Uitspraak
Rechtbank den haag
1.De procedure
2.De feiten
2.Tijd:Welke tijdsplanning heeft de Inschrijver voor ogen en op welke wijze wordt de doorlooptijd beheerst? Ziet de Inschrijver ruimte om het ontwerpproces (...) te versnellen zonder de betrokkenheid en invloed van de stakeholders te beperken? De Politie wil het nieuwe pand zo snel mogelijk betrekken; Inschrijvingen die – met de juiste zorg en aandacht voor inspraak en reflectie – het proces kunnen versnellen, zullen hoger worden gewaardeerd.
4.Geld/Waarde:In relatie tot het gewenste, minimale ambitieniveau van het sPvE wil de Politie de meeste toegevoegde waarde creëren voor het huisvesten van haar organisatie, binnen het beschikbare budget van max. € 2.500,-/m2 BVO (excl. btw). De Politie wil graag vernemen op welke wijze de Inschrijver tot een optimale invulling van het Ontwerp gaat komen. Optimaal betekent dat het Ontwerp de werkprocessen van de organisatie maximaal faciliteert (efficiënte werkomgeving, gebouwindeling) met een aantrekkelijke werksfeer die evenwel ook als sober en doelmatig kan en moet worden gekenschetst en met grote mate van zekerheid binnen het budget verblijft. Hoe beter en concreter uw beschrijving hierop aansluit des te hoger zal deze worden gewaardeerd.
3.Het geschil
4.De beoordeling van het geschil
gedetailleerdeuitwerking van de plannen heeft uitgevraagd, maar dat maakt niet dat inschrijvers ook geen
concreteplannen hoefden te presenteren. Gedetailleerd en concreet zijn geen synoniemen. Uit de Inschrijvingsleidraad volgt dat inschrijvers niet alleen moesten omschrijven welke tijdsplanning zij voor ogen hadden, maar ook
op welke wijzede doorlooptijd wordt beheerst. Daarnaast vermeldt de Inschrijvingsleidraad dat de beoordelingscommissie het waardeert als in het Plan van Aanpak wordt ingegaan op eerdere ervaringen van de inschrijvers en
hoedeze ervaringen worden ingezet om dit nieuwbouwproces goed te laten verlopen.
op welke wijzede inschrijver tot een optimale invulling van het ontwerp gaat komen en dat concrete beschrijvingen hoger zullen worden gewaardeerd. Gelet hierop kan de stelling van [eiseres] dat geen onderbouwing was gevraagd, geen stand houden. De inschrijving van [eiseres] vermeldt bij het onderdeel “Geld/Waarde” dat haar ontwerpvisie past binnen het taakstellende budget en voegt daar nog een aantal opmerkingen met dezelfde strekking aan toe. De toelichting van de Politie, dat [eiseres] niet duidelijk heeft gemaakt dat het project (echt) binnen het aangegeven budget realiseerbaar is, is dan ook niet evident onjuist of onbegrijpelijk, net zomin als de toegekende score. [eiseres] heeft nog aangevoerd dat uit haar eerdere ervaring blijkt dat zij goed kan inschatten wat de kosten van realisatie van het ontwerp zijn. Wat daar ook van zij, dat is voor de beoordeling van deze zaak niet relevant. Van belang is hoe de Politie de informatie in de inschrijving van [eiseres] heeft gewogen, zoals hiervoor besproken. De Politie mocht daarbij tot het oordeel komen dat het enkel noemen van eerdere ervaring onvoldoende concreet was om tot een hogere score te komen.