ECLI:NL:RBDHA:2019:1837
Rechtbank Den Haag
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- G. de Zeben - de Vries
- Rechtspraak.nl
Verweerder weigert asielaanvraag op basis van Dublinverordening; beoordeling van kwetsbaarheid van eiser
In deze zaak heeft de Rechtbank Den Haag op 26 februari 2019 uitspraak gedaan in een asielprocedure waarbij de eiser, een Ivoriaanse nationaliteit, een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd heeft aangevraagd. De Staatssecretaris van Justitie en Veiligheid heeft de aanvraag niet in behandeling genomen, omdat Italië verantwoordelijk is voor de behandeling van de aanvraag op basis van de Dublinverordening. Eiser heeft hiertegen beroep ingesteld. Tijdens de zitting op 19 februari 2019 heeft eiser, bijgestaan door zijn gemachtigde, zijn standpunt toegelicht. De rechtbank heeft de zaak samen behandeld met een andere zaak (NL19.1993). Eiser heeft medische klachten en stelt dat hij als kwetsbaar persoon moet worden aangemerkt, wat zou vereisen dat Nederland zijn asielverzoek in behandeling neemt. De rechtbank heeft echter geoordeeld dat Italië correct is aangemerkt als de verantwoordelijke lidstaat en dat er geen bijzondere omstandigheden zijn die maken dat de overdracht aan Italië onevenredige hardheid zou opleveren. De rechtbank heeft vastgesteld dat de medische zorg in Italië niet op voorhand is uitgesloten en dat eiser niet heeft aangetoond dat zijn gezondheidstoestand een belemmering vormt voor de overdracht. De rechtbank heeft het beroep van eiser ongegrond verklaard en geen proceskostenveroordeling opgelegd.