Uitspraak
Rechtbank DEN HAAG
1.Het onderzoek ter terechtzitting
2.De tenlastelegging
3.Bewijsoverwegingen
uit de datering van het proces-verbaal begrijpt de rechtbank: de zomer van 2018) alle brieven en kaarten zelf heeft gelezen, maar dat zij dit niet leuk vond en dit nu niet meer doet. Zij las in de brieven en kaarten dat haar vader haar zo miste en dat hij vooral over zichzelf schreef. Sinds zij de brieven en kaarten niet meer leest, heeft zij wat meer rust. Maar dit is niet voldoende omdat zij weet dat haar vader wel nog steeds de brieven schrijft en stuurt. [slachtoffer] verklaart voorts dat ze er het meeste last van heeft dat haar vader nu ook haar vrienden via Instagram aan het benaderen is en dat ze nu aan haar vrienden moet uitleggen en naar haar gevoel ook moet verantwoorden waarom zij geen contact met haar vader wil. Doordat haar vader eerst geen contact zocht met haar vrienden kon [slachtoffer] op school naar omstandigheden onbezorgd zijn en hoefde zij daar geen rekening te houden met haar vader. Dit is nu veranderd. Nu stuurt hij zelfs babyfoto's naar vrienden. [7]
4.De strafbaarheid van het bewezenverklaarde
5.De strafbaarheid van de verdachte
6.De strafoplegging
7.De toepasselijke wetsartikelen
8. De beslissing
30 (dertig) dagen, niet zal worden tenuitvoergelegd onder de algemene voorwaarde dat de veroordeelde:
3 (drie) jarenvastgestelde proeftijd niet schuldig maakt aan een strafbaar feit;
3 (drie) jarenop geen enkele wijze – direct of indirect – contact zal opnemen, zoeken of hebben met [slachtoffer] , geboren op [geboortedag] 2005, terwijl daaronder niet valt een contact als het plaatsvindt onder initiatief van Jeugdbescherming
West, en zich niet zal bevinden in Ouderkerk aan den IJssel;
3 (drie) dagenvoor iedere keer dat niet aan deze maatregel wordt voldaan, met een maximum van 6 (zes) maanden;