij van haar moest invoeren kwam overeen met het bedrag dat van zijn rekening werd gehaald: € 48550. Rond 16:15 uur belde de vrouw opnieuw. Aangever herkende haar stem. Ze vertelde dat update nog niet helemaal klaar was. Ze zou volgende dag terugbellen. [221]
De volgende dag kwam aangever erachter dat er vanaf de spaarrekening van zijn dochter
€ 48.550 was overgemaakt naar zijn lopende rekening en dat vanaf die laatste rekening geld was overgeboekt naar een levensmiddelenbedrijf. [222] Op 29 april 2014 om 10:15 uur belde “mevrouw [naam 10] ” van de Rabobank “om hem op de hoogte te houden van de update van gisteren”. Zij vertelde dat het nog niet helemaal was gelukt en dat er nog iets moest gebeuren. Toen aangever tegen haar zei dat hij het niet vertrouwde en niet mee wilde werken, werd gelijk de verbinding verbroken. Er blijkt € 48.537,04 te zijn overgemaakt naar bankrekening [rekeningnummer 2] op naam van [naam 11] o.v.v. “ [tekst 3] ”. [223]
Aangifte Rabobank
De aangifte ziet onder meer op de frauduleuze overboeking uit dit zaaksdossier op 28 april 2014 tussen 13:40 en 13:42 uur, waaruit blijkt dat eerst € 48.550 euro is overgemaakt van de spaarrekening van de dochter van aangever naar zijn betaalrekening en dat daarna
€ 48.537,04 van de betaalrekening naar een bankrekening op naam van [naam 11] is overgemaakt o.v.v. [tekst 3] ”. [224]
Bevindingen Adlim
De eigenaar van [naam 11] , heeft tegenover de Rabobank verklaard dat hij voor € 48.537 aan Turkse Levensmiddelen had uitgeleverd aan een onbekend persoon. [225] Het betrof voor een groot deel olijfolie. [naam 11] heeft voorts verklaard dat op 25 april 2014 in de ochtend een Turkse man de onderneming binnen kwam. De man vertelde dat hij een winkel zou gaan openen en spullen nodig had. De naam van de winkel was “ [naam 12] ”, zoals ook op de factuur is komen te staan. Op 28 april kwam de man terug. [naam 11] gaf aan dat de gelden op zijn rekening waren overgeboekt op naam van [naam 12] en vervolgens werden de spullen geladen. De man gaf daarna aan nog een aantal spullen te willen bestellen die koel- en vries gevoelig zijn. Hij wilde daarvoor van de week terugkomen om die te bestellen. Vervolgens is de wagen geladen en ging de man weg. [226]
Internet tap TA03
Uit de tap op IMEI-nummer 86003001854880 (de dongel) is gebleken dat op 28 april 2014 (om 11:32 uur) op de website van [naam 11] is gezocht naar contactgegevens. De internettap straalde tijdens deze sessies de zendmast [adres 5] te Haarlem aan. [227]
Zwarte IPhone met telefoonnummer *4936
In een zwarte IPhone met nummer *4936 is onder meer een bestand aangetroffen met de volgende gegevens:
Chopp 48k. 80k left
name: [aangever 3]
postcode: [postcode 2]
[adres 11]
dob: [geboortedatum 2]
email: [e-mailadres 2]
fonenumber: [telefoonnummer 2]
acctnumber: [rekeningnummer 3]
pass: [getal 1]
expirydate: [getal 2]
[getal 3] [228]
Witte Samsung met telefoonnummer *4028
In een aan de in de woning aan de [adres 1] te Amsterdam aangetroffen witte Samsung telefoon met telefoonnummer *4028 is een ingekomen sms-bericht van 27 april 2014 om 23:42 uur aangetroffen met de tekst: “Name: [naam 11] amount: 48537,04 omschrijving [tekst 3] ”. [229]
Schrijfblok
In het schrijfblok dat is aangetroffen in de woning aan de [adres 1] te Amsterdam, stond onder meer de tekst: [naam 11] , € 48.537,04 , [tekst 3] geschreven. [230]
Historische verkeersgegevens telefoonnummer *3095
Uit historische verkeersgegevens van het telefoonnummer *3095 is gebleken dat aangever [aangever 3] op 28 april 2014 om 13:28 uur is gebeld door dit nummer en dat dit gesprek 981 seconden duurde. Uit een vergelijking van de historische verkeersgegevens van dit nummer met het tijdstip van de overboeking, zoals die blijkt uit de aanvullende aangifte van de Rabobank, is gebleken dat de frauduleuze overboeking is gedaan terwijl aangever [aangever 3] werd gebeld door het nummer *3095. Uit opgevraagde historische verkeersgegevens is voorts gebleken dat de telefoon alle dagen dat dit nummer is gebruikt binnen het zendbereik is gebleven van de drie, elkaar overlappende basisstations [adres 4] en [adres 5] te Haarlem en [adres 6] te Vijfhuizen. [231]
Zaaksdossier 32
Aangifte [aangever 4]
Op 29 april 2014 heeft mevrouw [aangever 4] , mede namens haar man en haar kinderen [namen] , aangifte gedaan van oplichting. Aangeefster werd op 28 april 2014 ’s middags gebeld door mevrouw [naam 13] van de Rabobank die een gegevenscheck wilde doen om een update van hun Raborekeningen te kunnen doen. De vrouw kende alle gegevens, zoals geboortedatum, rekeningnummers en pasnummer, waardoor ze geloofwaardig overkwam. Op 29 april 2014 rond 11:00 uur belde de vrouw opnieuw. Ze zei dat de update toch niet goed was verlopen en wilde nogmaals een check doen. De vrouw kwam heel vakkundig over en antwoordde met precies de goede bewoordingen. Aangeefster moest van haar uitloggen van het internetbankieren. Aangeefster heeft op verzoek van de vrouw de bankpas in de randomreader gedaan en een signeercode doorgeven. Na het telefoongesprek bleek dat er ruim € 41.000 van alle spaarrekeningen was afgeboekt naar een rekening op naam van [naam 14] . [232]
Aangifte Rabobank
Uit de aangifte van de Rabobank van 26 november 2014 blijkt dat op 29 april 2014 tussen 2014 tussen 11:31 en 11:33 uur [233] vanaf de bankrekeningen van de kinderen in zes boekingen in totaal € 40.350 overgemaakt is naar de betaalrekening van aangeefster. Daarna is € 41.005,97 van de betaalrekening naar een bankrekening op naam van [naam 14] overgemaakt o.v.v. “ [tekst 4] ”. [234]
Samsung telefoon met nummer *3224
In de Samsung telefoon die tijdens de doorzoeking in de woning aan de [adres 1] op de hoek van de bank werd aangetroffen, stonden twee inkomende sms-berichten van 26 februari 2014:
“ [tekst 4] ” en “ [tekst 4] ”.
In de telefoon zat een simkaart met het nummer *3224. [235]
Zwarte iPhone met telefoonnummer *4936
In de zwarte iPhone die tijdens de doorzoeking in de woning aan de [adres 1] werd aangetroffen op de eettafel in de woonkamer zijn twee bestanden gevonden met daarin lijsten van klantgegevens van banken , waaronder de gegevens van aangever [namen] . Boven de naam [namen] staat vermeld: “ [tekst 5] ”. [236]
Schrijfblok
In het schrijfblok dat is aangetroffen in de woning aan de [adres 1] te Amsterdam, stond onder meer de tekst “ [tekst 6] ”. [237]
Historische verkeersgegevens telefoonnummer *3095
Uit historische verkeersgegevens van het telefoonnummer *3095 is gebleken dat aangever [aangever 4] op 28 april 2014 om 15:58 uur is gebeld door dit nummer en dat dit gesprek 415 seconden duurde. Uit een vergelijking van de historische verkeersgegevens van dit nummer met het tijdstip waarop op de rekening van aangeefster is ingelogd vanaf een afwijkend IP-adres, zoals die blijkt uit de aanvullende aangifte van de Rabobank, is gebleken dat deze inkijk op de rekening is gedaan, een uur voordat aangeefster [aangever 4] werd gebeld door het nummer *3095. Uit opgevraagde historische verkeersgegevens is voorts gebleken dat de telefoon alle dagen dat dit nummer is gebruikt, binnen het zendbereik is gebleven van de drie, elkaar overlappende basisstations [adres 4] en [adres 5] te Haarlem en [adres 6] te Vijfhuizen. [238]
Historische verkeersgegevens telefoonnummer *6266
Uit historische verkeersgegevens van het telefoonnummer *6266 is gebleken dat aangever [naam 15] op 29 april 2014 om 11:16 uur, 11:38 uur en om 11:41 uur is gebeld door dit nummer en dat deze gesprekken respectievelijk 1176, 42 en 401 seconden duurden. Uit een vergelijking van de historische verkeersgegevens van dit nummer met het tijdstippen van de frauduleuze overboekingen, zoals die blijken uit de aanvullende aangifte van de Rabobank, is gebleken dat een van de overboekingen is gedaan terwijl aangever [naam 15] werd gebeld door het nummer *6266. [239]
Zaaksdossier 33
Aangifte [aangever 5]
Op 1 mei 2014 heeft [aangever 5] aangifte gedaan van oplichting. Hij had gereageerd op een e-mail van de Rabobank waarin stond dat hij zijn gegevens kon doorgeven i.v.m. een update van IBAN. Op 30 april rond 14:30 uur werd aangever gebeld door “ [naam 13] ” van de Rabobank. De vrouw sprak “goed algemeen beschaafd Nederlands”. Aangever heeft op haar verzoek twee keer ingelogd met zijn randomreader. Toen hij tegen de vrouw zei dat hij er geen goed gevoel bij had, had zij hem gerust gesteld en is aangever doorgegaan. Aangever heeft daarna de Rabobank gebeld. Er bleek € 39.000 van zijn rekening te zijn afgeschreven. Dit is weer teruggestort. [240]
Aangifte Rabobank
Namens de Rabobank is op 26 november 2014 aangifte gedaan. [241] Een medewerker van de Rabobank heeft contact opgenomen met autobedrijf [bedrijf 20] om de levering van de auto tegen te houden. Van de zijde van autobedrijf [bedrijf 20] werd aan de Rabobank verklaard dat een dame had gebeld met interesse voor de auto. Ze zou haar neefje sturen om de auto op te halen. Later heeft Rabobank van de heer [bedrijf 20] vernomen dat twee personen inderdaad bij hem in de showroom kwamen om de auto in ontvangst te nemen en dat hij ze heeft weggestuurd op advies van de Rabobank, omdat hij wist dat het geld van fraude afkomstig was. Het geld is weer teruggestort naar [aangever 5] . [242]
Verklaring Roks
Op 30 april 2014 heeft verbalisant [verbalisant] telefonisch contact gehad met [bedrijf 20] van Autobedrijf [bedrijf 20] . Deze vertelde dat er die dag een man in zijn zaak was gekomen om een Audi te kopen voor zijn tante. Buiten de zaak stond een vrouw. De man belde zijn tante die om het rekeningnummer van het autobedrijf vroeg. De man ging vervolgens een uurtje weg. Ondertussen was [bedrijf 20] gebeld door de Rabobank. Toen de man terugkwam, heeft [bedrijf 20] tegen hem gezegd dat het geld van fraude afkomstig was. De man heeft toen rustig de zaak verlaten. [243]
Tapgesprekken op nummer *1241 (TA08)
De politie heeft het telefoonnummer *1241 getapt. Uit tapgesprekken is gebleken dat op 30 april 2014 om 12:29 uur een onbekende vrouw naar [medeverdachte 3] belde. [medeverdachte 3] vertelde haar dat hij op info zit te wachten, dat ze er nu mee bezig zijn en dat hij anders gaat afbellen en verschuiven naar morgen, omdat morgen zijn “soldaat” niet kan, wel eventueel haar vriend. [medeverdachte 3] zei dat hij er al eentje klaar heeft staan voor morgenochtend. Die moet worden gehaald, maar die man wilde hem niet meegeven omdat hij er nog van alles aan wilde doen, schoonmaken. [medeverdachte 3] zei dat hij om 12:50 uur hoort wat ze gaan doen, of ze naar nieuwe info gaan of dat ze terug naar huis komen. Om 13:48 uur belde [medeverdachte 3] naar een NN-man (waarvan het telefoonnummer op naam blijkt te staan van [bedrijf 21] te Almere) en meldde dat hij waarschijnlijk die middag een Audi Q5 benzine voor hem heeft. Als de NN-man vraagt wat het moet kosten, antwoordt [medeverdachte 3] “3911 3918 2011”. Om 16:47 uur belde [medeverdachte 3] opnieuw naar voornoemde NN-vrouw en zei “wij zijn onderweg terug”, dat hij haar vriendin afzet, dan naar kantoor rijdt en dan hoort wat de planning is voor morgen. [244] Tijdens het tapgesprek van 13:48 uur heeft de telefoon van [medeverdachte 3] een zendmast aangestraald op de locatie [locatie] te Goirle. [245]
Samsung telefoon
Op een in de woning aan de [adres 1] in Amsterdam aangetroffen Samsung telefoon stonden 21
uitgaandesms-berichten, waaronder deze twee niet-gedateerde berichten: “ [tekst 7] ” en “ [tekst 8] ”. [246]
Zwarte iPhone
Op de in de woning aan de [adres 1] in Amsterdam aangetroffen zwarte iPhone zijn bestanden aangetroffen met lijsten van klantgegevens banken, met onder meer de volgende tekst:
No answer. Chopped
name: [aangever 5]
postcode: [postcode 3]
[adres 12]
dob: [geboortedatum 3]
email: [e-mailadres 3]
fonenumber: [telefoonnummer 3]
acctnumber: [getal 4]
pass: [getal 5]
expirydate: [tekst 9] [247]
Samsung Galaxy tablet
Uit onderzoekt aan de in de woning aan de [adres 1] in Amsterdam aangetroffen Samsung Galaxy tablet is gebleken dat op 30 april 2014 (om 12:33 en om 13:31 uur) de website van [bedrijf 20] is bezocht. [248]
Historische verkeersgegevens telefoonnummer *3095
Uit historische verkeersgegevens van het telefoonnummer *3095 is gebleken dat aangever [aangever 5] op 28 april 2014 om 14:14, 14:34 en om 16:23 uur is gebeld door dit nummer, welke gesprekken steeds drie seconden duurden. [249] Uit historische verkeersgegevens is voorts gebleken dat de telefoon alle dagen dat dit nummer is gebruikt, binnen het zendbereik is gebleven van de drie, elkaar overlappende basisstations [adres 4] en [adres 5] te Haarlem en [adres 6] te Vijfhuizen.
