Uitspraak
(Verkort vonnis)
[verdachte] ,
De terechtzitting
De tenlasteleggingAan de verdachte is ten laste gelegd dat:
Vrijspraak
Daartoe overweegt de rechtbank als volgt:
Vast staat dat slechts één flesje bier is afgerekend door de medeverdachte middels een emballage bon, in plaats van 16 flesjes bier. Verder is duidelijk dat het de verdachte is die het ene flesje bier van de boodschappenband pakt en een krat met 15 flesjes bier oppakt van de grond en wegloopt. De verdachte heeft verklaard dat hij meende dat de medeverdachte, die achter hem stond aan de kassa, niet alleen het ene flesje bier afrekende dat op de boodschappenband stond maar ook de overige 15 flesjes in het krat dat op de grond stond. De medeverdachte sprak een beetje Duits. Verdachte kon zich niet verstaanbaar maken bij de caissière, aldus de verdachte.
De rechtbank is van oordeel dat het zo kan zijn gegaan als de verdachte heeft verklaard.
Uit het dossier en het verhandelde ter zitting blijkt bovendien onvoldoende dat sprake is geweest van een nauwe en bewuste samenwerking tussen de verdachte en de medeverdachte, met het doel om de ten laste gelegde diefstal te plegen. Derhalve is de rechtbank van oordeel dat het tenlastegelegde feit niet wettig en overtuigend kan worden bewezen en dat de verdachte daarvan dient te worden vrijgesproken.