AI samenvatting door Lexboost • Automatisch gegenereerd
Veroordeling van een voormalig docent voor ontucht met een minderjarige leerling
Op 1 oktober 2019 heeft de Rechtbank Den Haag uitspraak gedaan in de zaak tegen een 54-jarige voormalig docent, die werd beschuldigd van ontucht met een minderjarige leerling. De rechtbank heeft de verdachte veroordeeld tot een gevangenisstraf van 120 dagen, waarvan 92 dagen voorwaardelijk, en een taakstraf van 150 uren. Daarnaast is er een beroepsverbod opgelegd voor de duur van drie jaar. De zaak kwam aan het licht na aangifte door de moeder van het slachtoffer, die op 9 april 2018 melding deed van de ontuchtige handelingen die zich tussen oktober 2017 en maart 2018 hebben voorgedaan. De verdachte, die als biologiedocent werkte, had een vertrouwensrelatie met het slachtoffer, wat de ernst van de zaak vergrootte. Tijdens de zitting op 17 september 2019 heeft de officier van justitie de bewezenverklaring van de tenlastelegging gevorderd, terwijl de verdediging vrijspraak bepleitte. De rechtbank oordeelde dat de verklaringen van het slachtoffer consistent en geloofwaardig waren, en dat de verdachte misbruik had gemaakt van zijn positie. De rechtbank achtte de verdachte schuldig aan het plegen van ontucht met zijn minderjarige leerling, en sprak hem vrij van enkele andere tenlastegelegde feiten wegens gebrek aan bewijs. De rechtbank heeft bij de strafoplegging rekening gehouden met de persoonlijke omstandigheden van de verdachte, maar ook met de ernst van het gepleegde feit en de impact op het slachtoffer.
Voetnoten
1.Wanneer hierna wordt verwezen naar een proces-verbaal, wordt - tenzij anders vermeld - bedoeld een ambtsedig proces-verbaal, opgemaakt in de wettelijke vorm door (een) daartoe bevoegde opsporingsambtena(a)r(en). Waar wordt verwezen naar dossierpagina’s, betreft dit de pagina’s van het proces-verbaal met het nummer PL1500-2018072065, van de politie eenheid Den Haag, Dienst Regionale Recherche, Afdeling Generieke Opsporing, Team Opsporing en Team Zeden, met bijlagen (doorgenummerd p. 1 t/m 185).
2.Proces-verbaal van bevindingen informatief gesprek zeden met [slachtoffer] d.d. 24 maart 2018, p. 37.
3.Een geschrift, zijnde een gespreksverslag van het [naam college] met [slachtoffer] d.d. 16 maart 2018, p. 59 en verklaring van de verdachte ter terechtzitting d.d. 17 september 2019.
4.Proces-verbaal van bevindingen informatief gesprek zeden met [slachtoffer] d.d. 24 maart 2018, p. 37-39.
5.Proces-verbaal van bevindingen informatief gesprek zeden met [slachtoffer] d.d. 24 maart 2018, p. 37-39.
6.Proces-verbaal van aangifte door [naam moeder] d.d. 9 april 2018, p. 41 en 42.
7.Proces-verbaal van verhoor getuige [naam vriend] d.d. 30 juni 2018, p. 51-54.
8.Een geschrift, zijnde een gespreksverslag van het [naam college] met [naam vriendin] d.d. 19 maart, p. 70.
9.Een geschrift, te weten een door de verdachte bijgehouden ‘dagboek’, p. 106-108.
10.Een geschrift, te weten een door de verdachte bijgehouden ‘dagboek’, p. 107-108.
11.Proces-verbaal van verhoor verdachte d.d. 4 december 2018, p. 181.