ECLI:NL:RBDHA:2019:12916

Rechtbank Den Haag

Datum uitspraak
5 december 2019
Publicatiedatum
5 december 2019
Zaaknummer
8048281 CV19-4338
Instantie
Rechtbank Den Haag
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht; Arbeidsrecht
Procedures
  • Voorlopige voorziening
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Vordering tot hervatting van werkzaamheden en verantwoordelijkheden in kort geding tegen werkgever

In deze zaak vordert de werknemer, [eiser], in kort geding dat hij in staat wordt gesteld zijn oude takenpakket met de daarbij behorende verantwoordelijkheden en bevoegdheden te hervatten. De werknemer is sinds 1 juni 2004 in dienst bij Centric Netherlands B.V. en was laatstelijk werkzaam als sales manager 3. Op 20 augustus 2019 heeft de werkgever, Centric, een wijziging in de functie van [eiser] doorgevoerd, waarbij de verantwoordelijkheden voor de commerciële activiteiten zijn overgedragen aan een collega, [naam werknemer 2]. De werknemer stelt dat deze wijziging zonder overleg is doorgevoerd en dat hij hierdoor in zijn functie is aangetast. De kantonrechter heeft op 5 december 2019 geoordeeld dat de werkgever niet gerechtigd was om de functie van [eiser] eenzijdig te wijzigen zonder voorafgaand overleg. De kantonrechter heeft de vordering van [eiser] toegewezen en bepaald dat Centric binnen een week na dagtekening van het vonnis [eiser] weer in zijn oude functie moet toelaten, inclusief de bijbehorende verantwoordelijkheden en bevoegdheden. Tevens moet Centric een rectificerende e-mail versturen binnen haar organisatie. De kantonrechter heeft een dwangsom opgelegd voor het geval Centric in gebreke blijft.

Uitspraak

vonnis
RECHTBANK DEN HAAG
Zittingsplaats Gouda
HG
Zaaknummer/rolnummer: 8048281 CV EXPL 19-4338
VONNIS in kort geding van de kantonrechter d.d. 5 december 2019 in de zaak van:
[eiser],
te [woonplaats] ,
eisende partij,
gemachtigde: mr. S.M.J. Heeren,
tegen
CENTRIC NETHERLANDS B.V.,
te Gouda,
gedaagde partij,
gemachtigde: mw.mr. B.E.H. Zwezerijnen.
Partijen worden verder aangeduid als " [eiser] " en "Centric".

1.Procedure

1.1
De kantonrechter heeft kennisgenomen van de volgende stukken:
- de kortgedingdagvaarding d.d. 14 oktober 2019;
  • de conclusie van antwoord;
  • de door partijen overgelegde producties.
1.2
Op 22 oktober 2019 heeft er ter zitting een mondelinge behandeling van de zaak plaatsgevonden. [eiser] is daar, vergezeld door zijn gemachtigde in persoon verschenen. Centric heeft zich tijdens de mondelinge behandeling laten vertegenwoordigen door haar gemachtigde alsmede door [managing director] (hierna: [managing director] ) en [naam werknemer 1] .

