Eiser is bij vonnis van de rechtbank Gelderland van 1 december 2016 (hierna: het vonnis) veroordeeld voor, kort gezegd, het oprichten en leiden van een criminele organisatie die tot doel had om onder andere (synthetische) middelen, vermeld in de bij de Opiumwet behorende lijst 1 te bereiden, verwerken en verkopen. Aan eiser is een gevangenisstraf van acht jaar opgelegd, die hij thans ondergaat. In het vonnis is ten aanzien van de oplegging van de straf onder meer overwogen:
“(…) De rechtbank rekent het verdachte zwaar aan dat hij slechts zijn eigen financiële gewin voor ogen heeft gehad, en dat hij daarbij geen acht heeft geslagen op de mogelijke negatieve gevolgen zoals hierboven zijn beschreven. Aldus handelend heeft verdachte een bijdrage geleverd aan de instandhouding van het criminele drugscircuit in het land.
Voor een dergelijke deelname aan zo grootschalige productie worden in de regel langdurige gevangenisstraffen opgelegd. De straffen moeten voldoende afschrikkende werking hebben ten opzichte van het lucratieve karakter van de productie van synthetische drugs.
Bij het bepalen van de straf houdt de rechtbank er rekening mee dat verdachte de leidende rol had in het criminele netwerk dat in dit dossier is blootgelegd. Bij verdachte is ook een flinke hoeveelheid contant geld aangetroffen. Dat hij mogelijk naast of in een wellicht nog groter crimineel netwerk functioneerde, kan niet afdoen aan de ernst van wat hem in dit dossier is verweten. Zijn rol in het geheel is aanmerkelijk zwaarder dan die van zijn mededaders.
Bovendien merkt de rechtbank op dat verdachte bij de uitvoering van zijn criminele activiteiten gebruik heeft gemaakt van personen die zich vrijwel zonder uitzondering in een zwakke positie bevonden en die zijn geld goed konden gebruiken. Zij zijn hierdoor in grote problemen gekomen, hoe ondergeschikt hun rol ook was. Het is de rechtbank opgevallen dat verdachte een man is die verbaal sterk is, die in staat is mensen aan te sturen en die gewend is om zijn zaakjes goed te regelen. Van deze op zich zelf positieve eigenschappen heeft verdachte ten koste van anderen misbruik gemaakt. Dit rekent de rechtbank hem zwaar aan. Verdachte spant mensen die vanwege een kwetsbare positie gemakkelijk zijn te verleiden tot het maken van verkeerde keuzes, voor zijn karretje. Eenmaal beland in zijn invloedssfeer is het voor deze personen lastig zich hieruit los te maken en zien zij te laat in wat de grote gevolgen zijn van hun keuze om met verdachte in zee te gaan. Verdachte heeft daarmee een sterk ondermijnende invloed gehad op de levens van niet alleen de andere verdachten in dit dossier maar ook van hun naaste familieleden.
De rechtbank neemt daarnaast in aanmerking dat verdachte in het verleden meerdere keren is veroordeeld voor Opiumwetfeiten, waarvan één keer gepleegd in georganiseerd verband. In die zaken is verdachte onder meer veroordeeld tot vrijheidsbenemende straffen en in één geval tot een gevangenisstraf van elf jaar. Kennelijk hebben deze straffen verdachte er niet van weerhouden zich opnieuw in te laten met de grootschalige productie van, en handel in synthetische drugs. Verdachte heeft alle mogelijke schadelijke effecten van zijn optreden klaarblijkelijk volledig ondergeschikt gemaakt aan zijn eigen en/of andermans financiële gewin.
Dit alles eist een forse onvoorwaardelijke gevangenisstraf. Niet alleen uit een oogpunt van vergelding, maar ook om hemzelf en anderen ervan te weerhouden dit soort misdrijven te plegen. (…)
Eiser is vóór de hiervoor vermelde veroordeling meermaals veroordeeld voor Opiumwetfeiten, waaronder een keer tot een gevangenisstraf van elf jaar, waarbij aan hem een ontnemingsvordering is opgelegd van meer dan € 10.000.000,-.