Historische verkeersgegevens telefoonnummer *6266
Uit historische verkeersgegevens van het telefoonnummer *6266 is gebleken dat aangever [aangever 5] op 30 april 2014 om 14:00 uur (5 sec) en om 14:27 uur (1542 sec is gebeld door dit nummer. Uit een vergelijking van de historische verkeersgegevens van dit nummer met het tijdstip van de overboeking, zoals die blijkt uit de aanvullende aangifte van de Rabobank, is gebleken dat de frauduleuze overboeking is gedaan terwijl aangever [aangever 5] werd gebeld door het nummer *6266. Op 30 april 2014 is [bedrijf 20] om 12:36 uur eveneens gebeld door *6266 (duur gesprek 214 sec). [250]
Zaaksdossier 34
Aangifte [aangever 6]
Op 1 mei 2014 heeft [aangever 6] te Wieringerwerf aangifte gedaan van phishing. Hij verklaarde –zakelijk weergegeven- dat hij op 31 maart 2014 omstreeks 13:00 uur werd gebeld door “mevrouw [naam 13] ” van de Rabobank in verband met een update. Afgesproken werd dat zij op 2 april 2014 zou terugbellen. Op 2 april 2014 belde de vrouw opnieuw, zij sprak “keurig en beschaafd ABN” en legde uit dat de controle alleen telefonisch kon verlopen. Aangever heeft op haar verzoek ingelogd met zijn randomreader. Op 29 april 2014 belde mevrouw [naam 13] opnieuw: er was een storing geweest met internetbankieren waardoor zij nogmaals de controle moest uitvoeren. Op 30 april 2014 belde zij terug en heeft aangever weer ingelogd. Na het gesprek bleek hem dat er € 41.999 van zijn rekening was afgeschreven, volgens de Rabobank naar [bedrijf 22] . Een verkoper van dit autobedrijf heeft [aangever 6] verteld dat er op 30 april 2014 een man in de zaak was gekomen voor een Mercedes die zich voorstelde als de heer [aangever 6] , maar dat hij de auto uiteindelijk niet heeft meegegeven. [251]
Aangifte Rabobank
De aangifte van de Rabobank heeft mede betrekking op de frauduleuze overboeking op 30 april 2014 tussen 11:05 en 11:07 uur. Er is eerst vanaf de spaarrekening van aangever [aangever 5] € 41.999 overgemaakt naar zijn betaalrekening en daarna is € 41.900 van de betaalrekening naar een bankrekening op naam van [bedrijf 22] overgemaakt o.v.v. “ [tekst 10] ”. [252]
Getuige [getuige 3]
, medewerker van [bedrijf 22] te Druten is als getuige gehoord. Hij heeft als volgt verklaard. Eind april, op een woensdagochtend, belde een mevrouw [naam 13] . Zij sprak “zeer netjes ABN”. De dag ervoor had zij tegen collega [naam 16] gezegd dat zij interesse had in een Mercedes CLA. Die woensdagochtend vertelde zij dat ze twee zaakwaarnemers had gestuurd. Rond 11:00 uur kwamen twee mannen de zaak binnenlopen. Getuige hoorde één van hen zeggen dat hij wilde weten wat hij voor commissie aan bemiddelingskosten zou krijgen als hij de Mercedes E zou kopen en doorverkopen voor een klant van hem. Deze man was rond de 60 jaar, zag er onverzorgd, oud en stoffig uit, alsof hij veel alcoholische drank dronk. De andere man was rond de 30 jaar, keurig verzorgd, kaal en sprak netjes ABN. Getuige heeft tegen de oudere man gezegd dat als hij € 41.900 zou storten, hij dan € 500 zou krijgen. De oudere man zei dat hij dan eerst ging overleggen met zijn klant. Na 30 à 45 minuten kwamen de mannen weer terug. De oudere man zei dat het geld op de rekening van de garage stond en dat de klant akkoord was gegaan. Er bleek inderdaad € 41.900 afkomstig van [aangever 6] op de rekening te staan. Hij heeft de mannen toen om een legitimatie op naam van [aangever 6] en om een machtiging gevraagd. Hij heeft daarna niets meer gehoord van de twee mannen of van mevrouw [naam 13] . [253]
Getuige [getuige 4]
Ook de heer [getuige 4] van [bedrijf 22] te Druten is als getuige gehoord door de politie. Hij heeft, samengevat, verklaard dat hij op dinsdag 29 april 2014 is gebeld door ene mevrouw [naam 13] , zij praatte “accentloos en beschaafd Nederlands”. Zij had interesse in een Mercedes CLA en ze wilde op woensdag twee mensen langs laten komen om de auto te bekijken. Ze vroeg ook naar betalings- en bankgegevens en of de auto de volgende dag mee kon worden genomen als er betaald was. Op woensdag 30 april 2014 belde mevrouw [naam 13] opnieuw. Ze gaf aan dat ze de twee collega’s had gestuurd. De auto was echter inmiddels verkocht, maar er was nog wel een vergelijkbare, maar duurdere Mercedes E. De vrouw zei dat ze de mannen nog wel langs zou laten sturen. Later die dag kwamen twee mannen in de zaak, ze wilden de Mercedes E kopen. De mannen zijn heel kort weggegaan, toen ze terug kwamen stond het geld op de rekening. Omdat [getuige 4] het niet vertrouwde, heeft hij de bank en de politie gebeld. [254]
Tap op telefoonnummer *9218 (TA09)
De politie heeft het telefoonnummer *9218 getapt. Op 16 april 2014 zijn de volgende gesprekken gevoerd:
Sessienummer 73 om 14.13 en 14.19 uur: NN-vrouw belt naar aangever en noemt zich in eerste gesprek “ [naam 13] , Rabobank” en in tweede gesprek “ [naam 13] Rabobank”. Ze noemt de naam, het adres, geboortedatum, rekening- en pasnummer van aangever op. Vervolgens verzoekt zij hem de bankpas in de randomreader te doen i.v.m. een update en na het inloggen het achtcijferig nummer aan haar door te geven.
Sessienummer 100 om 15.58 uur: vrouw belt naar [bedrijf 23] te Alkmaar en noemt zich mevrouw [aangever 6] . Ze informeert dan naar een Mercedes Cabrio en vraagt of het bedrijf bij de Rabobank bankiert. [bedrijf 23] laat weten dat ze bij de ING een rekening hebben. De vrouw zegt het nog te laten weten als ze morgen langs komt.
