ECLI:NL:RBDHA:2019:1330

Rechtbank Den Haag

Datum uitspraak
9 januari 2019
Publicatiedatum
15 februari 2019
Zaaknummer
09/767203-18; 18/2586
Instantie
Rechtbank Den Haag
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Beschikking
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Machtiging tot netwerkzoeking ex artikel 125j Sv in strafrechtelijk onderzoek

In deze beschikking van de Rechtbank Den Haag, gedateerd 16 januari 2019, heeft de rechter-commissaris mr. M.L. Ruiter beslist op een vordering van de officier van justitie tot het verlenen van een machtiging voor een netwerkzoeking. De vordering was ingediend in het kader van een strafrechtelijk onderzoek tegen een verdachte, wiens computer eerder in beslag was genomen tijdens een doorzoeking van zijn woning op 17 september 2018. De officier van justitie verzocht om toestemming voor een netwerkzoeking vanaf de in beslag genomen computer, die zich op een andere locatie bevond dan de woning van de verdachte.

De rechter-commissaris overwoog dat, hoewel er geen netwerkzoeking had plaatsgevonden tijdens de eerdere doorzoeking, dit niet in de weg stond om op een later moment een netwerkzoeking te vorderen. De rechter-commissaris stelde vast dat hij bevoegd was om te beslissen op basis van de artikelen 125i en 125j van het Wetboek van Strafvordering. Hij oordeelde dat de vordering kon worden toegewezen, onder de voorwaarden zoals beschreven in de vordering en het bijbehorende proces-verbaal.

De rechter-commissaris benadrukte dat het terugplaatsen van de computer in de woning om een situatie van een doorzoeking te creëren als gekunsteld kon worden beschouwd. Hij concludeerde dat het onderzoek aan de computer ook op een andere locatie, zoals het politiebureau, kon plaatsvinden, wat de inbreuk op de privacy van de verdachte zou verminderen. Uiteindelijk verleende hij de machtiging voor de netwerkzoeking op de locatie waar de computer zich bevond, in overeenstemming met de vordering van de officier van justitie.

Uitspraak

BR23
Parketnummer : 09/767203-18
RC-nummer : 18/2586
De rechter-commissaris belast met de behandeling van strafzaken in de rechtbank Den Haag;
De officier van justitie heeft op 9 januari 2019 schriftelijk gevorderd in het strafrechtelijk onderzoek tegen:

[verdachte]

geboren te [geboorteplaats] , [geboortedatum]
[woonplaats] ,
dat de rechter-commissaris machtiging verleent “tot het doorzoeken van de aan verdachte(n) toebehorende en onder hen in beslag genomen computer” ( [merknaam] ).

OVERWEGENDE:

Ter onderbouwing van de vordering heeft de officier van justitie een proces-verbaal aanvraag machtiging netwerkzoeking (met bijlagen) d.d. 9 januari 2019 overgelegd.
De vordering strekt ertoe, zo begrijpt de rechter-commissaris uit het onderliggende proces-verbaal, dat een zogenoemde netwerkzoeking plaatsvindt vanaf de in beslag genomen computer en wel op de locatie waar deze computer zich thans bevindt.
De rechter-commissaris overweegt als volgt.
Op 17 september 2018 is de woning van de verdachte doorzocht. De rechter-commissaris heeft bovengenoemde computer in beslag genomen en overgedragen aan de (hulp)officier van justitie. In het kader van deze doorzoeking heeft geen netwerkzoeking plaatsgevonden. Dat staat er niet aan in de weg om zo’n netwerkzoeking op een later moment alsnog te vorderen. De rechter-commissaris is, gelet op de artikelen 125i en 125j Sv en in aanmerking genomen dat het gaat om een computer afkomstig uit een woning, bevoegd hierop te beslissen.
De rechter-commissaris is van oordeel dat de vordering kan worden toegewezen op de gronden, de wijze en onder de voorwaarden als in de vordering en het onderliggende proces-verbaal omschreven. Daarbij geldt dat het terugplaatsen van de computer in de woning teneinde een situatie van een doorzoeking van een plaats – zoals bedoeld in de artikelen 125i en 125j Sv – te creëren, als gekunsteld kan worden aangemerkt. Het onderzoek aan de computer kan net zo goed plaatsvinden op (bijvoorbeeld) het politiebureau als in de woning van de verdachte. De inbreuk voor de verdachte is zelfs kleiner als zijn woning niet voor de tweede keer wordt betreden. Daarom zal de rechter-commissaris bepalen dat de netwerkzoeking, waarvoor aan alle vereisten is voldaan, kan plaatsvinden buiten het kader van een doorzoeking van een plaats (de woning) en kan worden gedaan op de locatie waar de betreffende computer zich thans bevindt.

BESLISSING:

De rechter-commissaris:
  • machtigt de officier van justitie – overeenkomstig de vordering en het onderliggende proces-verbaal aanvraag machtiging netwerkzoeking – om een netwerkzoeking als bedoeld in artikel 125j Sv te doen vanaf de in beslag genomen computer ( [merknaam] );
  • bepaalt dat deze netwerkzoeking kan worden gedaan op de locatie waar de betreffende computer zich thans bevindt.
Aldus gedaan te Den Haag, 16 januari 2019
De rechter-commissaris
mr. M.L. Ruiter