ECLI:NL:RBDHA:2019:2266
Rechtbank Den Haag
- Voorlopige voorziening+bodemzaak
- B.F.Th. de Roos
- Rechtspraak.nl
Beroep tegen afwijzing asielaanvraag op grond van Dublin-regelgeving met betrekking tot Italië
In deze zaak heeft de Rechtbank Den Haag op 22 februari 2019 uitspraak gedaan in een beroep van eiser tegen het besluit van de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid, waarin de aanvraag voor een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd niet in behandeling werd genomen. Dit besluit was gebaseerd op de stelling dat Italië verantwoordelijk was voor de behandeling van de asielaanvraag, aangezien eiser eerder asiel had aangevraagd in Italië en sindsdien de Europese Unie niet had verlaten. Eiser heeft zijn beroep ingesteld, waarbij hij zich liet vertegenwoordigen door mr. B.J. Manspeaker. De rechtbank heeft de zaak ter zitting besproken, waarbij ook de zaak NL19.1638 aan de orde kwam.
De rechtbank heeft in haar overwegingen vastgesteld dat er geen geschil bestaat over de verantwoordelijkheid van Italië voor de asielaanvraag van eiser. Eiser heeft echter betoogd dat de staatssecretaris de verantwoordelijkheid niettemin aan zich had moeten trekken, onder verwijzing naar het interstatelijk vertrouwensbeginsel. De rechtbank heeft echter geoordeeld dat de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State eerder had geconcludeerd dat de omstandigheden in het Italiaanse opvangsysteem geen reden vormen om van dit beginsel af te wijken. Eiser heeft niet kunnen aantonen dat hij als bijzonder kwetsbaar persoon moet worden aangemerkt, en zijn stelling dat hij problemen heeft met de Italiaanse maffia is niet onderbouwd.
De rechtbank heeft verder geoordeeld dat de staatssecretaris zich in redelijkheid op het standpunt heeft gesteld dat de door eiser aangevoerde omstandigheden geen bijzondere individuele omstandigheden zijn die maken dat overdracht aan Italië van onevenredige hardheid getuigt. De rechtbank heeft het beroep van eiser ongegrond verklaard en geen aanleiding gezien voor een proceskostenveroordeling. De uitspraak is openbaar uitgesproken door mr. B.F.Th. de Roos, in aanwezigheid van mr. A.E. Paulus, op 22 februari 2019.