Sessienummer 102 om 16.23 uur: vrouw belt naar autobedrijf [bedrijf 24] te Elshout, ze noemt zich [aangever 6] en informeert naar een witte Mercedes E klasse cabrio. [255]
Stemherkenning
De stem van de NN-vrouw die zich in sessienummer 73 “ [naam 13] ” noemt en met het telefoonnummer *9218 naar aangever [aangever 6] belde , is herkend als de stem van [medeverdachte 4] . [256]
Het NFI heeft een vergelijkend spraakonderzoek inzake [medeverdachte 4] gedaan. De conclusie ten aanzien van (onder meer) de hiervoor bedoelde twee tapgesprekken is, dat de bevindingen van het onderzoek
zeer veel waarschijnlijkerzijn wanneer de vrouwelijke spreker [medeverdachte 4] is, dan wanneer het een andere vrouwelijke spreker is. [257]
Zwarte iPhone
Op de in de woning aan de [adres 1] op de eettafel in de woonkamer aangetroffen zwarte iPhone zijn bestanden gevonden met een lijst van klantgegevens van de Rabobank. In die lijst staat onder meer de naam [aangever 6] vermeld, met daarbij:
“ [tekst 11] ”. [258]
Samsung Galaxy tablet
Uit onderzoekt aan de in de woning aan de [adres 1] in Amsterdam aangetroffen Samsung Galaxy tablet is gebleken dat op 30 april 2014 tussen 10:12 en 10:15 uur de website van [website 1] is bezocht. [259]
Internettap TA03
Uit de tap op IMEI-nummer [getal 6] (de dongel) is gebleken dat op 12 maart 2014 en op 16 april 2014 meerdere keren de website [website 1] is bezocht en dat o.a. is gekeken naar een Mercedes-Benz SLS coupe. Tevens is gebleken dat op 16 april 2014 om 15:54 en 15:55 uur de website [website 2] is bekeken. [260]
De internettap straalde tijdens de sessie op 12 maart 2014 de zendmast [adres 2] te Diemen aan en op 16 april 2014 de zendmasten [adres 4] en [adres 5] te Haarlem en [adres 6] te Vijfhuizen. [261]
Historische verkeersgegevens telefoonnummer *6266
Uit historische verkeersgegevens is gebleken dat [bedrijf 22] op 29 april 2014 om 13:33 uur en op 30 april 2014 om 10:04 uur is gebeld door het telefoonnummer *6266. Ook is gebleken dat aangever op 29 april 2014 om 10:46 uur en op 30 april 2014 om 10:39 uur, 10:41 uur, 10:53 uur en om 10:59 uur is gebeld door 06-33986266. Uit een vergelijking van de historische verkeersgegevens van dit nummer met het tijdstip van de overboeking, zoals die blijkt uit de aanvullende aangifte van de Rabobank, is gebleken dat de frauduleuze overboeking is gedaan terwijl aangever [aangever 6] werd gebeld door het nummer *6266. [262]
Simkaart
Op de simkaart van deze telefoon zijn de volgende sms-berichten aangetroffen:
“Mercedes benz e250 be estate. 2012 aut benzine 41900 euro. Grys metalic” en “ [aangever 6] . [adres 13] ”. [263]
Historische verkeersgegevens telefoonnummer *9218
Uit tapgesprekken van het telefoonnummer *9218 is gebleken dat aangever [aangever 6] op 16 april 2014 om 14:13 uur en 14:19 uur (247 seconden) is gebeld door dit nummer. Uit een vergelijking met het tijdstip waarop op de rekening van aangever is ingelogd vanaf een afwijkend IP-adres, zoals die blijkt uit de aanvullende aangifte van de Rabobank, is gebleken dat deze inkijk op de rekening is gedaan, terwijl aangever [aangever 6] werd gebeld door het nummer *9218. Uit opgevraagde historische verkeersgegevens is voorts gebleken dat de telefoon alle dagen dat dit nummer is gebruikt, binnen het zendbereik is gebleven van de drie, elkaar overlappende basisstations [adres 4] en [adres 5] te Haarlem en [adres 6] te Vijfhuizen. [264]
Zaaksdossier 35
Aangifte Rabobank
Op 26 november 2014 heeft de Rabobank (een aanvullende) aangifte gedaan van onder meer een frauduleuze overboeking op 1 mei 2014 tussen 13:13 en 13:15 uur. Via de datatap was de Rabobank gebleken dat er was ingekeken op rekeningnummer [rekeningnummer 4] . Dit rekeningnummer behoorde toe aan Rabobank-klant [benadeelde 1] wonende te Swalmen. Mevrouw [benadeelde 1] heeft aan Rabobank verklaard dat zij op 1 mei gebeld is door een Rabobankmedewerker "mevrouw [naam 13] " en aan haar I- en S-codes codes heeft verstrekt. Zonder dat [benadeelde 1] het besefte, hebben hiermee boekingen van haar rekening plaatsgevonden, waaronder een bedrag van € 11.360 naar [bedrijf 25] o.v.v. Breitling 2x. [265]
Verklaring [benadeelde 1]
De heer [benadeelde 1] heeft tegenover de politie verklaard dat hij op 7 mei 2014 omstreeks 14:30 uur is gebeld door een mevrouw van de Rabobank, hij dacht mevrouw [naam 17] . De vrouw had een “goede, duidelijke telefonistenstem”. De vrouw vertelde dat er iets fout was gegaan met een transactie van internetbankieren en dat zij mee wilde kijken met inloggen. De heer [benadeelde 1] is hierin niet meegegaan en heeft het telefoongesprek afgebroken. [266]
Getuige [getuige 5]
heeft als getuige verklaard dat hij op 1 mei 2014 omstreeks 13:00 uur werd gebeld door een vrouw die belangstelling had voor een Breitling horloge model Blackbird dat te koop werd aangeboden op de website Chrono 24. Hij heeft contact met haar gehad via telefoonnummer *6266. Ze sprak “goed Nederlands”. De vrouw zou die middag langskomen, maar belde een uur later om te melden dat haar schoonzus zou langskomen. Een kwartier later stond de schoonzus al in de winkel. In de winkel ging de schoonzus de vrouw bellen en [getuige 5] kreeg de telefoon. Hij hoorde toen dat het dezelfde vrouw was die hij eerder had gesproken. Ze vroeg hem naar het rekeningnummer en zei nog “he Rabo dan gaat het snel”. De horloges zouden een uur later worden opgehaald en de schoonzus verliet de winkel. Tussen 16:00 en 16:30 uur belde de vrouw opnieuw. Ze kon geen geld overmaken vanwege een computerstoring bij de Rabobank. Rond 17:00 uur liet de Rabobank weten dat het geld van fraude afkomstig was. Op 2 mei 2014 vroeg in de middag belde de vrouw opnieuw. [getuige 5] heeft daarna niets meer van haar gehoord. [267]
Internettap (TA03)
Uit de tap op IMEI-nummer 86003001854880 (de dongel) is gebleken dat op 1 mei 2014 is gekeken op de website chrono24.nl waarbij een Breitling Navitimer en een Breitling Black Bird zijn bekeken die door [bedrijf 26] te koop werden aangeboden. De internettap straalde tijdens die sessie op 1 mei 2014 de zendmasten [adres 4] en [adres 5] te Haarlem en [adres 6] te Vijfhuizen aan. [268]
Zwarte iPhone
Op de in de woning aan de [adres 1] op de eettafel in de woonkamer aangetroffen zwarte iPhone zijn bestanden gevonden met lijsten van klantgegevens van banken. Daarin stonden onder meer de volgende gegevens:
Knows whats up
15.5k inside
name: [benadeelde 1]
postcode: 6071 BH
[adres 14]
dob: [geboortedatum 4]
email: [e-mailadres 4]
fonenumber: [telefoonnummer 4]
acctnumber: [rekeningnummer 5]
pass: [getal 7]
expirydate: [getal 8] . [269]
Samsung telefoon
In de in de woning aan de [adres 1] in Amsterdam aangetroffen Samsung telefoon zijn onder meer de volgende
uitgaandesms-berichten aangetroffen: “ [bedrijf 26] . [adres 15] . Breitling navitimer 1461 Breitling blackbird” en “ [benadeelde 1] ”. [270]
Schrijfblok
In het schrijfblok dat is aangetroffen in de woning aan de [adres 1] te Amsterdam, stond onder meer de volgende tekst geschreven:
376530103 RABO
[bedrijf 26]
[adres 15]
[telefoonnummer 5]
[getal 9]
Breitling Navitimer 1461 € 4.500,-
Breitling Black Bird 6.860. [271]
Historische verkeersgegevens
Uit historische verkeersgegevens is gebleken dat [bedrijf 26] op 1 mei 2014 en op 2 mei 2014 is gebeld door het telefoonnummer *6266. [benadeelde 1] is op 1 mei 2014 om 13:06 uur (940 sec) en om 14:42 uur (13 sec) ook gebeld door *6266.Uit een vergelijking van de historische verkeersgegevens van dit nummer met het tijdstip van de overboeking, zoals die blijkt uit de aanvullende aangifte van de Rabobank, is gebleken dat de frauduleuze overboeking is gedaan terwijl [benadeelde 1] werd gebeld door het nummer *6266. [272]
Voorts is uit historische verkeersgegevens gebleken dat [benadeelde 1] op 8 april 2014 is gebeld door het telefoonnummer *3138. Uit een vergelijking met het tijdstip waarop op de rekening van [benadeelde 1] is ingelogd vanaf een afwijkend IP-adres, zoals die blijkt uit de aanvullende aangifte van de Rabobank, is gebleken dat deze inkijk op de rekening is gedaan, terwijl [benadeelde 1] werd gebeld door het nummer *3138. [273]
Zaaksdossier 37
Aangifte [aangever 7]
Op 8 mei 2014 heeft [aangever 7] aangifte gedaan van phishing. Aangever werd op 30 april 2014 omstreeks 14:30 uur gebeld door een vrouw die vertelde dat ze van de Rabobank was en dat er “regelmatig mondelinge steekproeven” moesten worden gedaan “i.v.m. de automatisering”. De vrouw “kwam heel vertrouwd over en was ook heel erg vriendelijk”. Tegenwerpingen van zijn kant wist de vrouw moeiteloos te pareren. Aangever heeft op haar verzoek ingelogd met de randomreader en vroeg of een code klopte. Op 7 mei 2014 omstreeks 14:25 uur belde dezelfde vrouw opnieuw, ze vertelde dat de vorige keer iets mis was gegaan. Aangever heeft op haar verzoek “alle handelingen weer uitgevoerd”. Op 8 mei 2014 meldde de Rabobank dat er op 7 mei 2014 een vreemde transactie was gedaan op zijn rekening. Om 14:33 uur was € 5.499 van zijn andere rekening naar zijn betaalrekening overgemaakt en om 14:36 uur was er € 6.501,95 overgemaakt naar een rekening op naam van [bedrijf 27] . [274]
Aangifte Rabobank
De aangifte van de Rabobank van 26 november 2014 ziet onder meer op de frauduleuze overboekingen van de rekening van aangever [aangever 7] op 7 mei 2014.
Er is eerst vanaf de spaarrekening van aangever € 5.499 overgemaakt naar zijn betaalrekening (ontvangst om 14.33 uur) en daarna is om 14.36 uur geprobeerd om € 6.501,36 van deze betaalrekening over te boeken naar een zakelijke bankrekening bij de Triodos bank op naam van [bedrijf 27] te Den Haag o.v.v. “ [tekst 12] ”. De laatste overboeking heeft geen doorgang gevonden doordat deze in het detectiesysteem van de Rabobank viel. [275]
Tap op telefoonnummer *4028 (TA10)
De politie heeft het telefoonnummer *4028 getapt. Uit die tap is gebleken dat op 7 mei 2014 om 12.07 uur wordt ingebeld door een onbekende man. De beller wordt aangesproken met “ [alias] ”. Deze zegt dat hij “negen Rabo” heeft die liggen te wachten. Het gesprek gaat verder over het uitbetalen van mensen en over “ [naam 18] ”. [276]
Zwarte iPhone met telefoonnummer *4936
Op de in de woning aan de [adres 1] op de eettafel in de woonkamer aangetroffen zwarte iPhone zijn cookies aangetroffen van websites die met de telefoon waren benaderd, waaronder data van de cookie afkomstig van het bezoeken van de website van de Rabobank op 7 mei 2014. De Rabobank heeft vastgesteld dat de data van deze cookie behoren bij de overboekingen die zijn gedaan tussen en van de bankrekeningen van aangever [aangever 7] . Volgens de Rabobank is daarmee vastgesteld dat met deze IPhone de overboekingen zijn gedaan. Op de telefoon is ook een afbeelding aangetroffen van de website “bankieren.rabobank.nl”, waarop een transactieoverzicht is te zien van de bankrekening van aangever Het is vermoedelijk een foto van een schermafbeelding van de IPhone. In de data staat vermeld dat deze afbeelding op 7 mei 2014 om 12:37 uur is aangemaakt/opgeslagen. Bij de cookie hoort een ‘timeline’. Daaruit blijkt dat om 14.31 uur de I-code (inlogcode) 44834567 is gebruikt. [277]
In de zwarte iPhone zijn ook twee bestanden gevonden met daarin lijsten van klantgegevens van banken. Eén van de lijsten heeft betrekking op klanten van de Rabobank. Boven de naam [aangever 7] stond vermeld: “ [tekst 13] ”. [278]
Schrijfblok
Op het tijdens de doorzoeking in de woning aan de [adres 1] in beslag genomen schrijfblok is o.a. geschreven:
[bedrijf 27]
[rekeningnummer 6] Den Haag
[tekst 12]
Ook stond daarbij het volgende vermeld: [getal 10] . [279]
Historische verkeersgegevens
Uit historische verkeersgegevens is gebleken blijkt dat aangever [aangever 7] op 7 mei 2014 om 14:24 uur is gebeld door het telefoonnummer *6266. Dit gesprek duurde 737 seconden. Uit een vergelijking van de historische verkeersgegevens van dit nummer met het tijdstip van de overboeking, zoals die blijkt uit de aanvullende aangifte van de Rabobank, is gebleken dat de frauduleuze overboeking is gedaan terwijl [aangever 7] werd gebeld door het nummer *6266. [280]
Conclusie ten aanzien van de zaaksdossiers
De rechtbank is van oordeel dat gelet op de hiervoor besproken bewijsmiddelen, in onderling verband en samenhang beschouwd, wettig en overtuigend bewezen kan worden hetgeen onder 1 aan de verdachte ten laste is gelegd. Dat steeds sprake is geweest van medeplegen blijkt ook uit hetgeen hierna zal worden besproken ten aanzien van de deelname aan een criminele organisatie.
