Uitspraak
Alimentatie
Beschikking op het op 2 januari 2019 ingekomen verzoek van:
[Y] ,
[X] ,
Procedure
- het verzoekschrift;
- het verweerschrift tevens zelfstandig verzoekschrift;
- het verweer tegen het zelfstandig verzoek;
- het F9-formulier met bijlagen van 17 juli 2019 van de zijde van de vrouw;
Verzoek en verweer
- bij de
- bij de
Feiten
- Partijen zijn gehuwd geweest van [huwelijksdatum] 1992 tot [scheidingsdatum] 2014.
- Zij zijn de ouders van de jong-meerderjarige:
- [jong-meerderjarige] verblijft bij de vrouw.
- Bij beschikking van deze rechtbank van [beschikkingsdatum] 2014 is – voor zover hier van
1 juli 2014, telkens bij vooruitbetaling te voldoen;
1 januari 2019 € 831,10 per maand en de partneralimentatie € 3.238,04 per maand.
Beoordeling
De man stelt dat zijn inkomen in Australië veel lager is dan destijds in Nederland en dat daarnaast de betaalde alimentatie in Australië niet fiscaal aftrekbaar is, waardoor hij al geruime tijd moeite heeft om de vastgestelde partneralimentatie te betalen.
3. ‘Partijen komen overeen dat de man met ingang van 1 juli 2014 een bedrag van€ 3.000,- bruto bij vooruitbetaling maandelijks aan de vrouw zal betalen alsbijdrage in de kosten van levensonderhoud van de vrouw’;
Bij de vaststelling van de in punt 3 genoemde alimentatie is rekening gehouden methet feit dat de vrouw gedeeltelijk voorziet in haar eigen levensbehoefte’.
De rechtbank gaat voorbij aan de door de man primair verzochte wijzigingsdatum van