ECLI:NL:RBDHA:2019:14858

Rechtbank Den Haag

Datum uitspraak
7 november 2019
Publicatiedatum
24 september 2020
Zaaknummer
7701990 RP VER 19-50237
Instantie
Rechtbank Den Haag
Type
Uitspraak
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Burenconflict met geschil over geluidsoverlast, stankoverlast en schutting

In deze zaak, behandeld door de kantonrechter mr. J.L.M. Luiten, betreft het een langdurig burenconflict tussen twee partijen, aangeduid als verzoekers en medeverzoekers. De verzoekers hebben een aanmeldformulier ingediend bij de wijkrechter op 16 april 2019, waarna beide partijen instemden met de procedure onder de naam 'De Wijkrechter'. De mondelinge behandeling vond plaats op 11 juni 2019, waar beide partijen hun standpunten toelichtten. Er zijn afspraken gemaakt over geluidsoverlast, stankoverlast en de staat van de schutting tussen de woningen van de partijen. Deze afspraken omvatten onder andere dwangsommen bij overtredingen en het laten uitvoeren van een decibelmeting.

Echter, na een aantal incidenten en het niet nakomen van afspraken door de medeverzoekers, heeft de wijkrechter op 7 november 2019 vonnis gewezen. De rechter heeft bepaald dat bij geluidsoverlast meldingen aan de politie specifieke financiële consequenties hebben, en dat partijen elkaar zoveel mogelijk met rust moeten laten. Ook is er een regeling getroffen omtrent de schutting en de klimop die door de schutting heen groeit. De rechter benadrukte dat de partijen zelf verantwoordelijk zijn voor het verbeteren van hun situatie en dat begrip voor elkaar essentieel is.

De rechter heeft de proceskosten gecompenseerd, waarbij elke partij zijn eigen kosten draagt. Dit vonnis is uitgesproken ter openbare terechtzitting op 7 november 2019.

Uitspraak

RECHTBANK DEN HAAG

Zittingsplaats ’s-Gravenhage
Zaak-/rolnr.: 7701990 RP VERZ 19-50237
7 november 2019
Vonnis van de kantonrechter inzake het verzoek ex artikel 96 van het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering in de zaak van:
[verzoeker 1],
[verzoeker 2],
beiden wonende te [woonplaats] ,
verzoekers,
en
[medeverzoeker 1],
[medeverzoeker 2],
beiden wonende te [woonplaats]
medeverzoekers.
Partijen worden hierna ‘ [verzoeker 1] , ‘ [verzoeker 2] , ‘ [medeverzoeker 1] en ‘ [medeverzoeker 2] ’ genoemd. [verzoeker 1] en [verzoeker 2] worden hierna gezamenlijk aangeduid als ‘ [verzoekers] ’ en [medeverzoeker 1] en [medeverzoeker 2] als ‘ [medeverzoekers] ’

