Uitspraak
Scheiding
Beschikking op het op 11 april 2018 ingekomen verzoek van:
[X]
[Y] ,
Procedure
- het verzoekschrift;
- het verweerschrift tevens zelfstandig verzoekschrift;
- het formulier “Verdelen en verrekenen” van de vrouw, ingekomen op 7 september 2018;
- de brief van de vrouw van 25 januari 2019, met bijlagen;
- de brief van de man van 28 januari 2019, met bijlagen.
Verzoek en verweer
- naar de rechtbank begrijpt: vaststelling van een bijdrage in de kosten van levensonderhoud en studie van de jong-meerderjarige [Y3] van € 667,- per maand, met ingang van de datum van deze beschikking en bij vooruitbetaling aan de vrouw te voldoen;
- vaststelling van door de man aan de vrouw te betalen partneralimentatie van € 3.000,- per maand, bij vooruitbetaling te voldoen;
- voortgezet gebruik van de echtelijke woning te ( [postcode] ) [plaats ew] [adres ew 1] , met inboedel, gedurende zes maanden na inschrijving van de echtscheidingsbeschikking in de registers van de burgerlijke stand;
- vaststelling van de wijze van verdeling van de huwelijksgemeenschap, conform het voorstel van de vrouw zoals omschreven onder punt 14 tot en met 17 van haar verzoekschrift en met veroordeling van de man om op eerste verzoek zijn volledige medewerking te verlenen aan de verkoop en overdracht van de onroerende zaken;
- het gelasten van de man om saldi-overzichten van alle bankrekeningen die tot zijn beschikking staan per peildatum in het geding te brengen, alsmede de aangiften inkomstenbelasting 2016 en 2017 van hemzelf en van de vrouw en de jaarrekening met toelichting 2017 van de vennootschap [bedrijfsnaam] B.V.;
- vaststelling van het bedrag dat de man aan de vrouw dient te voldoen uit hoofde van de verdeling en de man te veroordelen dit aan de vrouw te betalen,
- vaststelling van de verdeling van de huwelijksgemeenschap, conform het voorstel van de man;
- bepaling dat de partij die met de verzochte verdeling wordt overbedeeld de helft van het bedrag van de overbedeling aan de andere partij dient uit te keren in geld,
Feiten
- Partijen zijn gehuwd op [huwelijksdatum ] 1994 te [huwelijksplaats] , Griekenland.
- Zij zijn de ouders van:
- de jong-meerderjarige [Y3] , geboren op [geboortedag] 2000 te [geboorteplaats]
- De kinderen van partijen verblijven bij de vrouw.
- De man heeft de Turkse nationaliteit en de vrouw heeft de Griekse nationaliteit.
- Deze rechtbank heeft op 14 mei 2018 voorlopige voorzieningen getroffen, voor zover thans van belang inhoudende dat:
Beoordeling
€ 4.521,- per maand.
- de algemene heffingskorting;
- de arbeidskorting.
- woonlast;
- ziektekosten;
- premie pensioenvoorziening;
- aflossing schulden.
€ 3.174,88. Volgens de vrouw is dit het enige perceel dat zij heeft in Griekenland.