Uitspraak
RECHTBANK DEN HAAG
1.De procedure
- het tussenvonnis van 13 september 2017, waarbij een comparitie van partijen is bepaald;
- de akte houdende vermeerdering van eis van de zijde van [eiseres] ;
- de antwoordakte op de vermeerdering van eis van de zijde van [gedaagde] ;
- het proces-verbaal van de comparitie van 8 februari 2018, met de daarin genoemde stukken;
- de akte uitlaten met producties 1 tot en met 11 van de zijde van [eiseres] ;
- het -ter zitting opgemaakte- proces-verbaal van de voorzetting van de comparitie van 16 juli 2018, met de daarin genoemde stukken;
- de nadere akte (met wijziging eis) met producties 1 tot en met 15 van de zijde van [eiseres] ;
- de akte antwoord tevens inhoudende (voorwaardelijke) eis in reconventie met producties 10 tot en met 16 van de zijde van [gedaagde] ;
- de akte uitlaten producties tevens inhoudende verweer tegen de (voorwaardelijke) eis in reconventie van de zijde van [eiseres] .
2.De feiten
3.Het geschil
4.De beoordeling
€ 145.410. Daarmee worden de passiva van de nalatenschap van moeder dus
€ 62.020hoger dan in de boedelopstelling van de notaris, resulterend in een bedrag van € 719.840,87 aan passiva.
€ 885.933,35.
€ 36.400aan [gedaagde] .
€ 4.244,00gebruikelijk waren, zullen ook deze giften derhalve in aanmerking worden genomen bij de berekening van de legitieme portie. [gedaagde] heeft nog aangevoerd dat de kinderen van [eiseres] ook dergelijke giften hebben ontvangen, maar zij heeft nagelaten dit verweer nader te onderbouwen, zodat hieraan voorbij wordt gegaan.
€ 25.282. [eiseres] heeft een en ander niet gemotiveerd weersproken zodat deze giften in de berekening zullen worden meegenomen.
extragiften van
€ 65.926bovenop de reeds meegenomen giften ad € 581.369.
€ 647.295.
€ 11.845,50resteert.