Rechtsmiddel
Tegen deze uitspraak kan binnen vier weken na de dag van verzending daarvan hoger beroep worden ingesteld bij de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State. Als hoger beroep is ingesteld, kan bij de voorzieningenrechter van de hogerberoepsrechter worden verzocht om het treffen van een voorlopige voorziening of om het opheffen of wijzigen van een bij deze uitspraak getroffen voorlopige voorziening.
1. Onze Minister kan bij een overtreding van de verplichtingen bij of krachtens artikelen 2a, tweede lid, onder b, (..), 54, (..) tweede lid, een bestuurlijke boete opleggen van ten hoogste € 3.000,00 voor ondernemingen, rechtspersonen en andere organisaties (..). Bij regeling van Onze Minister kunnen nadere regels worden gesteld omtrent de hoogte van de bestuurlijke boete.
Vreemdelingenbesluit 2000
1. De referent die weet of redelijkerwijs kan vermoeden dat de vreemdeling, wiens referent hij is, niet langer voldoet aan de beperking waaronder de verblijfsvergunning is verleend, doet hiervan binnen vier weken mededeling aan Onze Minister.
3. Bij ministeriële regeling worden regels gesteld omtrent de door de referent te verstrekken gegevens betreffende
b. de nakoming van zijn verplichtingen als referent
Besluit uitvoering Wet arbeid vreemdelingen
1. Het verbod, bedoeld in artikel 2, eerste lid, van de Wet arbeid vreemdelingen, is niet van toepassing met betrekking tot een vreemdeling die rechtmatig in Nederland verblijft op grond van artikel 8, onderdelen a, b, c, d, e, k of l, van de Vreemdelingenwet 2000 of een vreemdeling die in het bezit is van een machtiging tot voorlopig verblijf die overeenkomt met het verblijfsdoel «kennismigrant» waarvoor een verblijfsvergunning voor bepaalde tijd als bedoeld in artikel 14 van de Vreemdelingenwet 2000 is aangevraagd en die:
a. als kennismigrant als bedoeld in artikel 3.4, eerste lid, van het Vreemdelingenbesluit 2000 in Nederland wordt tewerkgesteld op basis van een arbeidsovereenkomst of een ambtelijke aanstelling en:
1°. van wie het overeengekomen vaste, naar tijdruimte en in geld vastgestelde loon als vergoeding voor zijn arbeid dat hij van de werkgever ontvangt, indien hij de leeftijd van dertig jaar niet heeft bereikt, ten minste € 3.299,00 per maand bedraagt, waartoe niet wordt gerekend de door de werkgever te betalen vakantiebijslag, dan wel indien hij dertig jaar of ouder is, ten minste € 4.500,00 per maand bedraagt, waartoe niet wordt gerekend de door de werkgever te betalen vakantiebijslag
(..)
4. De in het eerste lid, onder a, genoemde bedragen worden jaarlijks met ingang van 1 januari gewijzigd met het percentage waarmee het indexcijfer van de CAO-lonen over de maand oktober daaraan voorafgaand, gepubliceerd door het Centraal Bureau voor de Statistiek, afwijkt van het indexcijfer waarop de laatste vaststelling van de bedragen is gebaseerd. De gewijzigde bedragen worden door of namens Onze Minister medegedeeld in de Staatscourant.
5. Het loon, bedoeld in het eerste lid, aanhef en onder a, is ten minste marktconform als bedoeld in artikel 3.30a van het Vreemdelingenbesluit 2000 en wordt door de werkgever over een periode van ten hoogste een maand, bijgeschreven op een bankrekening, bestemd voor girale betaling, op naam van de vreemdeling.
Voorschrift Vreemdelingen 2000
1. De inlichtingen, bedoeld in deze paragraaf, worden binnen vier weken door de vreemdeling, (..), diens referent (..) verstrekt, voor zover hij daarvan kennis heeft of kan hebben, in een door de Minister ter beschikking gesteld formulier.
2. In de verklaring wordt in ieder geval melding gemaakt van:
a. het feit waarover hij inlichtingen dient te verstrekken;
b. de personalia van de vreemdeling waarop de inlichtingen betrekking hebben;
c. de relevante feiten en omstandigheden;
d. vanaf wanneer de wijziging of omstandigheden zich voordoen of voordeden.
1. De referent van een vreemdeling, die in Nederland verblijft of wil verblijven in het kader van arbeid als kennismigrant of als houder van de Europese blauwe kaart, verstrekt inlichtingen indien:
b. de vreemdeling, die in Nederland verblijft of wil verblijven in het kader van arbeid als kennismigrant, niet meer aan het looncriterium, bedoeld in artikel 1d, eerste lid, onder a, subonderdelen 1 en 2 van het Besluit uitvoering Wet arbeid vreemdelingen, voldoet of, indien het looncriterium niet van toepassing is, de vreemdeling niet meer zelfstandig en duurzaam over voldoende middelen van bestaan beschikt;
Vreemdelingencirculaire 2000
B1/9.1 Bestuurlijke boete
B1/9.1.1 Inleiding
De IND legt bij een overtreding van een wettelijke verplichting een bestuurlijke boete op aan de referent.
(..)
B1/9.1.2 Waarschuwing
Als de referent (..) voor de eerste keer een wettelijke verplichting overtreedt, geeft de IND een waarschuwing (..)