2.Feiten

2.1
[eiser] , die geboren is op [geboortedatum] 1972, is op 1 juni 2004 in dienst getreden bij
(de rechtsvoorganger van) Centric. Laatstelijk was [eiser] werkzaam in de functie van sales manager 3 bij de divisie solution engineering (waar [managing director] als managing director aan het hoofd staat). In die functie geeft [eiser] leiding aan 7 accountmanagers, 3 medewerkers sales support en 2 medewerkers marketing & communications en is hij - samengevat - eindverantwoordelijke voor de sales van de hiervoor genoemde divisie.
2.2
Centric heeft op 20 augustus 2019 aan [eiser] een bevestigingse-mail van het op die dag tussen [eiser] en [managing director] gevoerde gesprek toegezonden met de volgende inhoud:
"Beste [eiser] ,
Het realiseren en onderhouden van maatwerk software is de kernactiviteit van Centric Solution Engineering. Het verkopen van nieuwe maatwerkprojecten bij nieuwe klanten
("new business") loopt al jaren structureel achter op de overeengekomen targets terwijl het realiseren hiervan cruciaal is om op termijn ook levensvatbaar te blijven als bedrijfs-onderdeel.
[naam werknemer 2] heeft bij verschillende Centric onderdelen laten zien dat onder zijn leiding het commercieel team wel de gestelde new business targets realiseert.
Om deze reden heeft Centric besloten om [naam werknemer 2] per 1 september 2019 eindverantwoordelijk te maken voor de commerciële activiteiten van de divisie Centric Solution Engineering.
Dit besluit heeft geen gevolgen voor jouw functie, noch de daaraan gekoppelde arbeidsvoorwaarden. Je blijft ook onderdeel van het commerciële team binnen de divisie Centric Solution Engineering, maar zult per 1 september 2019 niet meer aan mij maar aan [naam werknemer 2] gaan rapporteren.
Ik heb je gevraagd om zo spoedig mogelijk samen met [naam werknemer 2] te bepalen hoe je aangepaste taken- en verantwoordelijkhedenpakket eruit gaat zien na 1 september [naam werknemer 3] heeft hiervoor een afspraak in gepland.
Met vriendelijke groet,/Best regards
[managing director] "
2.3
In reactie op deze bevestigingse-mail heeft [eiser] op 21 augustus 2019 eveneens per e-mail aan [managing director] verzocht om - zolang er geen duidelijkheid is over zijn rol, functie en takenpakket - geen interne mededelingen te doen die een onomkeerbare situatie (kunnen) creëren.
2.4
Centric heeft op 22 augustus 2019 een e-mail aan de collega's van de divisie solutions engineering gestuurd met de volgende inhoud:
"Beste collega,
We doen een heleboel dingen goed, maar er zijn ook een aantal onderwerpen waarop we nog moeten versnellen. Één van de onderwerpen is 'new business' sales: het verkopen van nieuwe projecten bij nieuwe klanten. Dit is een cruciale activiteit willen we op termijn ook levensvatbaar blijven als bedrijfsonderdeel. Door vereende krachten van het hele BE/Bitlibre team gaat dit overigens al beter dan in het verleden.
Echter, gezien het strategisch belang hebben we besloten om [naam werknemer 2] per
1 september eindverantwoordelijk voor alle commerciële activiteiten van Solution Engineering en Bitlibre. Hij heeft zich op het vlak van new business reeds bij verschillende andere Centric onderdelen bewezen en wil zich nu voor onbepaalde tijd gaan verbinden aan onze unit.
Vanzelfsprekend blijft [eiser] onderdeel van ons sales team, maar zal zijn focus verschuiven. Daar waar nodig zal hier door [naam werknemer 2] nader over gecommuniceerd worden.
Namens het MT,
Met vriendelijke groet,/Best regards
[managing director] "

3.Vordering

3.1
[eiser] vordert - samengevat - dat bij vonnis uitvoerbaar bij voorraad:
a. Centric wordt veroordeeld om [eiser] binnen 24 uur na betekening van dit vonnis
in staat te stellen zijn werkzaamheden alsmede het daarbij behorende verantwoordelijk-heden- en bevoegdhedenpakket te laten verrichten op een wijze zoals [eiser] dat (in ieder geval) tot 1 augustus 2019 deed en om [eiser] daarin te faciliteren en te ondersteunen, althans een zodanige voorziening te treffen als de kantonrechter in goede justitie geraden acht;
b. Centric wordt veroordeeld om binnen 24 uur na betekening van dit vonnis de navolgende tekst per e-mail binnen haar organisatie te versturen, een en ander ter rectificatie dan wel nuancering van eerdere berichtgeving omtrent de aanstelling van [naam werknemer 2] per 1 september 2019 als eindverantwoordelijke voor de commerciële activiteiten:
"Beste collega,
Wij hebben inmiddels begrepen dat er nog steeds veel onduidelijkheid bestaat over de rol en positie van [eiser] als gevolg van de komst van [naam werknemer 2] .
Om deze onduidelijkheid weg te nemen, willen wij graag benadrukken dat [eiser] met onmiddellijke ingang zijn eigen taken, verantwoordelijkheden en bevoegdheden op zal pakken zoals hij dat tot medio augustus 2019 ook deed. Eenieder kan zich dus gewoon bij hem (blijven) melden, zoals dat voorheen gebruikelijk was.
Met het vorenstaande vertrouwen wij erop eventuele onduidelijkheden te hebben weggenomen.
Met vriendelijke groet,/Best regards
[managing director] "
althans Centric wordt veroordeeld om binnen 24 uur na betekening van dit vonnis een zodanige tekst per e-mail binnen haar organisatie te versturen als de kantonrechter in goede justitie geraden acht;
c. Centric wordt veroordeeld om [eiser] binnen 24 uur na betekening van dit vonnis
opnieuw toe te laten tot het MT en [eiser] in staat te stellen om op de gebruikelijke wijze deel te nemen aan het overleg en de daaraan gekoppelde besluitvorming;
d. het gestelde onder a, b en c op straffe van een dwangsom van € 10.000,= voor iedere dag of gedeelte daarvan dat Centric in gebreke blijft om aan dit vonnis te voldoen alsmede voor iedere dag (een deel van de dag daaronder begrepen) dat het verzuim voortduurt;
e. een zodanige voorziening wordt getroffen als de kantonrechter in goede justitie geraden acht;
f. Centric wordt veroordeeld in de proceskosten aan de zijde van [eiser] .
3.2
Aan zijn vordering heeft [eiser] - kortweg gezegd - ten grondslag gelegd dat Centric niet gerechtigd was te besluiten om hem op 20 augustus 2019 uit zijn functie te zetten en om de daarbij behorende werkzaamheden, bevoegdheden en verantwoordelijkheden over te dragen aan een derde. Volgens [eiser] heeft Centric feitelijk [naam werknemer 2] (hierna: [naam werknemer 2] ) van het ene op het andere moment op zijn stoel gezet en zijn functie tot een volstrekt lege huls gemaakt door zo'n 90% van de daarbij behorende taken en bevoegdheden van hem af te nemen en deze toe te bedelen aan [naam werknemer 2] . Centric heeft, aldus [eiser] , in het kader van haar besluit geen (zwaarwegend) belang dan wel (concrete) grond aangevoerd. Voorts heeft Centric voorafgaand aan haar besluit geen voorstel aan [eiser] gedaan waaraan hij naar maatstaven van redelijkheid en billijkheid niet zijn medewerking kon onthouden. Centric heeft ook anderszins geen zorgvuldige procedure gevolgd. Overleg tussen partijen over de functiewijziging heeft pas plaatsgevonden nadat het besluit daartoe al was genomen en intern bekend was gemaakt. [eiser] meent dat hij een spoedeisend belang heeft bij de door hem gevraagde voorzieningen. Door de gehele gang van zaken leidt [eiser] naar zijn zeggen schade. Het besluit van Centric is diffamerend voor [eiser] en de negatieve impact hiervan beperkt zich niet alleen tot divisie waarvoor [eiser] werkzaam is.