Ten aanzien van zaaksdossier 16 overweegt de rechtbank dat op de telefoon met nummer *4936, waarvan [verdachte] de vaste gebruiker was, een foto is aangetroffen met daarop een briefje met de bankrekeninggegevens van de metaalhandel. Ten aanzien van zaaksdossier 30 is de rechtbank van oordeel dat is komen vast te staan dat [verdachte] met [medeverdachte 3] heeft gebeld met telefoonnummer *9218, terwijl direct daarvoor en direct daarna [medeverdachte 4] heeft gebeld met rekeninghouder en de leverancier van de motor. Voorts is in de telefoon met nummer *4936, waarvan [verdachte] de vaste gebruiker was, een bestand aangetroffen met informatie over de aangever. Daarmee is de betrokkenheid van [verdachte] bij de zaaksdossiers 16 en 30 naar het oordeel van de rechtbank ruimschoots komen vast te staan.
Met betrekking tot zaaksdossier 35 overweegt de rechtbank dat, hoewel het geld niet van de bankrekening van aangeefster [benadeelde 1] is afgeschreven, de rechtbank desalniettemin van oordeel is dat bewezen kan worden verklaard dat sprake is van een voltooide oplichting, omdat aangeefster als gevolg van de bewezenverklaarde oplichtingshandelingen is bewogen tot de afgifte van een geldbedrag. Dat het geldbedrag uiteindelijk niet van de rekening van aangeefster is afgeschreven, maakt dat niet anders.
3.4.2
Feit 2 (deelname aan een criminele organisatie)
Algemeen
Een criminele organisatie als bedoeld in artikel 140 Sr is een samenwerkingsverband met een zekere duurzaamheid en structuur, tussen ten minste twee personen. Niet is vereist dat daarbij komt vast te staan dat men samenwerkt met, althans bekend is met alle andere personen die deel uitmaken van de organisatie of dat de samenstelling van het samenwerkingsverband steeds dezelfde is. Aanwijzingen voor het bestaan van een dergelijk samenwerkingsverband kunnen bijvoorbeeld zijn gemeenschappelijke regels, een bepaalde gezamenlijke werkwijze, het voeren van overleg, gezamenlijke besluitvorming, een taakverdeling en een bepaalde hiërarchie.
De organisatie dient het plegen van misdrijven tot oogmerk te hebben, hetgeen betekent dat het plegen van misdrijven het naaste doel van de organisatie is. Voor het bewijs van het oogmerk kan betekenis toekomen aan het meer duurzame of gestructureerde karakter van de samenwerking. Dat kan blijken uit de onderlinge verdeling van werkzaamheden of onderlinge afstemming van activiteiten van deelnemers binnen de organisatie met het oog op het bereiken van het gemeenschappelijke doel van de organisatie. Ook kan het oogmerk blijken uit de planmatigheid of stelselmatigheid van de met het oog op dit doel verrichte activiteiten van deelnemers binnen de organisatie.
Er is sprake van deelnemen aan een organisatie als bedoeld in artikel 140 Sr, indien de verdachte behoort tot de organisatie en een aandeel heeft in, dan wel ondersteunt, gedragingen die strekken tot of rechtstreeks verband houden met de verwezenlijking van het in dat artikel bedoelde oogmerk, te weten: het plegen van misdrijven. De verdachte dient in dat verband in zijn algemeenheid te weten dat de organisatie tot oogmerk heeft het plegen van misdrijven. Niet is vereist dat de deelnemer enige vorm van opzet heeft gehad op de door de organisatie beoogde concrete misdrijven, aan enig concreet misdrijf heeft deelgenomen of van enig concreet misdrijf wetenschap heeft gehad.
Ten aanzien van de onderhavige zaak
Uit de bewijsmiddelen die hiervoor zijn besproken blijkt dat in 2013 en 2014 op grote schaal geld is ‘gephisht’ van rekeningen bij de Rabobank. Dit geld werd vervolgens witgewassen door dure goederen te kopen. Phishing en witwassen vergen een planmatige en gestructureerde aanpak, intensieve samenwerking en duidelijke afstemming tussen de daarbij betrokken personen. In de onderhavige zaak was daarvan zonder meer sprake. Klanten van de Rabobank kregen (in de meeste gevallen) eerst een valse e-mail waarin hen werd gevraagd op een link te klikken en/of persoonsgegevens achter te laten. Ze werden kort daarna telefonisch benaderd door een vrouw die zich voordeed als medewerkster van de Rabobank die met hen enkele stappen wilde doorlopen in verband met – in de meeste gevallen – een update van het beveiligingssysteem. Mensen verstrekten nietsvermoedend inloggegevens en codes, waarmee door anderen betalingen konden worden verricht. Terwijl de mensen nog aan de telefoon zaten met de ‘medewerkster van de Rabobank’, werden al bedragen van hun rekening overgemaakt naar rekeningen van derden, waarop vrijwel direct op diverse plekken verspreid over Nederland dure horloges of auto’s werden gekocht. Uit het dossier blijkt dat verschillende auto’s kort na de aankoop met het ‘gephishte’ geld werden doorverkocht voor een opvallend lagere koopsom.
De reeds aangehaalde bewijsmiddelen leveren naar het oordeel van de rechtbank in onderling verband en samenhang beschouwd het wettig en overtuigend bewijs dat een samenwerkingsverband actief is geweest dat tot doel had op frauduleuze wijze het geld van de bankrekeningen te halen en dit zo snel mogelijk buiten het bereik van de rekeninghouder en de bank te brengen; ‘Choppen’ in de terminologie van de verdachten.
Dat het om een grootschalig, planmatig en gestructureerd samenwerkingsverband ging, blijkt uit de beschreven modus operandi, uit het aanzienlijke aantal zaken en verdachten dat in het onderzoek Erwt naar voren is gekomen, uit de hierna te bespreken rolverdeling tussen de verschillende verdachten en uit de wijze waarop zij hun werkzaamheden uitvoerden. De informatie op basis waarvan de rekeninghouders benaderd werden, was systematisch geordend. De telefoonnummers waarmee de verdachten de rekeninghouders, leveranciers en katvangers belden, werden slechts gedurende enkele weken gebruikt. Er werd bijgehouden wanneer een rekeninghouder of leverancier moest worden teruggebeld en of sprake was van specifieke aandachtspunten. Als duidelijk was hoeveel geld op een rekening stond, werd gezocht naar goederen voor dat ongeveer dat bedrag. Vervolgens werd ervoor gezorgd dat de katvangers al in de buurt van de juwelier of autodealer waren, zodat zij onmiddellijk na de frauduleuze overboeking de horloges of auto’s konden afhalen.
Het bedrijfsmatige, gestructureerde, karakter van het samenwerkingsverband blijkt ook uit de tapgesprekken. De verdachten gingen naar ‘kantoor’, bespraken hun werk en vrije tijd, en gebruikten specifieke benamingen voor specifieke medewerkers; ‘choppers’ haalden de rekeningen leeg en ‘soldaten’ haalden de goederen op.
Rolverdeling [verdachte] , [medeverdachte 5] en [medeverdachte 4]
Hoewel het onderzoek niet alle schakels in het samenwerkingsverband heeft kunnen blootleggen (zo is niet duidelijk geworden wie het brein achter de organisatie was en waar de initiële contactgegevens van de rekeninghouders van de Rabobank vandaan kwamen) is naar het oordeel van de rechtbank wel komen vast te staan dat [verdachte] , [medeverdachte 5] en [medeverdachte 4] over een langere periode hebben deelgenomen aan dit samenwerkingsverband en daarin elk hun eigen rol en taak hadden, die cruciaal was voor het welslagen van de door de organisatie beoogde misdrijven.
Zo was [verdachte] degene die zich (onder meer) bezighield met het selecteren en verkrijgen van vertrouwelijke informatie van rekeninghouders en het verspreiden van e-mailberichten die van een bank afkomstig leken. Op de bij [verdachte] aangetroffen zwarte iPhone zijn bestanden aangetroffen met daarop de bankrekeninggegevens (rekeningnummers, telefoonnummer, geboortedata en pasnummer) van een groot aantal gedupeerden in de onderhavige zaak. Deze informatie bleek onmisbaar te zijn voor het plegen van de oplichtingen.
[medeverdachte 5] hield zich bezig met het uitzoeken van aan te schaffen goederen en was daarnaast degene die ervoor zorgde dat potentiële katvangers werden gevonden, geronseld en geïnstrueerd. Ook zorgde hij voor de snelle doorverkoop van de aangeschafte goederen en nam hij de opbrengst in ontvangst van de katvangers.
[medeverdachte 4] ten slotte was degene die de rekeninghouders van de Rabobank benaderde en hen de informatie wist te ontfutselen waarmee de organisatie toegang verkreeg tot de rekening. Daarnaast onderhield zij contact met de juweliers en autodealers en stuurde zij de katvangers aan die op pad werden gestuurd om de horloges, auto’s en motoren op te halen.
Naar het oordeel van de rechtbank hebben [verdachte] , [medeverdachte 5] en [medeverdachte 4] alle drie een substantieel aandeel gehad in de criminele organisatie en de verwezenlijking van het oogmerk van die organisatie. Zoals hiervoor is overwogen en uit de bewijsmiddelen blijkt, was sprake van een handelwijze die een planmatige aanpak, intensieve samenwerking en duidelijke afstemming tussen de daarbij betrokken personen vergde. De rechtbank acht dan ook bewezen dat [verdachte] , [medeverdachte 4] en [medeverdachte 5] hebben deelgenomen aan een samenwerkingsverband dat tot doel had om misdrijven te plegen.
Gelet op de omstandigheid dat onder 1 bewezen is verklaard dat [verdachte] zich vanaf
6 februari 2014 gedurende langere periode schuldig heeft gemaakt aan het medeplegen van meerdere oplichtingen, gaat de rechtbank ervan uit dat [verdachte] vanaf die datum tot het moment van aanhouding (7 mei 2014) aan de criminele organisatie heeft deelgenomen.
