Uitspraak
Rechtbank DEN HAAG
verwerende partij,
1.De procedure
- het verzoekschrift, ingekomen bij de griffie op 3 mei 2019 met elf producties (nrs. 1 tot en met 11);
- het verweerschrift met 30 producties (nrs. 1 tot en met 30);
- de brief van de gemachtigde van de ORBB van 11 juli 2019 met een aanvullende productie (nr. 11);
- de brief van de gemachtigde van de Staat van 12 juli 2019 met een aanvullende productie (nr. 31).
2.De feiten
3.Het verzoek, de onderbouwing daarvan en het verweer
4.De beoordeling
expliciet(cf. punt 3.4 van het verweerschrift) zou hebben ingestemd. De ORBB is dus ontvankelijk in zijn verzoek.
Voor de toepassing van het bij of krachtens deze wet bepaalde wordt verstaan onder: (…) c. onderneming: elk in de maatschappij als zelfstandige eenheid optredend organisatorisch verband waarin krachtens arbeidsovereenkomst of krachtens publiekrechtelijke aanstelling arbeid wordt verricht; Het is maar de vraag of de ondersteunende diensten van de Belastingdienst (gezamenlijk) aan te merken zijn als ‘
in de maatschappij als zelfstandige eenheid optredend(e) organisatorisch(e) verband(en)’.