ECLI:NL:RBDHA:2019:3303
Rechtbank Den Haag
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Afwijzing machtiging tot voorlopig verblijf op basis van onvoldoende bewijs van duurzame relatie
In deze zaak heeft de Rechtbank Den Haag op 21 maart 2019 uitspraak gedaan in een bestuursrechtelijke procedure betreffende de afwijzing van een aanvraag voor een machtiging tot voorlopig verblijf (mvv) door de Staatssecretaris van Justitie en Veiligheid. Eiseres, een Ghanese vrouw, had een aanvraag ingediend om bij haar partner in Nederland te verblijven. De aanvraag werd afgewezen omdat de Staatssecretaris van mening was dat er geen duurzame en exclusieve relatie bestond tussen eiseres en haar partner, referent. Dit oordeel was gebaseerd op verschillende factoren, waaronder de gezamenlijke inschrijving van referent en zijn ex-vrouw tot oktober 2016, terwijl referent al getrouwd was met eiseres. Tijdens het onderzoek naar de relatie zijn er tegenstrijdige verklaringen afgelegd door referent, vooral met betrekking tot zijn Facebook-account, wat leidde tot twijfels over de oprechtheid van de relatie.
Eiseres was het niet eens met de beslissing van de Staatssecretaris en stelde dat de afwijzing onzorgvuldig was. Ze betoogde dat de gebruikte Facebook-gegevens niet voldoende bewijs vormden voor de conclusie dat de relatie niet serieus was. De rechtbank oordeelde echter dat de Staatssecretaris in redelijkheid had kunnen concluderen dat er geen sprake was van een duurzame en exclusieve huwelijksrelatie. De rechtbank vond dat de combinatie van de inschrijving op hetzelfde adres, de inconsistenties in de verklaringen van referent, en de bevindingen van het digitaal onderzoek voldoende waren om de afwijzing van de aanvraag te rechtvaardigen.
Uiteindelijk verklaarde de rechtbank het beroep ongegrond en gaf aan dat er geen aanleiding was voor een proceskostenveroordeling. De uitspraak werd openbaar uitgesproken en partijen werden geïnformeerd over de mogelijkheid om binnen vier weken hoger beroep in te stellen bij de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State.