ECLI:NL:RBDHA:2019:351

Rechtbank Den Haag

Datum uitspraak
14 januari 2019
Publicatiedatum
17 januari 2019
Zaaknummer
C/09/521039 / FA RK 16-8313
Instantie
Rechtbank Den Haag
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht; Personen- en familierecht
Procedures
  • Beschikking
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Vaststelling vaderschap en ontkenning vaderschap in het kader van een niet rechtsgeldig huwelijk

In deze beschikking van de Rechtbank Den Haag, gedateerd 14 januari 2019, is de ontkenning van het vaderschap door [belanghebbende 1] afgewezen. De zaak betreft een kind dat is geboren uit een traditioneel huwelijk in Guinee, dat in Nederland niet rechtsgeldig kan worden erkend. De moeder, vertegenwoordigd door haar advocaat mr. C. Ekholm, heeft verzocht om de gerechtelijke vaststelling van het vaderschap van [belanghebbende 2]. De rechtbank heeft vastgesteld dat [belanghebbende 1] onterecht als vader in de geboorteakte van het kind is vermeld, aangezien het huwelijk tussen de moeder en [belanghebbende 1] niet rechtsgeldig is. De rechtbank heeft op basis van DNA-onderzoek vastgesteld dat [belanghebbende 2] de biologische vader is van het kind, met een zekerheid van meer dan 99,999%. De bijzondere curator, mr. R.A.M. Kamphuis-Jansen van Rosendaal, heeft het verzoek van de moeder ondersteund. De rechtbank heeft de bijzondere curator ontslagen van haar functie en de geslachtsnaam van het kind blijft die van de moeder, conform de wens van de betrokken partijen. De rechtbank heeft de rechtsmacht op basis van Nederlands recht vastgesteld, aangezien de moeder en het kind in Nederland wonen. De moeder heeft haar verzoek tot ontkenning van het vaderschap van [belanghebbende 1] ingetrokken tijdens de zitting.

Uitspraak

Rechtbank DEN HAAG
Meervoudige kamer
Rekestnummer: FA RK 16-8313
Zaaknummer: C/09/521039
Datum beschikking: 14 januari 2019

Ontkenning vaderschap + Gerechtelijke vaststelling vaderschap

Beschikking op het op 2 november 2016 ingekomen verzoek van:

[verzoekster] ,

de moeder,
wonende te [woonplaats moeder] ,
advocaat mr. C. Ekholm te Leiden.
Als belanghebbenden worden aangemerkt:

[minderjarige] , geboren op [geboortedatum] te [geboorteplaats] ,

de minderjarige, hierna: [minderjarige] ,
in rechte vertegenwoordigd door mr. R.A.M. Kamphuis-Jansen van Rosendaal,
advocaat te Leiden, in de hoedanigheid van bijzondere curator.
In de procedure ontkenning vaderschap
[belanghebbende 1]
hierna: [belanghebbende 1] ,
zonder bekende woon- en/of verblijfplaats binnen en/of buiten Nederland,
advocaat: --.
In de procedure gerechtelijke vaststelling vaderschap
[belanghebbende 2]
hierna: [belanghebbende 2] ,
wonende te Duitsland,
advocaat: --.
Als informant wordt aangemerkt:

de ambtenaar van de burgerlijke stand van de gemeente [woonplaats moeder] ,

gevestigd te [woonplaats moeder] ,
de ambtenaar.