1.Het verloop van de procedure

1.1.
[verzoeker 1] heeft in overeenstemming met het Procesreglement Project Wijkrechter op 16 april 2019 een aanmeldformulier ingediend.
1.2.
Beide partijen hebben ingestemd met een procedure onder de naam ‘De Wijkrechter’. Op die procedure is het Procesreglement Project De Wijkrechter van toepassing. De procedure wordt gevoerd bij de kantonrechter, hierna ook aangeduid als ‘de wijkrechter’.
1.3.
De mondelinge behandeling van de zaak heeft met instemming van partijen plaatsgevonden op 11 juni 2019 in Wijkcentrum Stichting Mooi aan de Eekhoornrade 215 in Den Haag. Vooraf hebben [medeverzoekers] nog een stuk ingediend, gedateerd 20 mei 2019. Ter zitting zijn partijen in persoon verschenen. Beide partijen hebben ter zitting de wederzijdse standpunten toegelicht. [verzoekers] hebben medegedeeld van hoger beroep af te zien, [medeverzoekers] hebben die mogelijkheid open gehouden. Van het ter zitting verhandelde heeft de griffier aantekening gehouden.
1.4.
Aan het slot van de zitting hebben partijen gesproken over een minnelijke regeling, en de volgende afspraken gemaakt:
1. Wanneer geluidsoverlast wordt gemeld bij de politie geldt het volgende:
a. als de politie de melding gegrond vindt, betaalt degene tegen wie de melding is gedaan een dwangsom van € 150,00;
b. als de politie binnen een half uur na de melding de melding ongegrond vindt, betaalt degene de melding heeft gedaan een dwangsom van € 150,00.
De partij die de dwangsom moet betalen dient het bedrag binnen twee weken na de melding te betalen.
2. Partijen laten elkaar zoveel mogelijk met rust en spreken zo min mogelijk met elkaar. Als één van de partijen de andere partij uitscheldt of zich negatief over die andere partij uitlaat is een dwangsom verschuldigd van € 150,00. Deze afspraak omvat tevens het nablaffen van de honden van [medeverzoekers]
3. Partijen laten de schutting zoals die nu is. Als de schutting omwaait zal op kosten van beide partijen een nieuwe schutting worden geplaatst.
4. [verzoeker 2] zal contact opnemen met de gemeente om een decibelmeting te laten uitvoeren. Beide partijen dragen de helft van de kosten hiervan. Tijdens deze meting zal worden vastgesteld op welk volume en met welke basintensiteit de geluidsinstallatie van [verzoekers] kan worden gezet zonder dat bij [medeverzoekers] geluidshinder ontstaat. Vervolgens zullen [verzoekers] ervoor zorgen dat ze het volume niet hoger zullen zetten dan de vastgestelde maximum waarde.
5. Partijen zullen over en weer niet meer klagen over stankoverlast vanwege rook of honden.
De discussie van partijen over het woningonderhoud valt buiten het bestek van deze afspraken. Die discussie is te complex om nu duidelijke afspraken over te maken.
1.5.
Afgesproken is dat partijen de wijkrechter na drie maanden zouden berichten over nakoming van bovengenoemde afspraken en of de situatie inmiddels was verbeterd.
1.6.
Op 29 juni 2019 heeft zich een incident voorgedaan naar aanleiding waarvan de politie ter plaatse is geweest. Op basis van de informatie die de wijkrechter van beide partijen heeft ontvangen, bleek sprake van een misverstand.
1.7.
Uiteindelijk hebben [medeverzoekers] – in strijd met de gemaakte afspraken en op het laatste moment – hun medewerking aan het uitvoeren van een geluidsmeting geweigerd met de mededeling dat ze geen geluidsoverlast meer ervaarden. [verzoekers] waren hier verbolgen over omdat zij moeite hadden gedaan om te organiseren dat er een geluidsmeting zou worden uitgevoerd. [verzoekers] willen dat de meting alsnog wordt uitgevoerd.
1.8.
Op 10 september 2019 heeft zich wederom een incident tussen partijen voorgedaan, waarbij [verzoeker 1] muziek draaide en [medeverzoeker 1] aan zijn kant van de schutting planten, door de schutting gegroeide planten, afkomstig van [verzoekers] uit de schutting trok. Hiervan zijn door [verzoeker 1] filmopnames gemaakt die aan de wijkrechter zijn toegezonden.
1.9.
Omdat de tussen partijen gemaakte afspraken niet zijn nagekomen en zich incidenten hebben voorgedaan, heeft de wijkrechter partijen bericht dat vonnis zou worden bepaald op heden.

2.De vaststaande feiten

In deze procedure wordt van de volgende feiten uitgegaan.
2.1.
[verzoekers] wonen in een woning aan de [adres] te [plaats] . Daarnaast wonen [medeverzoekers] op het adres [adres] te [plaats] . Het betreft twee koopwoningen.
2.2.
Tussen partijen speelt een jarenlange burenruzie, waarbij ook de politie veelvuldig betrokken wordt. Beide partijen ervaren overlast van elkaar. Er hebben zich verschillende incidenten voorgedaan. Een eerder ingezet mediationtraject heeft niet tot een oplossing geleid.

3.Het gezamenlijk verzoek

3.1.
Partijen hebben de wijkrechter op de voet van het bepaalde in artikel 96 Rv verzocht om een oplossing te bieden voor het bestaande burenconflict. Partijen willen duidelijke afspraken over hoe ze met elkaar om moeten gaan.
3.2.
Aan hun verzoek hebben partijen – zakelijk weergegeven en voor zover thans van belang – het volgende ten grondslag gelegd.
Het standpunt van [verzoekers]
3.3.
[verzoekers] stellen dat ze last hebben van de buren omdat die pesten, treiteren, discrimineren, intimideren, schelden en bemoeien. [medeverzoekers] klagen veelvuldig over geluidsoverlast en sturen regelmatig de politie op [verzoekers] af. [verzoekers] willen dat dat stopt. Ook staat de schutting tussen de tuinen van partijen scheef en moet dat worden hersteld, maar [medeverzoekers] willen daar niet aan meewerken. Tot slot klagen [medeverzoekers] over stankoverlast vanwege rook.
Het standpunt van [medeverzoekers]
3.4.
[medeverzoekers] willen niet dat er iets aan de schutting wordt gedaan. [medeverzoekers] ervaren geluidsoverlast van [verzoekers] Het gaat dan vooral om het draaien van muziek op de geluidsinstallatie van [verzoekers] Er wordt getreiterd, gediscrimineerd en bedreigd. [verzoekers] zijn luidruchtig. Ook groeit de door [verzoekers] geplante klimop door de schutting heen. [medeverzoekers] hebben daar last van. [verzoekers] klagen tot slot over de honden van [medeverzoekers] en blaffen de honden na. [medeverzoekers] willen dat [verzoekers] daarmee stoppen.