3.5
De bewezenverklaring
De rechtbank verklaart ten aanzien van de verdachte bewezen dat:
1.
hij in de periode van 6 februari 2014 tot en met 7 mei 2014 te Amsterdam en/of Diemen en/of Haarlem, althans in Nederland, telkens tezamen en in vereniging met anderen, telkens met het oogmerk om zich en/of anderen wederrechtelijk te bevoordelen telkens door het aannemen van een valse naam en/of van een valse hoedanigheid en/of door listige kunstgrepen en/of door een samenweefsel van verdichtsels, onderstaande personen/bedrijven heeft bewogen tot de afgifte van inloggegevens en/of codes en/of onderstaande geldbedragen, te weten van:
- ZD 16: [aangever 1] (een geldbedrag van 48.122 euro) en
- ZD 30: [benadeelde 17] (een geldbedrag van 18.199 euro) en
- ZD 31: [aangever 3] (een geldbedrag van 48.537,04 euro) en
- ZD 32: [aangever 4] (een geldbedrag van 41.005,97 euro) en
- ZD 33: [aangever 5] (een geldbedrag van 39.000 euro) en
- ZD 34: [aangever 6] (een geldbedrag van 41.900 euro) en
- ZD 35: [benadeelde 1] en
- ZD 37: [aangever 7] (een geldbedrag van 6.501,95 euro),
immers hebben verdachte en/of zijn mededaders toen aldaar telkens met vorenomschreven oogmerk - zakelijk weergegeven - valselijk en/of listiglijk en/of bedrieglijk en/of in strijd met de waarheid:
- aan genoemde personen/bedrijven (een) e-mail(s) gestuurd als ware(n) deze e-mail(s) afkomstig van de Rabobank en hen daarin verzocht op een link te klikken en/of (online) gegevens in te vullen/terug te sturen en/of
- genoemde personen/bedrijven gebeld en zich voorgedaan als medewerkster van de Rabobank (al dan niet gebruik makend van de naam [naam 13] en daarbij aangegeven dat ze moesten inloggen om het activatieproces /de beveiligingsupdate te voltooien en hen handelingen heeft laten verrichten met de Raboreader en de daarbij verkregen inloggegevens en/of codes laten doorgeven en/of
- vervolgens zich ten opzichte van de Rabobank voorgedaan als zijnde de rechthebbende van het internetbankieren account van genoemde personen/bedrijven en met gebruikmaking van voornoemde verkregen inloggegevens en/of codes door middel van internetbankieren geldbedragen overgemaakt / overgeboekt van de bankrekeningen van genoemde personen/bedrijven naar bankrekeningen van derden,
waardoor deze personen/bedrijven telkens werden bewogen tot bovenomschreven afgiftes;
2.
hij de periode van 6 februari 2014 tot en met 7 mei 2014 te Amsterdam en/of Diemen en/of Haarlem, althans in Nederland, heeft deelgenomen aan een organisatie, bestaande uit een samenwerkingsverband van natuurlijke personen, te weten onder meer verdachte en [medeverdachte 4] en [medeverdachte 5] , welke organisatie tot oogmerk had het plegen van misdrijven, te weten het plegen van oplichting en (gewoonte)heling en (gewoonte)witwassen.
Voor zover in de tenlastelegging type- en taalfouten voorkomen, zijn deze in de bewezenverklaring verbeterd. Blijkens het verhandelde ter terechtzitting is de verdachte daardoor niet in de verdediging geschaad.

4.De strafbaarheid van het bewezenverklaarde

Het bewezenverklaarde is volgens de wet strafbaar, omdat geen feiten of omstandigheden aannemelijk zijn geworden die de strafbaarheid van de feiten uitsluiten.

5.De strafbaarheid van de verdachte

De verdachte is eveneens strafbaar, omdat geen feiten of omstandigheden aannemelijk zijn geworden die zijn strafbaarheid uitsluiten.

6.De strafoplegging

6.1
De vordering van de officier van justitie
De officier van justitie heeft gevorderd dat de verdachte – rekening houdend met de ernst van de door haar bewezen geachte feiten en zijn cruciale rol in de criminele organisatie enerzijds, en de ruime overschrijding van de redelijke termijn van berechting anderzijds - wordt veroordeeld tot een gevangenisstraf voor de duur van 42 maanden.
6.2
Het standpunt van de verdediging
De raadsman heeft verzocht om bij een eventuele strafoplegging rekening te houden met de relatief beperkte periode waarin de verdachte zich schuldig heeft gemaakt aan het plegen van strafbare feiten en de overschrijding van de redelijke termijn. De raadsman acht een strafkorting van 50% op zijn plaats.
6.3
Het oordeel van de rechtbank
Na te melden straf is in overeenstemming met de ernst van de gepleegde feiten, de omstandigheden waaronder deze zijn begaan en gegrond op de persoon en de persoonlijke omstandigheden van de verdachte, zoals daarvan tijdens het onderzoek ter terechtzitting is gebleken. De rechtbank neemt hierbij in het bijzonder het volgende in aanmerking.
[verdachte] is betrokken geweest bij een organisatie die zich gedurende een langere periode, op grote schaal en op professionele wijze bezighield met “phishingfraude”. [verdachte] en zijn mededaders hebben door middel van deze vorm van oplichting misbruik gemaakt van de onwetendheid en het vertrouwen van veel rekeninghouders. Zij hebben op slinkse wijze de beschikkingsmacht over bankrekeningen van een aantal klanten van de Rabobank verkregen en geld overgemaakt naar bankrekeningen van - vooral - juweliers en autohandelaren om kostbare horloges en dure auto’s aan te schaffen. In een klein aantal gevallen is het niet gelukt om het gephishte geld om te zetten in goederen. Dat is zeker niet de verdienste van [verdachte] geweest, maar van oplettende juweliers, autohandelaren en medewerkers van de afdeling fraudebestrijding van de Rabobank, waardoor de overmakingen vanaf de betreffende rekeningen soms konden worden geblokkeerd of bestelde goederen niet werden afgeleverd aan door [verdachte] en zijn mededaders ingeschakelde katvangers.
[verdachte] heeft zich blijkens de bewezenverklaringen schuldig gemaakt aan acht keer oplichting in vereniging en aan deelname aan een criminele organisatie. Door zo te handelen heeft hij vooral de betreffende rekeninghouders van de Rabobank ernstige en vaak blijvende schade berokkend. In deze zaak ging het om grote bedragen van vele (tien)duizenden euro’s die afhandig werden gemaakt van particulieren en midden- en kleinbedrijven, waarbij doorgaans niet alleen de betaalrekening, maar ook de spaarrekening werd geplunderd. De enorme impact die dit heeft gehad op de gedupeerden blijkt ook uit hun aangiftes en de toelichting bij de vorderingen die zij hebben ingediend. Verschillende gedupeerden hebben (nog steeds) slaapproblemen, kampen met schuldgevoelens en schaamte en een aantal van hen heeft zijn of haar volledige oudedagvoorziening zien verdampen.
De bijdrage van [verdachte] aan de in georganiseerd verband gepleegde misdrijven heeft het economisch systeem en het vertrouwen van de getroffen rekeninghouders in het betalingsverkeer en bankwezen ernstig ondermijnd. Wanneer het vertrouwen in het betalingsverkeer en bankwezen bij consumenten in het algemeen niet meer aanwezig is, bestaat bovendien het risico van een ernstige ontwrichting van het maatschappelijk en economisch verkeer. Aangenomen mag worden dat de organisatie erop uit is geweest geldelijk gewin te behalen, zonder zich daarbij te laten weerhouden door deze gevolgen. Ook is [verdachte] niet op enig moment uit eigen beweging gestopt met de oplichting door middel van phishing, maar wekt het dossier juist de indruk dat hij en zijn mededaders voortdurend bezig waren hun modus operandi te professionaliseren (zoals het verkleinen van de pakkans door niet meer de fictieve aliassen, maar de namen van de rekeninghouders te gebruiken bij de aankoop van goederen). De rechtbank constateert voorts dat [verdachte] – die zich heeft beroepen op zijn zwijgrecht en tijdens de inhoudelijke behandeling van zijn zaak niet is verschenen - op geen enkele wijze van enige spijt van zijn handelen of van enig mededogen met de door hem benadeelden heeft doen blijken.
Wat betreft de persoon van [verdachte] heeft de rechtbank gelet op een uittreksel uit de justitiële documentatie van 1 april 2019, waaruit blijkt dat hij na het plegen van de in dit vonnis bewezenverklaarde feiten (niet onherroepelijk) is veroordeeld voor schuldwitwassen en dat een andere phishing zaak tegen hem is geseponeerd, wegens onvoldoende nationaal belang.
De raadsman heeft ten aanzien van de huidige persoonlijke omstandigheden van [verdachte] nog aangevoerd dat hij geen geldige verblijfstatus heeft in Nederland.
De rechtbank constateert verder dat, zoals ook al door de officier van justitie en de raadsman is opgemerkt, de redelijke termijn waarbinnen een strafzaak moet zijn afgehandeld, zoals bedoeld in artikel 6 EVRM, ruimschoots is overschreden. De officier van justitie heeft dit in haar strafeis verdisconteerd met een korting van 20%.
Gelet op de aard en ernst van de feiten en de rol die [verdachte] in de organisatie heeft gehad, acht de rechtbank oplegging van een vrijheidsbenemende straf van aanzienlijke duur noodzakelijk. Vanwege het tijdsverloop sinds het plegen van de bewezenverklaarde feiten ziet de rechtbank geen aanleiding om een deel van de straf voorwaardelijk op te leggen. Gelet op de straffen die in soortgelijke fraude- en oplichtingszaken worden opgelegd zou een gevangenisstraf van 30 maanden onvoorwaardelijk passend en geboden zijn.
Vanwege de forse overschrijding van de redelijke termijn zal de rechtbank aan [verdachte] een onvoorwaardelijke gevangenisstraf van 24 maanden opleggen.
De rechtbank overweegt ten slotte dat zij geen aanleiding ziet om een onderscheid te maken tussen de straffen die worden opgelegd aan [verdachte] , [medeverdachte 5] en [medeverdachte 4] , ook al zijn er verschillen voor wat betreft het aantal en soort bewezenverklaarde feiten en de bewezenverklaarde periode. Voor [medeverdachte 4] geldt dat zij zich weliswaar gedurende een langere periode heeft beziggehouden met phishing activiteiten, maar daar staat tegenover dat uit het dossier voldoende aanwijzingen naar voren komen dat zij door [verdachte] en [medeverdachte 5] werd aangestuurd. Voor [medeverdachte 5] geldt dat hij – anders dan [verdachte] en [medeverdachte 4] – niet voor het medeplegen van oplichtingszaken wordt veroordeeld, maar daar staat tegenover dat de rechtbank de deelname aan de criminele organisatie als de kern van de verweten gedragingen beschouwt. Dat die gedragingen vervolgens in een aantal gevallen ook nog afzonderlijk als andere strafbare feiten gekwalificeerd kunnen worden, maakt voor de hoogte van de op te leggen straf geen verschil.

7.De vorderingen van de benadeelde partijen / schadevergoedingsmaatregel

7.1
Inleiding
[aangever 1] (zaaksdossier 16)
[aangever 1] heeft zich als benadeelde partij gevoegd met een vordering tot schadevergoeding van € 29.877,38. De vordering tot schadevergoeding bestaat uit materiële schade voor een bedrag van € 29.377,38 bestaande uit de posten:
- het restant van het bedrag waarvoor de benadeelde is opgelicht ad € 15.122,-;
- wettelijke rente over het bedrag waarvoor de Rabobank een schadeloosstelling heeft betaald aan de benadeelde, welke rente € 2.417,54 bedraagt;
- kosten advocaat ad € 11.837,84,
en uit immateriële schade voor een bedrag van € 500,-.
[benadeelde 20] (zaaksdossier 21)
[benadeelde 20] heeft zich als benadeelde partij gevoegd met een vordering tot schadevergoeding van € 11.495,67 aan materiële schade, bestaande uit de posten:
- het door oplichting afgeschreven geldbedrag ad € 9.997,-;
- kosten advocaat ad € 1.498,67.
