ECLI:NL:RBDHA:2018:9292
Rechtbank Den Haag
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- B.F.Th. de Roos
- Rechtspraak.nl
Niet-ontvankelijk verklaring van asielaanvragen en beoordeling van eerdere afwijzende besluiten
In deze zaak heeft de Rechtbank Den Haag op 26 juli 2018 uitspraak gedaan in de zaken van eisers die asiel aanvragen deden. De rechtbank heeft de aanvragen van eisers tot het verlenen van een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd niet-ontvankelijk verklaard. Dit volgde op twee afzonderlijke besluiten van de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid van 20 juni 2018, waarin de aanvragen van eisers eerder waren afgewezen. De rechtbank oordeelde dat de informatie die eisers ter onderbouwing van hun nieuwe aanvragen hadden ingebracht, niet leidde tot een andere beoordeling dan de eerdere afwijzende besluiten. De rechtbank heeft vastgesteld dat de relazen van eisers ongeloofwaardig zijn en dat de ingebrachte stukken niet konden leiden tot een andere beoordeling van hun situatie.
Tijdens de zitting op 26 juli 2018, waar eisers bijgestaan werden door hun gemachtigde en een tolk, heeft de rechtbank de zaak behandeld. De rechtbank heeft geconcludeerd dat er geen nieuwe feiten of omstandigheden waren die een andere beoordeling rechtvaardigden. De rechtbank heeft ook overwogen dat er geen bewijs was dat de uitzetting naar de Koerdische Autonome Regio zou leiden tot onmenselijke behandeling. De gestelde angst van eisers om terug te keren en de medische problemen van hun zoon werden niet voldoende onderbouwd. De rechtbank heeft uiteindelijk de beroepen ongegrond verklaard en geen proceskostenveroordeling opgelegd.
De uitspraak is openbaar gemaakt en er is een rechtsmiddel tegen deze uitspraak mogelijk binnen één week na bekendmaking. De beslissing is digitaal ondertekend door de rechter en griffier.