4.De beoordeling

4.1.
Partijen hebben op de zitting afspraken gemaakt. Een deel van die afspraken is naar het oordeel van de wijkrechter goed om te handhaven. Het gaat dan om de punten 1 tot en met 3 en 5 (zie 1.4). Daarover waren partijen het eens en de overeengekomen dwangsommen zorgen ervoor dat partijen zich aan die afspraken houden.
4.2.
Met betrekking tot het punt van de geluidsoverlast van de geluidsinstallatie van [verzoekers] zijn de gemaakte afspraken niet nagekomen. Daardoor is onduidelijk bij welk volume [medeverzoekers] overlast ervaren. [medeverzoekers] hebben – ondanks de gemaakte afspraak – afgezien van het uitvoeren van de geluidsmeting, nadat [verzoekers] daar alles voor in gereedheid had gebracht. Als reden daarvoor gaven ze dat ze geen overlast meer ervoeren.
4.3.
Blijkbaar ervaren [medeverzoekers] geen overlast meer van de geluidsinstallatie van [verzoekers] Dat is althans de reden die ze hebben gegeven om niet mee te werken aan de geluidsmeting. Nu er geen geluidsmeting is uitgevoerd, is ook niet komen vast te staan wat het maximale volume is, waarbij er bij [medeverzoekers] geen geluidsoverlast waarneembaar is. Onder deze omstandigheden geldt ook in verband met geluidsoverlast door de geluidsinstallatie van [verzoekers] de afspraak die partijen onder 1 al hadden gemaakt (zie 1.4 hiervoor).
4.4.
Met betrekking tot de klimop die door de schutting heen groeit, geldt dat [medeverzoekers] alle klimop die door de schutting heen groeit, en daarmee overhangt, mogen afknippen aan hun zijde van de schutting, zoals dat is bepaald in artikel 5:44 lid 1 van het Burgerlijk Wetboek. Het lostrekken van klimop, waarbij ook klimop aan de zijde van [verzoekers] wordt meegetrokken, is dus niet toegestaan.
4.5.
De proceskosten zullen worden gecompenseerd, in die zin dat ieder de eigen kosten draagt.
4.6.
De wijkrechter merkt tot slot nog het volgende op. De wijkrechter is beperkt in de mogelijkheden om het conflict tussen partijen definitief op te lossen. De wijkrechter kan slechts op bepaalde punten een oordeel geven op straffe van een dwangsom. Het is uiteindelijk aan partijen zelf om er voor te zorgen dat de situatie verbetert en alleen zij hebben het in hun macht om de situatie te veranderen. Daarvoor is begrip voor elkaar en het rekening houden met elkaar een absoluut vereiste.

5.De beslissing

De kantonrechter, rechtsprekend ex artikel 96 Rv:
5.1.
bepaalt dat wanneer (geluids)overlast wordt gemeld bij de politie, het volgende geldt:
a. als de politie de melding gegrond vindt, is de partij tegen wie de melding is gedaan een dwangsom van € 150,00 verschuldigd aan de andere partij;
b. als de politie binnen een half uur na de melding de melding ongegrond vindt, betaalt de partij die de melding heeft gedaan een dwangsom van € 150,00.
De partij die de dwangsom moet betalen dient het bedrag binnen twee weken na de melding te betalen aan de andere partij,
5.2.
gebiedt partijen elkaar zoveel mogelijk met rust te laten en zo min mogelijk met elkaar te spreken. Als één van de partijen de andere partij uitscheldt of zich negatief over die andere partij uitlaat is een dwangsom verschuldigd van € 150,00. Deze afspraak omvat tevens het nablaffen van de honden van [medeverzoekers] ,
5.3.
gebiedt dat partijen de schutting laten zoals die nu is. Als de schutting omwaait zal op kosten van beide partijen een nieuwe schutting worden geplaatst,
5.4.
gebiedt partijen over en weer niet meer te klagen over stankoverlast vanwege rook of honden,
5.5.
gebiedt [medeverzoekers] om de klimop die door de schutting heen groeit aan hun zijde van de schutting uitsluitend af te knippen,
5.6.
compenseert de kosten van de procedure in die zin dat elke partij de eigen kosten draagt.
Dit vonnis is gewezen door mr. J.L.M. Luiten, kantonrechter, en uitgesproken ter openbare terechtzitting van 7 november 2019.