4.Verweer

4.1
Centric betwist de vordering van [eiser] en concludeert tot afwijzing van deze vordering, met veroordeling van [eiser] in de proceskosten aan de zijde van Centric. In dit verband heeft Centric het volgende naar voren gebracht.
4.2
Centric ontkent primair dat er sprake is van een eenzijdige wijziging van de arbeidsovereenkomst. De functie en arbeidsvoorwaarden van [eiser] blijven ongewijzigd. Volgens Centric is er slechts sprake van een verschuiving van rollen die noodzakelijk was gelet op de financiële positie van de divisie en de marktomstandigheden. Immers, vanaf augustus 2019 blijkt naar zeggen van Centric dat het structureel achterblijven van verkopen new business (één van dé aandachtspunten van de divisie) zich vertaalt in dramatische financiële cijfers die van invloed (kunnen) zijn op de werkgelegenheid binnen de divisie. Centric moest dan ook ingrijpen in haar organisatie. De verschuiving van rollen houdt, aldus Centric, in dat naast [eiser] een collega, te weten: [naam werknemer 2] is komen te staan met de focus op new business.
Vrijwel alle overige taken en bevoegdheden van [eiser] blijven ongewijzigd, althans worden een gedeelde verantwoordelijkheid. Ten slotte wijst Centric er nog op dat een arbeids-overeenkomst geen statische afspraak is, maar een organisch geheel waarbij afhankelijk van de bedrijfs- en marktomstandigheden partijen met elkaar meegroeien. Zo er al sprake is van een wijziging van de arbeidsovereenkomst, dan dient aan de hand van de zogeheten Mammoet/Stoof-doctrine te worden beoordeeld of Centric de wijzing mocht doorvoeren. In dit verband heeft Centric er op gewezen dat er in augustus 2019 sprake was van gewijzigde omstandigheden. De slechte financiële situatie van de divisie maakte ingrijpen in de organisatie noodzakelijk. Aan [eiser] is een redelijk voorstel tot wijziging van de arbeidsovereenkomst gedaan. [eiser] heeft zijn eigen functie van sales manager 3 alsmede zijn rechten (inclusief arbeidsvoorwaarden) behouden. Zij het dat hij iemand naast zich heeft gekregen om samen de divisie weer op de rit te krijgen. De collega gaat de focus leggen op new business; een onderdeel van de taak van [eiser] die hij de afgelopen jaren minder goed heeft opgepakt. Van [eiser] mocht worden verwacht dat hij positief op het wijzigingsvoorstel had gereageerd en zich constructief had opgesteld. Vooral dit laatste heeft [eiser] de afgelopen maanden niet gedaan.