Wanneer door de ernst van een overtreding een waarschuwing niet op haar plaats is, legt de IND zonder eerst te waarschuwen, een bestuurlijke boete op.
(..)
B1/9.3.1 Berekening hoogte van de bestuurlijke boete
Als sprake is van meerdere overtredingen van verschillende of dezelfde wettelijke verplichting(en) legt de IND een bestuurlijke boete op die bestaat uit de som van de per overtreding berekende boetebedragen. De hoogte van de (totale) bestuurlijke boete is niet gemaximeerd.
(..)
B1/9.3.2 Ernst van de overtreding
De IND legt een bestuurlijke boete op van maximaal 100 procent van het bedrag dat opgenomen is in artikel 55a, eerste of derde lid, van de Vw 2000, als sprake is van een overtreding van een wettelijke verplichting die als ernstig wordt aangemerkt. Als sprake is van een minder ernstige overtreding matigt de IND het boetebedrag tot 50 procent van de maximale boete zoals opgenomen in artikel 55a, eerste of derde lid, Vw 2000.
De IND beschouwt de volgende overtredingen van een wettelijke verplichting door de (..) referent in ieder geval als ernstig:
(..)
- een overtreding van de informatieplicht die tot intrekking van de verblijfsvergunning van de vreemdeling (..) leidt of zou hebben geleid.
De IND beschouwt de volgende overtredingen van een wettelijke verplichting door de (..) referent in ieder geval als minder ernstig:
- een overtreding van de informatieplicht door een niet erkende referent, als de informatie die verstrekt had moeten worden, niet leidt of geleid zou hebben tot intrekking van de verblijfsvergunning;
Hoofdregel in het beleid is dat de referent eerst wordt gewaarschuwd voordat hij een bestuurlijke boete opgelegd krijgt. Bij ernstige overtredingen kan direct tot het opleggen van een bestuurlijke boete worden overgegaan. Bij herhaalde constatering van een overtreding van dezelfde wettelijke verplichting binnen 24 maanden volgt een verhoogde bestuurlijke boete.
Op de hoofdregel 'eerst waarschuwen, daarna pas beboeten' gelden enkele uitzonderingen. (..).
Een bestuurlijke boete zonder voorafgaande waarschuwing kan in ieder geval worden opgelegd in de volgende gevallen:
(..)
- een overtreding van de informatieplicht die tot intrekking van de verblijfsvergunning van de vreemdeling zou hebben geleid;
- als blijkt dat meerdere overtredingen van verschillende of dezelfde wettelijke verplichtingen zijn begaan;
5.1.De waarschuwing
(..)
Een waarschuwing houdt in dat een referent schriftelijk bericht krijgt dat hij zich niet aan een wettelijke verplichting heeft gehouden, en dat een volgende overtreding van dezelfde wettelijke verplichting kan leiden tot een bestuurlijke boete.
(..)
5.2.Bestuurlijke boete
(..)
Gaat het om een onderneming, rechtspersoon of andere organisatie die de overtreding heeft begaan? De hoogte van de bestuurlijke boete bedraagt dan € 3.000,00.
(..)
Is sprake van een eerste bestuurlijke boete, of is de referent de afgelopen 24 maanden als eerder beboet voor het overtreden van dezelfde wettelijke verplichting? Wanneer het niet de eerste keer is dat een referent een bestuurlijke boete krijgt voor het overtreden van dezelfde wettelijke verplichting, dan kan de bestuurlijke boete verhoogd worden met 50%.
(..)
ondernemingen, rechtspersonen of andere organisaties betalen dan € 4.500,00;
(..)
6. De ernst van de overtreding
Overtredingen van wettelijke verplichtingen zijn onder te verdelen in ernstige overtredingen en minder ernstige overtredingen. Er is nog geen sprake van een vaststaande onderverdeling in ernstige of minder ernstige overtredingen. Dit zal zich in de praktijk moeten uitkristalliseren.
(..)
8. Meerdere overtredingen
Het kan voorkomen dat je bij een controle meerdere overtredingen van dezelfde of
verschillende wettelijke verplichtingen tegelijkertijd constateert. In dat geval moet je per
geval bekijken of:
- een waarschuwing gegeven moet worden;
- één bestuurlijke boete opgelegd moet worden;
- één bestuurlijke boete opgelegd moet worden, waarin de hoogte van de
bestuurlijke boete vermenigvuldigd wordt met het aantal overtredingen; of
- meerdere bestuurlijke boetes opgelegd moeten worden.
Er bestaan geen pasklare oplossingen of strakke richtlijnen voor de beoordeling van
meerdere overtredingen. Welke beslissing wordt genomen is afhankelijk van de volgende
factoren:
- het aantal overtredingen;
- de wettelijke verplichting(en) die is/zijn overtreden;
- de ernst van de overtredingen; en
- eventuele eerdere waarschuwingen en/of bestuurlijke boeten in de 24 maanden
voorafgaand aan de overtreding.
Houd er bij het opleggen van meerdere bestuurlijke boetes rekening mee dat - wanneer sprake is van minimaal drie bestuurlijke boetes in de afgelopen vier jaar - de erkenning van de referent ingetrokken wordt (B1/2.2 Vc 2000).
(..).