Procedure

De rechtbank heeft kennisgenomen van de stukken, waaronder:
  • het verzoekschrift, met bijlagen;
  • het bericht van 14 november 2016 met bijlagen van de zijde van de moeder;
  • het bericht van 29 november 2016 met als bijlage het rapport van het verwantschapsonderzoek van 21 november 2016 uitgevoerd door Verilabs, van de zijde van de moeder;
  • het bericht van 30 november 2016 met als bijlage een verklaring betreffende de geslachtsnaam, van de zijde van de moeder;
  • het verweerschrift van de bijzondere curator, ingekomen op 1 december 2016;
  • het bericht van 8 december 2016 van de zijde van de moeder;
  • het bericht van 3 april 2017 met bijlage van de zijde van de moeder.
Op 3 april 2017 is de zaak ter terechtzitting van deze rechtbank behandeld. Hierbij zijn verschenen: de moeder, bijgestaan door haar advocaat, en de bijzondere curator. [belanghebbende 1] en [belanghebbende 2] zijn – hoewel daartoe behoorlijk opgeroepen – niet ter zitting verschenen.
De behandeling van de zaak is aangehouden in afwachting van nadere informatie over (de erkenning van) het huwelijk tussen de moeder en [belanghebbende 1] .
Daarna heeft de rechtbank nog ontvangen een e-mailbericht van 12 september 2017 met als bijlage het van de zijde van de moeder op 1 juli 2017 ingediend F9-formulier.
Op 10 december 2018 is de behandeling ter zitting van deze rechtbank voortgezet en gecombineerd behandeld met het echtscheidingsverzoek van de moeder tegen [belanghebbende 1] (zaaknummer C/09/521131/FA RK 16-8357) op welk verzoek bij afzonderlijke beschikking is beslist.
Verschenen zijn: de moeder met mr. C. Car namens haar advocaat, [belanghebbende 2] , de ambtenaar in de persoon van [naam ambtenaar] en de bijzondere curator.
[belanghebbende 1] is opgeroepen in de Staatscourant van 4 december 2018, nummer 69097, en niet ter zitting verschenen.
De moeder heeft ter zitting van 10 december 2018 haar verzoek tot gegrondverklaring van de ontkenning van het vaderschap van [belanghebbende 1] ingetrokken.

Feiten

  • Volgens een uittreksel uit de basisregistratie personen staat de moeder geregistreerd als gehuwd met [belanghebbende 1] , op [huwelijksdatum] .
  • Uit de moeder is, op [geboortedatum] te [geboorteplaats] , [minderjarige] geboren .
  • De geboorteakte van [minderjarige] is ingeschreven in het register van geboorten van de gemeente [geboorteplaats] . Op die geboorteakte is [belanghebbende 1] als vader vermeld.
  • De moeder en [minderjarige] hebben de Nederlandse nationaliteit.
  • [belanghebbende 1] heeft een onbekende nationaliteit.
  • [belanghebbende 2] heeft de Duitse nationaliteit.
  • Bij beschikking van deze rechtbank d.d. 10 november 2016 is mr. R.A.M. Kamphuis-Jansen van Rosendaal voornoemd benoemd tot bijzondere curator teneinde [minderjarige] ingevolge artikel 1:212 van het Burgerlijk Wetboek (BW) te vertegenwoordigen.
  • De moeder heeft een verzoek tot echtscheiding met nevenvoorzieningen bij deze rechtbank ingediend. Op dit verzoek is bij beschikking van heden, vanwege een niet rechtsgeldig gesloten huwelijk in Guinee [huwelijksplaats] , afwijzend beslist.

Verzoek en verweer

Het verzoekschrift van de moeder strekt thans nog tot gerechtelijke vaststelling van het vaderschap van [belanghebbende 2] over [minderjarige] , waarbij [minderjarige] de achternaam van de moeder blijft dragen, een en ander voor zover mogelijk uitvoerbaar bij voorraad.