[benadeelde 21] (zaaksdossier 25)
[benadeelde 21] heeft zich als benadeelde partij gevoegd met een vordering tot schadevergoeding van € 5.538,50. De vordering tot schadevergoeding bestaat uit materiële schade voor een bedrag van € 5.038,50, bestaande uit de posten:
- het restant van het door oplichting afgeschreven bedrag van € 2.921,-
- kosten advocaat ad 2.117,50;
en uit immateriële schade voor een bedrag van € 500,-.
[aangever 4] (zaaksdossier 32)
[aangever 4] heeft zich als benadeelde partij gevoegd met een vordering tot schadevergoeding van € 606,27, bestaande uit een bedrag van € 106,27 aan materiële schade, te weten telefoon- en reiskosten, en een bedrag van € 500,- aan immateriële schade.
[aangever 6] (zaaksdossier 34)
[aangever 6] heeft zich als benadeelde partij gevoegd met een vordering tot schadevergoeding van € 1.650,- bestaande uit het restant van het bedrag waarvoor de benadeelde is opgelicht ad € 1.150,- (materiële schade) en een bedrag van € 500,- aan immateriële schade.
[aangever 7] (zaaksdossier 37)
[aangever 7] heeft zich als benadeelde partij gevoegd met een vordering tot schadevergoeding van € 450,- aan immateriële schade.
Coöperatieve Rabobank U.A.
Coöperatieve Rabobank U.A. heeft zich als benadeelde partij gevoegd met een vordering tot schadevergoeding van in totaal € 158.311,50 aan materiële schade. De gevorderde schade heeft betrekking op een aantal specifieke zaaksdossiers (te weten: 12, 16, 20, 23, 24 en 27) waarin de Rabobank om haar moverende redenen is overgegaan tot het vergoeden van het gehele schadebedrag dan wel van een restant van het schadebedrag aan haar klanten.
[benadeelde 19]
heeft zich ter terechtzitting als benadeelde partij gevoegd met een vordering tot schadevergoeding van € 36.000,- aan materiële schade.
Deze benadeelde partijen hebben ten aanzien van de toegewezen vorderingen tot schadevergoeding telkens verzocht de schadevergoedingsmaatregel en de wettelijke rente op te leggen.
7.2
Het standpunt van de officier van justitie
De officier van justitie heeft geconcludeerd tot volledige toewijzing van de vorderingen van de benadeelde partijen [aangever 1] (zaaksdossier 16), [aangever 4] (zaaksdossier 32), [aangever 6] (zaaksdossier 34) en [aangever 7] (zaaksdossier 37) en Coöperatieve Rabobank U.A.
De officier van justitie heeft ten aanzien van alle bovengenoemde vorderingen toewijzing van de wettelijke rente en toepassing van de schadevergoedingsmaatregel gevorderd.
Ten aanzien van de vorderingen van de benadeelde partijen [benadeelde 20] , [benadeelde 21] en [benadeelde 19] heeft de officier van justitie zich op het standpunt gesteld dat de benadeelde partijen niet-ontvankelijk moeten worden verklaard in hun vorderingen, nu de zaak waarin zij aangifte hebben gedaan niet op de tenlastelegging staat vermeld.
7.3
Het standpunt van de verdediging
De verdediging heeft zich primair op het standpunt gesteld dat de vorderingen van de benadeelde partijen niet-ontvankelijk moeten worden verklaard, gelet op de bepleite integrale vrijspraak. Subsidiair heeft de verdediging verzocht om, bij een eventuele toewijzing van de vorderingen van de benadeelde partijen, de schadevergoedingsmaatregel niet op te leggen. De verdachte heeft in Nederland geen geldige verblijfstitel en hij heeft geen inkomen of vermogen, wat maakt dat het opleggen van de schadevergoedingsmaatregel slechts zal leiden tot het in de toekomst ten uitvoer leggen van de vervangende hechtenis.
7.4
Het oordeel van de rechtbank
Algemene overwegingen ten aanzien van de vorderingen benadeelde partijen
Uit het onderzoek ter terechtzitting is gebleken dat de hierna te noemen benadeelde partijen, door de handelingen van de verdachte, rechtstreeks schade hebben geleden als gevolg van het onder 1 bewezen verklaarde feit.
De gevorderde immateriële schade
Voor wat betreft de gevorderde immateriële schade overweegt de rechtbank als volgt.
In artikel 6:95 van het Burgerlijk Wetboek (hierna: BW) is bepaald dat alleen recht bestaat op vergoeding van immateriële schade dan wel smartengeld in de limitatief in de wet opgesomde gevallen. In artikel 6:106 BW worden gevallen genoemd waarin vergoeding van immateriële schade c.q. smartengeld kan worden toegekend. Voor zover hier van belang is dat aan de orde indien:
a. de verdachte het oogmerk had om de betreffende schade toe te brengen;
b. de benadeelde lichamelijk letsel heeft opgelopen, in zijn eer of goede naam is geschaad of op andere wijze in zijn persoon is aangetast.
Van een aantasting in de persoon “op andere wijze”, zoals bedoeld in artikel 6:106 BW, kan sprake zijn indien is komen vast te staan dat de benadeelde partij geestelijk letsel heeft opgelopen. Van dergelijk geestelijk letsel is, blijkens vaste rechtspraak van de Hoge Raad, in het algemeen eerst sprake wanneer de benadeelde partij lijdt aan een in de psychiatrie erkend ziektebeeld.
Naar het oordeel van de rechtbank ontbreekt in de onderhavige gevallen (telkens) een deugdelijke onderbouwing van de aard van de aantasting in de persoon, zoals bedoeld in artikel 6:106 BW, en het rechtstreekse verband met het bewezenverklaarde feit (kort gezegd: de oplichting). Een nadere onderbouwing van de vorderingen tot vergoeding van immateriële schade en de nadere beoordeling daarvan door de rechtbank zouden een onevenredige belasting van het strafgeding opleveren.
De benadeelde partijen zullen daarom niet-ontvankelijk worden verklaard in hun vorderingen voor zover die zien op vergoeding van immateriële schade. Zij kunnen dat deel van hun vorderingen bij de burgerlijke rechter aanbrengen.
De rechtbank beslist ten aanzien van de vorderingen van de benadeelde partijen voor het overige als volgt.
[aangever 1] (zaaksdossier 16)
De rechtbank acht de gevorderde materiële schade tot een bedrag van (€ 15.122,- +
€ 2.417,54 =) € 17.539,54 voldoende onderbouwd en voor toewijzing vatbaar. Ten aanzien van de gevorderde advocaatkosten ad € 11.837,84 is de rechtbank van oordeel dat de benadeelde partij in dat deel van de vordering niet-ontvankelijk moet worden verklaard, omdat niet kan worden vastgesteld dat sprake is van voor vergoeding in aanmerking komende kosten , als bedoeld in artikel 6:96, tweede lid, BW. Een nadere onderbouwing van deze schadepost en de beoordeling daarvan zouden een onevenredige belasting van het strafgeding opleveren. De benadeelde partij kan dit deel van de vordering slechts bij de burgerlijke rechter aanbrengen.
[benadeelde 20] (zaaksdossier 21)
De rechtbank is van oordeel dat de benadeelde partij in haar vordering niet-ontvankelijk moet worden verklaard, omdat geen rechtstreeks verband bestaat tussen de gevorderde schade en de bewezenverklaarde feiten.
[benadeelde 21] (zaaksdossier 25)
De rechtbank is van oordeel dat de benadeelde partij in haar vordering niet-ontvankelijk moet worden verklaard, omdat geen rechtstreeks verband bestaat tussen de gevorderde schade en de bewezenverklaarde feiten.
[aangever 4] (zaaksdossier 32)
De rechtbank acht de gevorderde telefoon- en reiskosten van € 106,27 op grond van artikel 6:96 lid 2 BW voor toewijzing vatbaar en bovendien alleszins redelijk. De benadeelde zal in het overige deel van de vordering, zoals hiervoor overwogen, niet-ontvankelijk worden verklaard.
[aangever 6] (zaaksdossier 34)
De rechtbank is van oordeel dat het gevorderde materiële schadebedrag van € 1.150,- toewijsbaar is als rechtstreeks door het bewezenverklaarde feit veroorzaakte schade en dat de benadeelde in de vordering, voor zover die ziet op de immateriële schade, niet-ontvankelijk moet worden verklaard.
[aangever 7] (zaaksdossier 37)
Zoals reeds hiervoor is overwogen, is de rechtbank van oordeel dat de benadeelde in de vordering, nu die ziet op de immateriële schade, niet-ontvankelijk moet worden verklaard.
Coöperatieve Rabobank U.A.
De rechtbank stelt voorop dat vast staat dat de Rabobank aan een aantal gedupeerde klanten betalingen heeft verricht (ook wel schadeloosstelling genoemd). De rechtbank kan echter op grond van het dossier en het verhandelde ter zitting niet vaststellen of de door de Rabobank verrichte betalingen hun grondslag vinden in de onrechtmatige daad die de verdachte jegens de aangevers heeft gepleegd, of in een (andere) rechtsverhouding jegens haar klanten.
De rechtbank is dan ook van oordeel dat onvoldoende is onderbouwd dat de ter vergoeding gevorderde kosten die de Rabobank in verband met de schadeloosstellingen heeft gemaakt een rechtstreeks gevolg zijn van het bewezenverklaarde feit. Een nadere onderbouwing van de vordering en de nadere beoordeling daarvan door de rechtbank zouden een onevenredige belasting van het strafgeding opleveren. De Rabobank zal daarom niet-ontvankelijk worden verklaard in de vordering en kan deze slechts bij de burgerlijke rechter aanbrengen.
[benadeelde 19]
De rechtbank is van oordeel dat de benadeelde partij in haar vordering niet-ontvankelijk moet worden verklaard, omdat geen rechtstreeks verband bestaat tussen de gevorderde schade en de bewezenverklaarde feiten.
Ten aanzien van alle toegewezen vorderingen
Hoofdelijke aansprakelijkheid
Nu de verdachte de bewezen verklaarde feiten ter zake waarvan schadevergoeding zal worden toegekend samen met zijn mededaders heeft gepleegd, zijn zij daarvoor ieder hoofdelijk aansprakelijk. Indien en voor zover een van de mededaders een benadeelde partij betaalt, is de verdachte in zoverre jegens die betreffende benadeelde partij van zijn betalingsverplichting bevrijd. Wat betreft de vorderingen tot schadevergoeding die betrekking hebben op de zaaksdossiers 16 en 32 zal de rechtbank niet overgaan tot oplegging van hoofdelijke aansprakelijkheid, omdat deze zaken alleen op de tenlastelegging van [verdachte] staan vermeld.
Wettelijke rente
De rechtbank zal ten aanzien van de toegewezen vorderingen, die betrekking hebben op het geldbedrag dat door oplichtingshandelingen van de rekening van de benadeelde partijen is afgeschreven, telkens de gevorderde wettelijke rente toewijzen met ingang van de datum waarop het geldbedrag van de rekening van de benadeelde partijen is afgeschreven, omdat vast is komen te staan dat de schade in elk geval met ingang van die datum is ontstaan.
Voor wat betreft de overige toegewezen kosten zal de rechtbank de gevorderde wettelijke rente toewijzen met ingang van de datum waarop deze kosten zijn gemaakt.
Waar het om meerdere schadeposten gaat die gedurende een periode zijn ontstaan, zal de rechtbank een datum hanteren die in het midden ligt van de gehele periode waarin die schadeposten zijn ontstaan.
