ECLI:NL:RBDHA:2018:9538
Rechtbank Den Haag
- Voorlopige voorziening+bodemzaak
- Rechtspraak.nl
Voorlopige voorziening in asielzaak met betrekking tot Slovenië
In deze zaak heeft de Rechtbank Den Haag op 26 juli 2018 uitspraak gedaan in een verzoek om een voorlopige voorziening. De verzoeker, een asielzoeker, had een aanvraag ingediend voor een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd, maar deze aanvraag werd door de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid niet in behandeling genomen. De reden hiervoor was dat Slovenië verantwoordelijk werd geacht voor de behandeling van de asielaanvraag. De verzoeker heeft hiertegen beroep ingesteld en verzocht om een voorlopige voorziening.
De zitting vond plaats in Middelburg, waar de behandeling van deze zaak samen met een andere zaak (NL18.12478) plaatsvond. Beide partijen waren niet verschenen, maar de voorzieningenrechter heeft desondanks onmiddellijk na de zitting mondeling uitspraak gedaan. In de uitspraak werd het beroep in de bodemzaak ongegrond verklaard, wat ook invloed had op het verzoek om voorlopige voorziening.
De voorzieningenrechter heeft het verzoek om een voorlopige voorziening afgewezen en er werd geen aanleiding gezien voor een proceskostenveroordeling. De uitspraak werd openbaar uitgesproken en er staat geen rechtsmiddel open tegen deze beslissing.