Beoordeling

Rechtsmacht
Op grond van artikel 3 Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering komt de Nederlandse rechter rechtsmacht toe.
Huwelijk en familierechtelijke betrekkingen?
De rechtbank dient eerst te beoordelen tot wie [minderjarige] door de geboorte in familierechtelijke betrekkingen is komen te staan, waarbij eerst de vraag beantwoord moet worden of [minderjarige] binnen of buiten het huwelijk van de moeder met [belanghebbende 1] is geboren.
Bij beschikking van deze rechtbank van heden is het door de moeder ingediende verzoek om de echtscheiding tussen haar en [belanghebbende 1] uit te spreken afgewezen. De rechtbank is tot dit oordeel gekomen omdat gebleken is dat het tussen de moeder en [belanghebbende 1] in Guinee [huwelijksplaats] gesloten huwelijk een traditioneel huwelijk betreft dat in Guinee [huwelijksplaats] niet rechtsgeldig is. Zodoende kan dit huwelijk in Nederland niet worden erkend. Ten onrechte is dan ook [belanghebbende 1] in de geboorteakte van [minderjarige] als vader vermeld.
Gelijk bij het nemen van de beschikking terzake van het door de moeder ingediende echtscheidingsverzoek heeft deze rechtbank op 14 januari 2019, op verzoek van de moeder, de verbetering van de geboorteakte van [minderjarige] gelast, in die zin dat [belanghebbende 1] niet langer als vader van [minderjarige] in de geboorteakte zal zijn vermeld.
Toepasselijk recht
Volgens artikel 10:97, eerste lid, BW wordt de vraag of en onder welke voorwaarden ouderschap van een persoon gerechtelijk kan worden vastgesteld, bepaald door het recht van de staat van de gemeenschappelijke nationaliteit van die persoon en de moeder of, indien dit ontbreekt, door het recht van de staat waar die persoon en de moeder elk hun gewone verblijfplaats hebben of, indien ook dit ontbreekt, door het recht van de staat van de gewone verblijfplaats van het kind.
Nu de moeder en [belanghebbende 2] geen gemeenschappelijke nationaliteit hebben en zij niet hun gewone verblijfplaats in dezelfde staat hebben past de rechtbank op grond van artikel 10:97 BW Nederlands recht toe op het verzoek om de reden dat [minderjarige] in Nederland woonplaats heeft.
Ontvankelijkheid
Ingevolge artikel 1:207 derde lid BW dient een verzoek tot vaststelling van het ouderschap door de moeder te worden ingediend binnen vijf jaren na de geboorte van het kind, of in geval van onbekendheid met de identiteit van de vermoedelijke verwekker dan wel van onbekendheid met zijn verblijfplaats, binnen vijf jaren na de dag waarop de identiteit en de verblijfplaats aan de moeder bekend zijn geworden.
Nu de moeder binnen voormelde termijn haar verzoek heeft ingediend, is zij ontvankelijk in haar verzoek.
Inhoudelijke beoordeling
Op grond van artikel 1:207 lid 1 BW kan het ouderschap van een persoon op de grond dat deze de verwekker is van het kind door de rechtbank worden vastgesteld.
Uit het door de moeder overgelegde rapport van Verilabs van 14 november 2016 inhoudende het DNA-onderzoek van [minderjarige] , blijkt dat met meer dan 99,999% zekerheid is aangetoond dat [belanghebbende 2] de biologische vader is van [minderjarige] .
De bijzondere curator adviseert het verzoek van de moeder toe te wijzen en [belanghebbende 2] heeft ingestemd met het verzoek.
De rechtbank zal het vaderschap dan ook vaststellen nu op dit moment geen andere beletselen zoals genoemd in artikel 1:207, tweede lid, BW in de weg staan aan de vaststelling van het vaderschap.
Ter voorlichting van partijen merkt de rechtbank op dat [minderjarige] , gelet op het bepaalde in artikel 1:5, tweede lid, BW de geslachtsnaam van de moeder krijgt en derhalve zijn geslachtsnaam [belanghebbende 1] zal behouden. Dit is conform de wens van de moeder en [belanghebbende 2] , gelet op hun gezamenlijke verklaring hierover van 30 november 2016.

Beslissing

De rechtbank:
stelt vast het vaderschap van:
[belanghebbende 2] geboren op [geboortedatum] te [geboorteplaats] ,
over:
[minderjarige] , geboren op [geboortedatum] te [geboorteplaats] ,
uit:
[verzoekster] , geboren op [geboortedatum] te [geboorteplaats] , Guinee;
ontslaat de bijzondere curator van haar functie als bijzondere curator over [minderjarige] .
Deze beschikking is gegeven door mrs. J.M. Vink, H.M. Boone en H. Dragtsma, tevens kinderrechters, bijgestaan door V. van den Hoed-Koreneef als griffier, en uitgesproken ter openbare terechtzitting van 14 januari 2019.