Het voorgaande brengt mee, dat de verdachte voorts dient te worden veroordeeld in de kosten die de benadeelde partijen tot aan deze uitspraak in verband met hun vorderingen hebben gemaakt, welke kosten de rechtbank tot op heden begroot op nihil, en de kosten die de benadeelde partijen ten behoeve van de tenuitvoerlegging van deze uitspraak nog moeten maken.
Schadevergoedingsmaatregel
De verdachte is naar burgerlijk recht aansprakelijk voor de schade die door het onder 1 bewezen verklaarde strafbare feit is toegebracht. Om die reden kan aan de verdachte in beginsel de schadevergoedingsmaatregel worden opgelegd, als bedoeld in artikel 36f Sr.
De rechtbank overweegt hierover naar aanleiding van het (draagkracht)verweer van de raadsman als volgt.
Een gebrek aan draagkracht kan onder omstandigheden voor de rechter reden zijn ervan af te zien de schadevergoedingsmaatregel op te leggen. Daarvan kan slechts in uitzonderlijke gevallen sprake zijn. Daarbij kan in het bijzonder worden gedacht aan gevallen waarin op voorhand vast staat dat het opleggen van een schadevergoedingsmaatregel slechts zal leiden tot het in de toekomst tenuitvoerleggen van vervangende hechtenis (Hoge Raad 16 september 2009, ECLI:NL:HR:2009:BI1812). Naar het oordeel van de rechtbank is niet gebleken dat de verdachte nu dan wel in de toekomst nimmer de draagkracht zal hebben om de schadevergoedingsmaatregelen of de toegewezen vorderingen van de benadeelde partijen te voldoen. Daarmee staat niet reeds nu al vast dat oplegging van de schadevergoedingsmaatregel ertoe zal leiden dat de verdachte in verband met zijn draagkracht de vervangende hechtenis zal dienen te ondergaan. De rechtbank zal daarom de schadevergoedingsmaatregel met betrekking tot de vorderingen van voornoemde benadeelde partijen opleggen.

8.De toepasselijke wetsartikelen

De op te leggen straf en maatregelen zijn gegrond op de artikelen:
- 36f, 47, 57, 63, 140, 326 van het Wetboek van Strafrecht.
Deze voorschriften zijn toegepast, zoals zij golden ten tijde van het bewezenverklaarde.

9.De beslissing

De rechtbank:
verklaart wettig en overtuigend bewezen dat de verdachte de onder 1 en 2 ten laste gelegde feiten heeft begaan, zoals hierboven onder 3.5 bewezen is verklaard en dat het bewezenverklaarde uitmaakt:
ten aanzien van feit 1
medeplegen van oplichting, meermalen gepleegd;
ten aanzien van feit 2
deelneming aan een organisatie die tot oogmerk heeft het plegen van misdrijven;
verklaart het bewezen verklaarde en de verdachte daarvoor strafbaar;
verklaart niet bewezen hetgeen aan de verdachte meer of anders is ten laste gelegd dan hierboven is bewezen verklaard en spreekt de verdachte daarvan vrij;
veroordeelt de verdachte tot:
een
gevangenisstrafvoor de duur van
24 (VIERENTWINTIG) MAANDEN;
bepaalt dat de tijd door de veroordeelde vóór de tenuitvoerlegging van deze uitspraak in verzekering doorgebracht, bij de tenuitvoerlegging van de haar opgelegde gevangenisstraf geheel in mindering zal worden gebracht, voor zover die tijd niet reeds op een andere straf in mindering is gebracht;
de vordering van de benadeelde partij [aangever 1]
wijst de vordering tot schadevergoeding van de benadeelde partij gedeeltelijk toe en veroordeelt de verdachte om tegen behoorlijk bewijs van kwijting te betalen aan [aangever 1] :
- een bedrag van € 15.122,-, te vermeerderen met de gevorderde wettelijke rente daarover met ingang van 11 februari 2014 tot aan de dag van de algehele voldoening;
- een bedrag van € 2.417,54;
bepaalt dat de benadeelde partij voor het overige deel van de vordering niet-ontvankelijk is en haar vordering in zoverre slechts bij de burgerlijke rechter kan aanbrengen;
veroordeelt de verdachte tevens in de kosten door de benadeelde partij gemaakt, tot op heden begroot op nihil, en ten behoeve van de tenuitvoerlegging nog te maken;
legt aan de verdachte op de
verplichting tot betaling aan de Staatvan:
- een bedrag van € 15.122,-, te vermeerderen met de gevorderde wettelijke rente daarover met ingang van 11 februari 2014 tot aan de dag van de algehele voldoening;
- een bedrag van € 2.417,54, ten behoeve van het slachtoffer
[aangever 1] ;
bepaalt dat in geval volledige betaling noch volledig verhaal van het verschuldigde bedrag volgt - onder handhaving van voormelde verplichting - vervangende hechtenis zal worden toegepast voor de duur van 122 dagen;
bepaalt dat voldoening van de gehele of gedeeltelijke betalingsverplichting aan de benadeelde partij de betalingsverplichting aan de Staat in zoverre doet vervallen, alsmede dat voldoening van de gehele of gedeeltelijke betalingsverplichting aan de Staat de betalingsverplichting aan de benadeelde partij in zoverre doet vervallen;
de vordering van de benadeelde partij [benadeelde 20]
bepaalt dat de benadeelde partij niet ontvankelijk is in de vordering tot schadevergoeding;
veroordeelt de benadeelde partij tevens in de kosten door de verdachte gemaakt, tot op heden begroot op nihil, en ten behoeve van de tenuitvoerlegging nog te maken;
de vordering van de benadeelde partij [benadeelde 21]
bepaalt dat de benadeelde partij niet ontvankelijk is in de vordering tot schadevergoeding;
veroordeelt de benadeelde partij tevens in de kosten door de verdachte gemaakt, tot op heden begroot op nihil, en ten behoeve van de tenuitvoerlegging nog te maken;
de vordering van de benadeelde partij [aangever 4]
wijst de vordering tot schadevergoeding van de benadeelde partij gedeeltelijk toe en veroordeelt de verdachte om tegen behoorlijk bewijs van kwijting te betalen aan [aangever 4] :
- een bedrag van € 106,27, te vermeerderen met de gevorderde wettelijke rente daarover met ingang van 15 september 2013 tot aan de dag van de algehele voldoening
bepaalt dat de benadeelde partij voor het overige deel van de vordering, voor zover deze betrekking heeft op de immateriële schade, niet-ontvankelijk is en haar vordering in zoverre slechts bij de burgerlijke rechter kan aanbrengen;
veroordeelt de verdachte tevens in de kosten door de benadeelde partij gemaakt, tot op heden begroot op nihil, en ten behoeve van de tenuitvoerlegging nog te maken;
legt aan de verdachte op de
verplichting tot betaling aan de Staatvan:
- een bedrag van € 106,27, te vermeerderen met de gevorderde wettelijke rente daarover met ingang van 15 september 2013 tot aan de dag van de algehele voldoening, ten behoeve van het slachtoffer
[aangever 4] ;
bepaalt dat in geval volledige betaling noch volledig verhaal van het verschuldigde bedrag volgt - onder handhaving van voormelde verplichting - vervangende hechtenis zal worden toegepast voor de duur van 2 dagen;
bepaalt dat voldoening van de gehele of gedeeltelijke betalingsverplichting aan de benadeelde partij de betalingsverplichting aan de Staat in zoverre doet vervallen, alsmede dat voldoening van de gehele of gedeeltelijke betalingsverplichting aan de Staat de betalingsverplichting aan de benadeelde partij in zoverre doet vervallen;
de vordering van de benadeelde partij [aangever 6]
wijst de vordering tot schadevergoeding van de benadeelde partij gedeeltelijk toe en veroordeelt de verdachte om tegen behoorlijk bewijs van kwijting te betalen aan
[aangever 6] :
- hoofdelijk voor een bedrag van € 1.150,-, te vermeerderen met de gevorderde wettelijke rente daarover met ingang van 30 april 2014 tot aan de dag van de algehele voldoening;
bepaalt dat de benadeelde partij voor het overige deel van de vordering, voor zover deze betrekking heeft op de immateriële schade, niet-ontvankelijk is en haar vordering in zoverre slechts bij de burgerlijke rechter kan aanbrengen;
veroordeelt de verdachte tevens in de kosten door de benadeelde partij gemaakt, tot op heden begroot op nihil, en ten behoeve van de tenuitvoerlegging nog te maken;
legt aan de verdachte op de
verplichting tot betaling aan de Staatvan:
- hoofdelijk voor een bedrag van € 1.150,-, te vermeerderen met de gevorderde wettelijke rente daarover met ingang van 30 april 2014 tot aan de dag van de algehele voldoening, ten behoeve van het slachtoffer
[aangever 6] ;
bepaalt dat in geval volledige betaling noch volledig verhaal van het verschuldigde bedrag volgt - onder handhaving van voormelde verplichting - vervangende hechtenis zal worden toegepast voor de duur van 20 dagen;
bepaalt dat voldoening van de gehele of gedeeltelijke betalingsverplichting aan de benadeelde partij de betalingsverplichting aan de Staat in zoverre doet vervallen, alsmede dat voldoening van de gehele of gedeeltelijke betalingsverplichting aan de Staat de betalingsverplichting aan de benadeelde partij in zoverre doet vervallen;
bepaalt dat de verdachte bij gehele of gedeeltelijke betaling door zijn mededader aan de benadeelde partij, dan wel bij gehele of gedeeltelijke voldoening van de, aan de mededader opgelegde, verplichting tot betaling aan de staat, zal zijn bevrijd tot de hoogte van het betaalde bedrag;
de vordering van de benadeelde partij [aangever 7]
bepaalt dat de benadeelde partij niet-ontvankelijk is in de vordering en dat de benadeelde partij de vordering in zoverre slechts bij de burgerlijke rechter kan aanbrengen;
veroordeelt de benadeelde partij tevens in de kosten door de verdachte gemaakt, tot op heden begroot op nihil, en ten behoeve van de tenuitvoerlegging nog te maken;
de vordering van de benadeelde partij Coöperatieve Rabobank U.A.
bepaalt dat de benadeelde partij niet-ontvankelijk is in de vordering en dat de benadeelde partij de vordering in zoverre slechts bij de burgerlijke rechter kan aanbrengen;
veroordeelt de benadeelde partij tevens in de kosten door de verdachte gemaakt, tot op heden begroot op nihil, en ten behoeve van de tenuitvoerlegging nog te maken;
de vordering van de benadeelde partij [benadeelde 19]
bepaalt dat de benadeelde partij niet ontvankelijk is in de vordering tot schadevergoeding;
veroordeelt de benadeelde partij tevens in de kosten door de verdachte gemaakt, tot op heden begroot op nihil, en ten behoeve van de tenuitvoerlegging nog te maken.
Dit vonnis is gewezen door
mr. E.C.M. Bouman, voorzitter,
mr. W.N.L. Donker, rechter,
mr. L. Kelkensberg, rechter,
in tegenwoordigheid van mr. J.M.M. van den Hoek, griffier,
en uitgesproken ter openbare terechtzitting van deze rechtbank van 29 april 2019.
