In deze zaak heeft Europower B.V. een vordering ingesteld tegen Nationale Nederlanden Schadeverzekering Maatschappij N.V. met betrekking tot de afgifte van documenten en informatie na een brand in hun bedrijfsruimte op 5 december 2015. Europower, vertegenwoordigd door mr. H. Bulut-Yazir, betwistte de door NN gehanteerde schadevergoeding van € 460.305,- en vroeg om een gespecificeerde onderbouwing van dit bedrag, een afschrift van de polis en de rapporten van EMN Forensic over de schadeoorzaak. De rechtbank heeft op 22 november 2019 mondeling uitspraak gedaan en de vorderingen van Europower afgewezen. De rechtbank oordeelde dat Europower niet voldoende rechtmatig belang had aangetoond voor de gevraagde documenten. NN had gemotiveerd bestreden dat zij verplicht was om deze informatie te verstrekken. De rechtbank concludeerde dat er geen algemene plicht bestaat voor partijen om informatie aan elkaar te verschaffen, en dat Europower niet had aangetoond dat de gevraagde stukken bestonden of dat zij rechtmatig belang had bij de afgifte ervan. De rechtbank veroordeelde Europower in de proceskosten van NN, die zijn begroot op € 1.992,- aan griffierecht en € 1.086,- aan salaris advocaat, met nakosten van € 157,- en wettelijke rente. Deze uitspraak is openbaar uitgesproken door mr. J.M. Willems in aanwezigheid van de griffier.