AI samenvatting door Lexboost • Automatisch gegenereerd
Medeplegen van opzettelijk handelen in strijd met de Opiumwet door het smokkelen van hasj naar Turkije
In deze zaak heeft de rechtbank Den Haag op 25 september 2017 uitspraak gedaan in een strafzaak tegen de verdachte, die samen met een ander hasj vanuit Nederland naar Turkije heeft gebracht. De verdachte werd beschuldigd van het opzettelijk buiten het grondgebied van Nederland brengen van 297 gram hasj en 101,8 gram cocaïne. De rechtbank heeft het onderzoek ter terechtzitting gehouden op 10 januari 2017, 19 mei 2017 en 25 september 2017. De officier van justitie, mr. D.M. van Gosen, heeft gevorderd dat de verdachte zou worden veroordeeld tot een gevangenisstraf en een taakstraf. De verdediging heeft vrijspraak bepleit, stellende dat er onvoldoende bewijs was voor de betrokkenheid van de verdachte bij de cocaïne.
De rechtbank heeft vastgesteld dat de verdachte en zijn medeverdachte op 23 september 2016 tickets naar Turkije hebben geboekt en op 25 september 2016 naar Antalya zijn gevlogen. De Turkse autoriteiten hebben de medeverdachte op 26 september 2016 aangehouden op Schiphol, waar hij drugs in zijn lichaam had. De rechtbank heeft de verklaringen van de medeverdachte als betrouwbaar beoordeeld, en deze verklaringen werden ondersteund door andere bewijsmiddelen, zoals telefooncommunicatie en getuigenverklaringen.
De rechtbank heeft geoordeeld dat de verdachte als medepleger kan worden aangemerkt voor het smokkelen van hasj, maar heeft hem vrijgesproken van de beschuldiging met betrekking tot de cocaïne, omdat er onvoldoende bewijs was dat hij op de hoogte was van de aanwezigheid van cocaïne. De rechtbank heeft de verdachte veroordeeld tot een taakstraf van 140 uren, in plaats van een gevangenisstraf, rekening houdend met zijn persoonlijke omstandigheden en het advies van de reclassering.
Voetnoten
1.Wanneer hierna wordt verwezen naar een proces-verbaal, wordt - tenzij anders vermeld - bedoeld een ambtsedig proces-verbaal, opgemaakt in de wettelijke vorm door (een) daartoe bevoegde opsporingsambtena(a)r(en). Waar wordt verwezen naar dossierpagina’s, betreft dit de pagina’s van het proces-verbaal met het nummer [nummer] , van de politie eenheid Den Haag, Districtsrecherche District C/Cter, met bijlagen (doorgenummerd p. 1 t/m 688).
2.Proces-verbaal van bevindingen, p. 117.
3.Proces-verbaal van bevindingen, p. 25, met bijlage (p. 26 t/m 34).
4.Proces-verbaal relaas, p. 3; proces-verbaal aanhouding p. 9.
5.Proces-verbaal van verhoor meerderjarige verdachte, p. 68.
6.Proces-verbaal Operatie, p. 57; proces-verbaal narcotica expert, p. 123; geschrift, te weten een NFI Rapport Identificatie van drugs en precursoren, d.d. 11 oktober 2016, p. 126 en 127.
7.Proces-verbaal Operatie, p. 58.
8.Proces-verbaal van verhoor verdachte [medeverdachte 1] , p. 166, 167, 168 en 171.
9.Proces-verbaal van bevindingen, p. 80.
10.Proces-verbaal van bevindingen, p. 440.
11.Proces-verbaal van bevindingen, p. 435 en 436.
12.Proces-verbaal van bevindingen, p. 446 en 447, met bijlage (p. 448 t/m 451).
13.Verklaring van de verdachte ter terechtzitting van 25 september 2017.
14.Verklaring van de verdachte ter terechtzitting van 25 september 2017.
15.Proces-verbaal van verhoor verdachte [medeverdachte] , p. 245, 249 en 250; proces-verbaal van verhoor verdachte [medeverdachte] , p. 257, 258 en 259; proces-verbaal van verhoor verdachte [medeverdachte] , p. 464.