Bijlage I
Tekst tenlastelegging
1.
hij op een of meer tijdstip(pen) in of omstreeks de periode van 6 februari 2014 tot en met 7 mei 2014 te Amsterdam en/of Diemen en/of Haarlem, althans in Nederland, (telkens) tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, (telkens) met het oogmerk om zich en/of (een) ander(en) wederrechtelijk te bevoordelen (telkens) door het aannemen van een valse naam en/of van een valse
hoedanigheid en/of door een of meer listige kunstgrepen en/of door een samenweefsel van verdichtsels, onderstaand(e) perso(o)n(en)/bedrij(f)(ven) heeft bewogen tot de afgifte van een of meer inloggegeven(s) en/of code(s) en/of onderstaand(e) geldbedrag(en), te weten van:
- ZD 16: [aangever 1]
en/of de Rabobank(een geldbedrag van 48.122 euro) en/of
- ZD 30: [benadeelde 17] (een geldbedrag van 18.199 euro) en/of
- ZD 31: [aangever 3] (een geldbedrag van 48.537,04 euro) en/of
- ZD 32: [aangever 4] (een geldbedrag van 41.005,97 euro) en/of
- ZD 33: [aangever 5] (een geldbedrag van 39.000 euro) en/of
- ZD 34: [aangever 6] (een geldbedrag van 41.900 euro) en/of
- ZD 35: [benadeelde 1] (een geldbedrag van 11.360 euro) en/of
- ZD 37: [aangever 7] (een geldbedrag van 6.501,95 euro),
immers heeft/hebben verdachte en/of zijn mededader(s) toen aldaar (telkens) met vorenomschreven oogmerk - zakelijk weergegeven - valselijk en/of listiglijk en/of bedrieglijk en/of in strijd met de waarheid:
- aan een of meer van genoemde perso(o)n(en)/bedrij(f)(ven) (een) e-mail(s) gestuurd als ware deze e-mail(s) afkomstig van de Rabobank en hen daarin verzocht op een link te klikken en/of (online) gegevens in te vullen/terug te sturen en/of
- een of meer van genoemde perso(o)n(en)/bedrij(f)(ven) gebeld en/of zich voorgedaan als medewerkster van de Rabobank (al dan niet gebruik makend van de na(a)m(en) [naam 13] ) en/of daarbij aangegeven dat ze moesten inloggen om het activatieproces /de beveiligingsupdate te voltooien en/of hen handelingen heeft laten verrichten met de Raboreader en het/de daarbij verkregen inloggegeven(s) en/of code(s) laten doorgeven en/of
- ( vervolgens) zich ten opzichte van de Rabobank voorgedaan als zijnde de rechthebbende van het internetbankieren account van een of meer van genoemde perso(o)n(en)/bedrij(f)(ven) en met gebruikmaking van voornoemde verkregen inloggegeven(s) en/of code(s) door middel van internetbankieren één of meer geldbedrag(en) overgemaakt / overgeboekt van de bankrekening(en) van een of meer van genoemde perso(o)n(en)/bedrij(f)(ven) naar een of meer bankrekeningen van derden,
waardoor deze perso(o)n(en)/bedrij(f)(ven) (telkens) werd(en) bewogen tot bovenomschreven afgifte(s);
2.
hij in of omstreeks de periode van 6 februari 2014 tot en met 7 mei 2014 te Amsterdam en/of Diemen en/of Haarlem, althans in Nederland, heeft deelgenomen aan een organisatie, bestaande uit een samenwerkingsverband van natuurlijke personen, te weten onder meer verdachte en/of [medeverdachte 4] en/of [medeverdachte 5] en/of [medeverdachte 3] , welke organisatie tot oogmerk had het plegen van misdrijven, te weten het plegen van oplichting en/of (gewoonte)heling en/of (gewoonte)witwassen.

Voetnoten

1.Wanneer hierna wordt verwezen naar een proces-verbaal, wordt - tenzij anders vermeld - bedoeld een ambtsedig proces-verbaal, opgemaakt in de wettelijke vorm door (een) daartoe bevoegde opsporingsambtena(a)r(en). Waar wordt verwezen naar dossierpagina’s, betreft dit de pagina’s van onderzoek “Erwt”, met het onderzoeksnummer 15BRE13200 en proces-verbaalnummer PL1500-2013-154740, van de politie eenheid Den Haag, met bijlagen (doorgenummerd blz. 1 t/m 5906).
2.P. 2578 e.v., P. 2587 e.v., P. 2837 e.v. en P. 2868 e.v.
3.Zie individuele zaaksdossiers.
4.P. 2578 e.v., P. 2587 e.v., P. 2837 e.v. en P. 2868 e.v.
5.P. 25.
6.P. 287 e.v.
7.Parketnummers 09/837156-17 en 09/837157-17.
8.Parketnummers 09/837346-16 en 09/837077-17.
9.Opgave van de officier van justitie per e-mail, 1 april 2019.
10.P. 2879.
11.P. 2940.
12.P.3048.
13.P. 3084.
14.P. 3206.
15.P. 2888.
16.P. 2912.
17.P. 2951.
18.P. 2990.
19.P. 3100.
20.P. 3210.
21.P. 3142.
22.P. 3376.
23.P. 3058.
24.P. 3223.
25.P. 3236.
26.P. 3169.
27.P. 3197.
28.P. 3311.
29.P. 3423.
30.P. 3298.
31.P. 3368.
32.P. 3412.
33.P. 3490.
34.P. 3584.
35.P. 3641.
36.P. 3880.
37.P. 3925.
38.P. 4093.
39.P. 4195.
40.P. 1009.
41.P. 2004.
42.P. 383.
43.P. 399.
44.P. 400.
45.P. 403.
46.P. 706.
47.P. 1691.
48.P. 32.
49.P. 715.
50.P. 717.
51.P. 750.
52.P. 775 e.v.
53.P. 753.
54.P. 795.
55.P. 753.
56.P. 833.
57.P. 832.
58.P. 60.
59.P. 342.
60.P. 36.
61.P. 717.
62.P. 38.
63.P. 39.
64.P. 40.
65.NFI rapport Vergelijkend spraakonderzoek inzake [medeverdachte 4] , d.d. 15 november 2017.
66.P. 41.
67.P. 801.
68.P. 43.
69.P. 803.
70.P. 44.
71.P. 803
72.P. 809.
73.P. 46.
74.P. 808.
75.P. 831.
76.P. 827.
77.P. 870.
78.P. 51.
79.P. 52.
80.P. 879.
81.P. 53.
82.P. 880.
83.P. 880.
84.P. 884.
85.P. 55.
86.P. 885.
87.P. 888.
88.P. 889.
89.P. 58.
90.P. 889.
91.P. 4036
92.P. 60.
93.P. 60.
94.P. 357 e.v.
95.P. 894.
96.P. 61.
97.P. 61.
98.P. 894.
99.P. 63.
100.P. 946.
101.P. 65.
102.P. 898.
103.NFI rapport Vergelijkend spraakonderzoek inzake [medeverdachte 4] , 15 november 2017.
104.P. 898 e.v.
105.P. 365.
106.P. 65.
107.P. 66.
108.P. 949.
109.P. 4407.
110.P. 4427.
111.P. 68.
112.P. 964.
113.P. 964.
114.P. 259.
115.P. 259.
116.P. 268.
117.P. 281.
118.P. 268.
119.P.72.
120.P.71.
121.P.1051.
122.P. 1433.
123.P. 1138.
124.P. 1149.
125.P. 5364.
126.P. 5365.
127.P. 1413.
128.P. 1417.
129.P. 1589.
130.P. 1594.
131.P. 5337.
132.P. 5345.
133.P. 5345.
134.P. 5346.
135.P. 5346.
136.P. 5344.
137.P. 5368, zie ook P. 4993.
138.P. 5369, zie ook P. 4961.
139.P. 5370, zie ook P. 4914.
140.P. 1367.
141.P. 1370.
142.P. 1371.
143.P. 1371.
144.P. 5012-5013.
145.P. 1408.
146.P. 1408.
147.P. 1409.
148.P. 1381.
149.P. 1391.
150.P. 1403.
151.P. 1385.
152.P. 1401.
153.P. 5013.
154.P. 5012.
155.P. 5022.
156.P. 70.
157.P. 5022.
158.NFI rapport Vergelijkend spraakonderzoek inzake [medeverdachte 4] , 15 november 2017.
159.P. 725.
160.P. 1580.
161.NFI rapport Vergelijkend handschriftonderzoek contra [medeverdachte 4] , d.d. 19 januari 2015.
162.P. 1063.
163.P. 1065.
164.P. 1066-1068.
165.P. 1693.
166.P. 5013.
167.P. 5012.
168.P. 1695.
169.P. 1713.
170.P. 5344.
171.P. 2207.
172.P. 722, P. 1580.
173.NFI rapport Vergelijkend dactyloscopisch onderzoek betreffende oplichting/witwassen, 13 februari 2018.
174.P. 1071.
175.P. 1085.
176.P. 1075.
177.P. 1072.
178.P. 1120.
179.P. 1167.
180.P. 1181 en P. 1205.
181.P. 5365.
182.P. 5345.
183.P. 1216.
184.P. 1216.
185.P. 1341 en P. 1346.
186.P. 1347.
187.P. 4939.
188.P. 1242
189.P. 1247.
190.P. 1247.
191.P. 1266.
192.P. 1263.
193.P. 1271.
194.P. 1291.
195.P. 1308.
196.P. 2169.
197.P. 2174.
198.P. 2176.
199.P. 3434.
200.P. 3439.
201.P. 2578 en 2609.
202.P. 3477.
203.P. 3475.
204.P. 3476.
205.P. 3483.
206.P. 3458.
207.P. 46.
208.P. 836.
209.P. 1246.
210.P. 4277.
211.P. 4281.
212.P. 2387.
213.P. 4290.
214.P. 248 en P. 4294.
215.P. 252.
216.P. 4358-4383.
217.P. 995 en 1008.
218.P. 898.
219.P. 1268 en P. 1293.
220.P. 4398.
221.P. 4407
222.P. 4412.
223.P. 4410, 4411 en 4412.
224.P. 2856, 2857.
225.P. 4413.
226.P. 2857.
227.P. 248 en P. 4422.
228.P. 1268 en 1279.
229.P. 1071.
230.P. 95 en p. 1590.
231.P. 66, p. 255 en 256 en p. 946 en 950.
232.P. 4427.
233.P. 2858.
234.P. 2837.
235.P. 851.
236.P. 81 en p. 1268.
237.P. 1590, 1614 en 1615.
238.P. 66, 259 en 946.
239.P. 68 en p. 259.
240.P. 4433.
241.P. 2837.
242.P. 261.
243.P.262.
244.P. 4442-4447.
245.P. 262.
246.P. 964.
247.P. 81 en p. 1268 en 1280.
248.P. 1416.
249.P. 263.
250.P. 263.
251.P. 4453.
252.P. 2837, 2847-2849.
253.P. 4458.
254.P. 4465.
255.P. 4475.
256.P. 995 en 1008.
257.Een geschrift, te weten NFI rapport Vergelijkend spraakonderzoek inzake [medeverdachte 4] d.d. 15 november 2017.
258.P. 81 en p. 1268 en 1284.
259.P. 1416 en 1428.
260.P. 267 en p. 4483.
261.P. 399.
262.P. 268.
263.P. 68 en p. 965.
264.P. 63, 268 en 896 e.v.
265.P. 2837 + p. 2849 en P. 271.
266.P. 1679.
267.P. 4524.
268.P. 271, p. 399 en p. 4530.
269.P. 81 en p. 1268 en 1287.
270.P. 68 en p. 964.
271.P. 95 en p. 1590 en 1624.
272.P. 273.
273.P. 273.
274.P. 4564.
275.P. 2837, 2860 en 2875.
276.P. 457.
277.P. 81, p. 1308, 1311, 1315, 1317 en p. 2868.
278.P. 1268 en 1287.
279.P. 95, p. 1590 en 1630.
280.P. 281.