ECLI:NL:RBDHA:2019:12140

Rechtbank Den Haag

Datum uitspraak
1 november 2019
Publicatiedatum
15 november 2019
Zaaknummer
NL19.22848
Instantie
Rechtbank Den Haag
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Bestuursrecht; Vreemdelingenrecht
Procedures
  • Voorlopige voorziening+bodemzaak
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Heropening van het onderzoek naar asielaanvraag van Nigeriaanse nationaliteit in het kader van de Dublinverordening

In deze zaak heeft de Rechtbank Den Haag op 1 november 2019 uitspraak gedaan in een procedure waarbij eiseres, een Nigeriaanse vrouw, een asielaanvraag heeft ingediend voor haarzelf en haar minderjarige dochter. De asielaanvraag werd door de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid niet in behandeling genomen, omdat Italië op grond van de Dublinverordening verantwoordelijk zou zijn voor de behandeling van de aanvraag. Eiseres heeft hiertegen beroep ingesteld en verzocht om een voorlopige voorziening. Tijdens de zitting op 23 oktober 2019, waar eiseres en haar gemachtigde aanwezig waren, is het onderzoek gesloten.

De rechtbank heeft in haar overwegingen aangegeven dat er bij uitspraak van dezelfde datum in een andere zaak (NL19.22849) een verzoek om voorlopige voorziening is toegewezen, omdat het Europees Hof voor de Rechten van de Mens (EHRM) in vergelijkbare zaken interim measures heeft getroffen. Gezien deze ontwikkelingen heeft de rechtbank besloten het onderzoek te heropenen en de behandeling van de zaak aan te houden in afwachting van een uitspraak van het EHRM over de overdracht van kwetsbare vreemdelingen aan Italië.

De rechtbank heeft de beslissing genomen om het onderzoek te heropenen en de behandeling van de zaak aan te houden, in afwachting van de uitspraak van het EHRM. Deze uitspraak is gedaan door rechter K.M. de Jager, in aanwezigheid van griffier A.J.J. Sterks. Tegen deze tussenuitspraak staat nog geen hoger beroep open, maar het is mogelijk om hoger beroep in te stellen tegen de einduitspraak in deze zaak.

Uitspraak

RECHTBANK DEN HAAG

Zittingsplaats Middelburg
Bestuursrecht
Zaaknummer: NL19.22848

heropening onderzoek van de enkelvoudige kamer in de zaak tussen

[naam] , eiseres

mede ten behoeve van haar minderjarige kind
[naam 2]
(gemachtigde: mr. C.G. Matze),
en

de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid, verweerder

(gemachtigde: mr. C.W.M. van Breda).

Procesverloop

Eiseres heeft beroep ingesteld tegen het besluit van 26 september 2019 (het bestreden besluit).
Zij heeft verder de voorzieningenrechter verzocht om een voorlopige voorziening te treffen.
Het onderzoek ter zitting heeft, tezamen met de behandeling van de zaak NL19.22849, plaatsgevonden op 23 oktober 2019. Eiseres is verschenen, bijgestaan door haar gemachtigde. Als tolk is verschenen A. Madu. Verweerder heeft zich laten vertegenwoordigen door zijn gemachtigde.
Ter zitting is het onderzoek gesloten.

Overwegingen

1. Eiseres stelt de Nigeriaanse nationaliteit te hebben en te zijn geboren op [geboortedatum] . Zij heeft mede ten behoeve van haar dochter [naam 2] , geboren op [geboortedatum 2] , een asielaanvraag ingediend.
2. Bij het bestreden besluit heeft verweerder de asielaanvraag niet in behandeling genomen omdat Italië op grond van de Dublinverordening [1] verantwoordelijk is voor de behandeling ervan.
3. Bij uitspraak van heden met zaaknummer NL19.22849 is het verzoek om voorlopige voorziening van eiseres toegewezen omdat het Europees Hof van de Rechten van de Mens (EHRM) in een aantal vergelijkbare zaken
interim measuresheeft getroffen en in een enkel geval inmiddels heeft verlengd. De rechtbank verwijst voor wat betreft de motivering naar de rechtsoverwegingen 3 tot en met 7 van die uitspraak.
4. De rechtbank ziet daarom aanleiding om het onderzoek te heropenen en het beroep aan te houden in afwachting van een uitspraak van het EHRM over de vraag of overdracht van bijzonder kwetsbare vreemdelingen aan Italië mogelijk is en, zo ja, onder welke voorwaarden.

Beslissing

De rechtbank:
 heropent het onderzoek;
 houdt de behandeling van de zaak aan in afwachting van een uitspraak van het EHRM over de overdracht van bijzonder kwetsbare vreemdelingen aan Italië op grond van de Dublinverordening.
Deze uitspraak is gedaan door mr. K.M. de Jager, rechter, in aanwezigheid van mr. A.J.J. Sterks, griffier.
Deze uitspraak is in het openbaar gedaan en bekendgemaakt op:
Rechtsmiddel
Tegen deze tussenuitspraak staat nog geen hoger beroep open. Tegen deze tussenuitspraak kan hoger beroep worden ingesteld tegelijkertijd met hoger beroep tegen de (eventuele) einduitspraak in deze zaak.

Voetnoten

1.Verordening (EU) nr. 604/2013