5.Beoordeling

5.1
[eiser] heeft gelet op de aard van zijn vordering daarbij een spoedeisend belang.
Door Centric is dit ook niet ontkend.
5.2
Deze kort gedingprocedure ziet op het treffen van voorlopige voorzieningen. Daarbij dient de kantonrechter aan de hand van de door partijen gepresenteerde feiten en omstandigheden, zonder nader onderzoek, te beoordelen of de vordering van [eiser] in een eventueel in te stellen bodemprocedure zodanige kans van slagen heeft dat het gelet op de wederzijdse belangen van partijen gerechtvaardigd is daarop vooruit te lopen.
5.3
In de kern draait dit geschil om de vraag of [eiser] weer dient te worden toegelaten tot zijn gebruikelijke werkzaamheden met alle daarbij behorende taken en bevoegdheden. Naar het oordeel van de kantonrechter dient deze vraag bevestigend te worden beantwoord. Daartoe overweegt de kantonrechter als volgt.
5.4
Anders dan Centric is de kantonrechter van oordeel dat het besluit waarvan [eiser] op 20 augustus 2019 in een gesprek met [managing director] mededeling is gedaan en dat [eiser] op diezelfde dag per e-mail is bevestigd, wel degelijk ziet op een wijziging van de tot dan toe door [eiser] vervulde functie. Dat slechts sprake is van een verschuiving van rollen kan naar het oordeel van de kantonrechter niet worden volgehouden. Zowel in de bevestigingse-mail d.d. 20 augustus 2019 als in de aan de collega’s van de divisie toegezonden e-mail d.d. 22 augustus 2019 is duidelijk aangegeven dat [naam werknemer 2] per 1 september 2019 eind-verantwoordelijke wordt voor de/alle commerciële acitiviteiten van de divisie. Dat - zoals Centric in haar verweer lijkt te willen betogen - beoogd is om tot een gedeelde verantwoordelijkheid voor de divisie te komen, kan niet uit de e-mails worden opgemaakt.
5.5
Van een goed werkgever mag worden verwacht dat indien zij een functie wenst te wijzigen, zij behoudens bijzondere omstandigheden voorafgaand aan haar besluit met de werknemer over deze wijziging in gesprek gaat. Eerst na afweging van alle betrokken belangen kan de werkgever - indien zij hiervoor een zwaarwegende grond heeft - besluiten tot wijziging van een functie.
5.6
En juist aan dat voorafgaand overleg heeft het tussen partijen ontbroken. Dit klemt te meer nu Centric tijdens de mondelinge behandeling heeft aangegeven [eiser] voor de organisatie te willen behouden. Dat Centric kennelijk in oktober 2019 een in haar ogen redelijk wijzigingsvoorstel aan [eiser] heeft gedaan, maakt dit niet anders. Centric mag van [eiser] niet verwachten dat hij vanuit zijn huidige positie zonder meer instemt met dit voorstel. Daarbij speelt het ook naar het oordeel van de kantonrechter diffamerende karakter van het besluit van Centric een rol van betekenis.
5.7
Alles overziend is de kantonrechter van oordeel dat Centric [eiser] binnen 1 week na dagtekening van dit vonnis weer dient toe te laten tot zijn gebruikelijke werkzaamheden en de daarbij behorende verantwoordelijkheden en bevoegdheden (waaronder de deelneming aan het MT-overleg en de daaraan gekoppelde besluitvorming). Ook acht de kantonrechter het aangewezen dat Centric binnen haar organisatie een e-mailbericht verstuurd met een tekst die zoveel mogelijk aansluit bij de onder 3.1.a geciteerde tekst. De kantonrechter ziet aanleiding de gevorderde dwangsom te beperken en te maximeren.
5.8
Centric zal als de in het ongelijk gestelde partij worden veroordeeld in de proceskosten aan de zijde van [eiser] .

6.Beslissing

De kantonrechter:
bij wege van voorlopige voorziening
veroordeelt Centric om [eiser] binnen 1 week na dagtekening van dit vonnis in staat te stellen zijn werkzaamheden en de daarbij behorende verantwoordelijkheden- en bevoegdheden-pakket te laten verrichten op een wijze zoals [eiser] dat tot 1 augustus 2019 deed en om [eiser] daarin te faciliteren en te ondersteunen;
veroordeelt Centric om binnen 1 week na dagtekening van dit vonnis een e-mail binnen haar organisatie te versturen met een tekst die aansluit bij de onder 3.1.b geciteerde tekst;
bepaalt dat Centric indien zij met het voorgaande in gebreke is en blijft, een dwangsom verbeurt van € 750,= per dag of gedeelte daarvan, een en ander tot een maximum van
€ 75.000,=;
veroordeelt Centric in de proceskosten aan de zijde van [eiser] , tot op heden vastgesteld op een bedrag van € 642,83 waarvan een bedrag van € 480,00 aan gemachtigdensalaris;
verklaart dit vonnis uitvoerbaar bij voorraad;
wijst af het meer of anders gevorderde.
Dit vonnis is gewezen door mr. J.C. Gerritse, kantonrechter, en uitgesproken ter openbare terechtzitting van 5 december 2019.